Trefwoorden Milieurecht
Doelstellingen Je leert inzicht verwerven in:- de wetgeving die de ruimtelijke ordening beheers
- de wetgeving die van toepassing is op de ingedeelde inrichtingen (ondernemingen)
- de wetgeving rond milieuverontreiniging
Je kan determineren of een bouwproject in aanmerking komt voor een stedenbouwkundige vergunning.
Je leert de implicatie van stedenbouwkundige voorschriften op de milieuvergunningsaanvraag inschatten.
Je leert opzoeken in het milieuwetboek.
Je leert opzoeken welke vergunningen noodzakelijk zijn voor een bepaalde milieubelastende activiteit, en aan welke verplichtingen er moet worden voldaan voor de aanvraag en het behoud van de vergunning.
Je leert meldingsformulieren afvalstoffen opmaken.
Je leert de betrokken reglementering nauwgezet toepassen in oefeningen en cases, onder meer in een complexe vakoverschrijdende case.
Voor een opgegeven probleem kan je de gepaste juridische oplossing geven.
Je leert nauwgezet werken. Je scherpt jouw milieubewustzijn aan.
Leerinhoud Er zijn twee grote modules : het ruimtelijk ordeningsrecht en het milieuhygiënerecht.
Het ruimtelijk ordeningsrecht bevat de volgende grote onderdelen:- de ruimtelijke planning
- vergunningen
- informatieverplichtingen
- grond- en pandenbeleid
- stads en dorpsherwaardering.
Veruit het meeste aandacht gaat naar de eerste 2 onderdelen.
Er wordt uiteengezet hoe ruimtelijke structuurplannen en ruimtelijke uitvoeringsplannen tot stand komen, welke de bodembestemmingen zijn, en welke de afwijkingen op de normale zonevoorschriften zijn.
De instrumenten ter verwezenlijking van de ruimtelijke planning worden toegelicht en er wordt stilgestaan bij schade en baten tengevolge van de ruimtelijke planning.
In het luik vergunningen wordt de procedure om een stedenbouwkundige - en verkavelingsvergunning te bekomen uiteengezet.
Speciale aandacht wordt verleend aan de raakvlakken tussen stedenbouwwetgeving en de milieuvergunningsreglementering.
In cases moet de student kunnen determineren of een stedenbouwkundige vergunning vereist is, of en in welke mate deze kan worden toegestaan, en of en in welke mate zonevreemdheid de hernieuwing van een milieuvergunning kan beletten.
De module ruimtelijk ordeningsrecht wordt op het einde van het eerste semester geëxamineerd.
Het milieuhygiënerecht is als volgt opgebouwd :- de controle op de ingedeelde inrichtingen (milieuvergunningsdecreet, Vlarem 1 en Vlarem 2, en het decreet bedrijfsinterne milieuzorg)
- de milieuvoorwaarden voor de niet-ingedeelde inrichtingen in Vlarem 2
- de wetgeving op de lucht-,water- en bodemverontreiniging (mi.v. de mestwetgeving)
- de wetgeving inzake geluid, afvalstoffen en straling.
Er wordt voortdurend gewerkt met het wetboek.
In complexe cases moeten de studenten de wetgeving toepassen :- ze moeten kunnen determineren of er een melding of een vergunning vereist is en weten hoe de procedure verloopt
- ze moeten de milieuvoorwaarden (algemene en sectorale) voor de onderneming kunnen bepalen.
Begincompetenties Inzicht hebben in de opbouw van de milieuregelgeving in Vlaanderen.
Inzicht hebben in de methodiek en het begrippenarsenaal van het milieurecht.
Eindcompetenties
Leermaterialen Syllabussen opgesteld door de vaklector:- ruimtelijk ordeningsrecht
- milieuhygiënerecht
Wetteksten.
Studiekosten Syllabus : ca 450 bladzijden aan de gangbare prijs bepaald door de hogeschool.
Studiebegeleiding Taken worden individueel beoordeeld en van commentaar voorzien;individuele studieproblemen kunnen besproken worden met de titularis
Onderwijsvormen hoorcollege en leergesprek, met presentatie op slide;
vele begeleide oefeningen en cases, met onder meer een complexe vakoverschrijdende case;
werken met wetteksten
Evaluatievorm eerste examenzittijd:
schriftelijk examen 85 % en permanente evaluatie 15 %
tweede examenzittijd:
schriftelijk examen 100 %
Examencommissie Vlaamse gemeenschap:
eerste en tweede examenzittijd: schriftelijk examen 100 %
OP-leden
|
|