PLUIMVEETEELT EN -VOEDING
 
Wordt gegeven in 4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw, keuze tropische plantaardige productie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw, keuze tropische plantaardige productie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw, keuze toegepaste cel- en gentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw, keuze toegepaste cel- en gentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw, keuze dierlijke- en plantaardige productie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw, keuze dierlijke- en plantaardige productie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie tuinbouw, keuze tuinbouwproductie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie tuinbouw, keuze tuinbouwproductie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie tuinbouw, keuze tropische plantaardige productie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie tuinbouw, keuze tropische plantaardige productie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie tuinbouw, keuze toegepaste cel- en gentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie tuinbouw, keuze toegepaste cel- en gentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw- en voedingsindustrieën, keuze voedingsmiddelentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw- en voedingsindustrieën, keuze voedingsmiddelentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw- en voedingsindustrieën, keuze toegepaste cel- en gentechnologie
4de jaar Landbouw en biotechnologie optie landbouw- en voedingsindustrieën, keuze toegepaste cel- en gentechnologie
Theorie [A] 25.0
Toepassingen [B] 12.5
Stages en scriptie [C] 0.0
Studietijd [D] 90
Studiepunten [E] 3
Doceertaal Nederlands
Titularis Dirk FREMAUT
Referentie BILBIL04K00906
 
Trefwoorden
Pluimveeteelt en -voeding

Doelstellingen
Steunend op een grondige fysiologische kennis van pluimvee in de diverse productiefasen (opfok, legperiode, vleesproductie, vermeerderingsfase) een wetenschappelijk verantwoorde voeding formuleren, die op een economisch, zoötechnisch, ecologisch en arbeidstechnisch verantwoorde wijze rekening houdt met deze parameters en ze in overeenstemming brengt met de eisen die door de consument gesteld worden aan de kwaliteit van de eindproducten (vlees of eieren).

Competenties:
De cursus stelt de afgestudeerde in staat om een degelijk manager te zijn op gebied van de pluimveeproductie. Door zijn grondige kennis van zowel de genetica (rassen, kruisingen), de voeding, de ziekten en het bedrijfsbeheer in de pluimveeteelt is hij/zij een gewaardeerd ingenieur die in de dierlijke productie breed inzetbaar is.

Leerinhoud
De cursus omvat drie hoofddelen, nl. de voeding van braadkippen, leghennen en moederdieren. Voedingsfysiologische aspecten, voederwaarderingssystemen alsook de voornaamste voedermiddelen die aangewend kunnen worden bij de formulering van rantsoenen voor de bovengenoemde klassen worden behandeld, alsook de theoretische behoeften voor resp. energie, eiwit, mineralen, vitaminen en water van slachtkuikens, legkippen, moederdieren in relatie tot de zoötechnische prestaties en het milieu. Eveneens worden kort enkele aspecten van kalkoenen en konijnen behandeld. In de oefeningen worden rantsoenen geformuleerd op basis van de aangebrachte kennis van de voedermiddelen, de behoefte normen en de eisen gesteld door de consument en/of door het milieu (wetgeving). Deze oefeningen worden berekend via lineaire programmering (Bestmix).


Begincompetenties
Zoötechnie
Algemene voedingsleer

Eindcompetenties


Leermaterialen
Cursusnota's "Pluimveeteelt en -voeding" - 350 blz. - 2001

Studiekosten
Cursustekst : ± 8 Euro
Studiebezoeken: ± 10 Euro

Studiebegeleiding
Permanente mogelijkheid tot vraagstelling.

Onderwijsvormen
Hoorcollege, bedrijfsbezoeken en praktische oefeningen

Evaluatievorm
Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding, beoordeling verslagen en gequoteerde oefeningen

Wegingscoëfficient :
theorie : 4/5
oefeningen : 1/5

OP-leden
Dirk FREMAUT
Karel D'HOOGHE