Trefwoorden Duits
Doelstellingen Je zal in de loop van dit studiejaar leren vlot en efficiënt in het Duits te functioneren, zowel schriftelijk als mondeling, in taalgebruik situaties zoals die zich voordoen in het openbaar en het bedrijfsleven.
Als aankomend vertaler/tolk spreekt het vanelf dat je daarbij voortdurend streeft naar correctheid en accuratesse op alle gebieden en dat je een genuanceerd en coorect taalgebruik, niet alleen grammaticaal maar zeker ook stillistisch, ontwikkelt.
De vier essentiële vaardigheden komen dit jaar uitvoerig aan bod: luisteren, spreken, lezen en schrijven.
Er zijn sporadisch herhalingsoefeningen van de grammatica uit het eerste en tweede jaar.
Occasioneel wordt jullie aandacht gevestigd op meer gespecialiseerde grammaticale items.
Wat de woordenschat betreft, wordt van jou zeker verwacht dat je een ernstige inspanning levert om je eigen woordenschat uit te breiden.
Het accent ligt vooral op verstaan van moeilijkere teksten met economische en sociale inhoud en het correct formuleren.
Leerinhoud Schriftelijk: uitvoeren van schrijfopdrachten, zoals bv. samenvatten.
Mondeling: presenteren (informeren, overtuigen) en discussiëren over diverse aan Duitstalige toestanden gerelateerde onderwerpen.
Sporadische grammaticale oefeningen die slechts een klein deel van de leerinhoud voor hun rekening nemen.
Begincompetenties Leerinhouden Duits van het eerste en tweede jaar.
Eindcompetenties
Leermaterialen Syllabus lector.
Deutsche Grammatik (Ten Cate, Lodder & Kootte, uitgeverij Coutinho).
Oefeningen bij Duitse spraakkunst voor Nederlandstaligen (Vanacker - Timperman, DNB/Pelckmans).
Studiekosten Syllabus tegen kostprijs kopie.
Grammatica van Ten Cate (voor wie er nog geen heeft ± 35 €).
Oefenboek bij Duitse spraakkunst voor Nedrlandstaligen (voor wie er nog geen heeft ± 15 €).
Studiebegeleiding De studenten kunnen hun problemen tijdens de uren begeleide zelfstudie aan de lector voorleggen.
Bovendien kunnen ze via een interactieve website onderling discussiëren en met de lector overleg plegen.
Onderwijsvormen Het accent bij de vier vaardigheden ligt op zelfwerkzaamheid en actieve participatie.
Dit wordt verwezenlijkt door schrijfopdrachten en (voorbereiden van) discussies, groepswerk en begeleide zelfstudie.
De opdrachten worden thuis en/of in de klas voorbereid aan de hand van zelf verzamelde informatie.
Vakoverschrijdende werkperiode rond vertalen - communicatie - tolken - presentatie.
Projectmatig onderwijs rond competentiegerichte activiteiten.
Evaluatievorm EERSTE EXAMENPERIODE :
Schriftelijk examen : 50 %
Mondeling examen : 50 %
TWEEDE EXAMENPERIODE :
Schriftelijk examen : 50 %
Mondeling examen : 50 %
OP-leden
|
|