Trefwoorden
Instrument en orkesttrekken 4
Doelstellingen
Het hoofdvak instrument wil studenten helpen zich te ontwikkelen tot muzikant, met dien verstande dat niet alleen de technisch-motorische aspecten aan bod komen om te kunnen functioneren als actief uitvoerder, maar eveneens alle cognitieve aspecten van de uitvoeringspraktijk. Uiteindelijk doel is het aanreiken van alle mogelijke informatie die de student in staat moet stellen zelfstandig tot een gefundeerde uitvoering te komen, daarbij rekening houdend met de steeds wijzigende omstandigheden in een zich steeds vernieuwend heden.
Voor de instrumentale opleiding binnen de optie instrument-zang stelt het Conservatorium van Gent zich als één van de doeleinden dat de studenten een voldoende niveau behalen om te slagen voor de audities die door de Vlaamse orkesten worden ingericht. Hiertoe wordt binnen het curriculum van de studenten orkestisntrumetn het vak "orkesttrekken" voorzien. Dit vak maakt de eerste 4 jaar van de basisopleiding deel uit van het opleidingsonderdeel "instrument en orkesttrekken".
Leerinhoud
Het aangeboden pakket bestaat uit het instrumentonderricht, aangevuld met orkesttrekken.
Instrumentonderricht is een individueel onderricht. Het individuele, ambachtelijke en artistieke aspect van dit onderwijs zorgt voor een unieke relatie "meester-leerling" waarbij meester kan betekenen: deskundige-coach-mentor - vertrouwenspersoon en/of vriend die elke student op zijn individueel niveau alle mogelijkheden aanbiedt om een instrument op een profesioneel technisch niveau te beheersen en daarbij zijn artistiek, creatief en emotioneel kunnen in de muziek tot uitdrukking laten komen.
Leerinhoud en evaluatie orkesttrekken
2e meestergraad: opgelegde orkesttrekken ingestudeerd tijdens een korte voorbereidingstijd van bv. 2 weken + orkesttrekken a prima vista; opstellen curriculum vitae; inoefenen voorspelen.
Evaluatie
In de 2e meestergraad wordt een orkestauditie ingericht naar het voorbeeld van de reele situatie in de Vlaamse orkesten. Hierbij wordt getoetst naar de volgende aspecten:
- repertoirekennis: tenminste de 35 orkesttrekken ingestudeerd tijdens de voorgaande studiejaren
- opgelegde orkesttrekken ingestudeerd tijdens een korte voorbereidingstijd
- voorspelen van een concerto.
De beoordeling gebeurt onder verantwoordelijkheid van de docent, op advies van het departementshoofd of zijn afgevaardigde en een extern jurylid, die het werkveld vertegenwoordigt.
Begincompetenties
Slagen in de eerste meestergraad
Eindcompetenties
Leermaterialen
Partituren
Studiekosten
Studiebegeleiding
Onderwijsvormen
Werkcollege
Individueel optreden
Concerten
Evaluatievorm
Permanente evaluatie
Publiek optreden
Audities
10% van de punten worden voorbehouden voor het correct en tijdig indienen van het jaarlijkse repertoire en desgevallend van het examenrepertoire en van de partituren van de examenstukken: Cf. Bijlage bij de studiegids art.3
OP-leden
Volgens keuze instrument
|
|
