STUDIE VAN DE FOTOGRAFISCHE BEELDTAAL 1.1
 
Wordt gegeven in 1ste jaar Bachelor in de beeldende kunst - afstudeerrichting: fotografie
1ste jaar Bachelor in de beeldende kunst - afstudeerrichting: fotografie
Hoorcollege [A] 60.0
Werkcollege [B] 70.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 70.0
Totale studietijd [D] 445
Studiepunten [E] 15
Niveau  
Onderwijstaal Nederlands
Titularis ACAD VAKGROEP
Referentie ABBKUF01A00001
 
Trefwoorden
Studie van de fotografische beeldtaal

Doelstellingen
Aan de hand van een aantal opdrachten wordt de student geconfronteerd met een aantal specifieke vaardigheden eigen aan de taal fotografie.
*De inzichten in de beeldende middelen bijbrengen. Aanreiken van de verschillende mogelijkheden bij het opbouwen van een beeld, compositie. ("De instrumenten van de fotograaf")
*De relatie tussen beeldinhoud en gebruik van de beeldende middelen verduidelijken.
*Eigen maken van technische vaardigheden als lichtmeting, filmontwikkeling, afdruk. (Basis).
*Waarneming en appreciatie voor bestaande licht bijbrengen.
*Werkritme, organisatie en planning stimuleren.

Leerinhoud
Artistiek.
Technische aspecten.
*Opnametechnieken in kleinbeeld, lichtmeting. (Basis).
*Filmontwikkeling, afdruk zwart-wit. (Basis).
*Negatiefbehandeling. (Basis).
*Diafilm zwart-wit. (Basis).
Aspecten van de vormgeving.
*Cadrage en compositie. (Basis).
*Bestaande licht, gradatie en richting van het licht. (Basis)
. *Scherpte,onscherpte. (Basis).
*Relatie ten opzichte van het gefotografeerde.
*Relatie tussen inhoud van het beeld enerzijds en technische en vormelijke aspecten anderzijds.
*Onderzoek van het project, formulering van eigen standpunt.

Inhoudelijke aspecten.
Deelcompetenties:
-Initiatie analoog proces: het analoog proces van opname tot print.
-Studie beeldende middelen: een kennismaking met de technische en vormelijke instrumenten van de fotograaf.
-Relatie beeldende middelen en beeldinhoud: het ontdekken van de invloed van de beeldende middelen op de beeldinhoud.

Begincompetenties
Artistieke toelatingsproef.

Eindcompetenties
Creërend vermogen.
De student kan een eigen idee vorm geven en in beperkte mate realiseren.
*Heeft inzicht in de principes en technieken van vormgeving, beeldcompositie.
*kan welomschreven opdrachten tot een goed einde brengen.
*geeft blijk van een eigen vorm- en beeldtaal te ontwikkelen.
*demonstreert interesse voor de basiskennis en kunde i.v.m. het gebruik van de technische middelen en systemen eigen aan de fotografie.
Kritische reflectie.
De student leert het eigen werk en dat van de anderen te beschouwen, analyseren, duiden en evalueren.
*toont aanzet om een gestelde opdracht te analyseren en erover te communiceren.
*ontwikkelt kritische zin en een intellectueel weerbare persoonlijkheid.
Communicatief vermogen.
De student kan zijn werk presenteren en toelichten.
*kan een kritisch gesprek aan rond proces en resultaat.
Organiserend vermogen.
De student geeft aanzet tot het plannen en organiseren van eigen werk.
*vertoont de nodige discipline waardoor hij regelmatig werkt.
*kan overweg met deadlines.
Vermogen tot samenwerken.
De student kan in een samenwerkingsverband een actieve bijdrage leveren met respect voor de rol en de verantwoordelijkheid van alle betrokkenen.
*kan deelnemen aan een overleg met respect voor planning en timing.
Vermogen tot groei en vernieuwing.
De student beschikt over voldoende gedrevenheid om zich maximaal te ontplooien in een eigen artistieke discipline.
*is gemotiveerd om een persoonlijke artistieke visie en uitdrukkingsvorm verder te ontwikkelen.
*gaat constructief om met kritiek.
*geeft blijk van een duidelijke evolutie in inhoud en vorm tussen de 1ste en laatste opdracht.
*heeft de juiste motivatie aan de dag gelegd t.o.v. het vakgebied.
Beroepsgerichte competenties.
De student heeft kennis en inzicht in het beroepsmatig functioneren als fotograaf.
*heeft het terrein van het instroomgebied, waarvoor hij initieel heeft gekozen, verkend.


Leermaterialen


Studiekosten
Eenmalige investering geschat op 800 euro voor de basisuitrusting;(kleinbeeldtoestel, statief, dokaklok en vergrotingsraam (deze zijn eveneens te gebruiken in de verdere opleiding).
Films, fotopapier, ontwikkelproducten, geschat op 250 euro.

Studiebegeleiding


Onderwijsvormen
Theoretische uiteenzettingen, groepsbespreking van de resultaten, individuele bespreking, beeldanalyse, werkatelier (labo), buitenopname.

Evaluatievorm
Permanente evaluatie, tussentijdse beoordeling .
*Eindcompetenties.
*Regelmatige aanwezigheid en inzet.
*Beantwoorden aan de gestelde deadlines voor het afwerken van opdrachten.

Algemeen:
- Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
- Werkstukken moeten op vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd. Bij wettige afwezigheid van de student moeten de werkstukken door iemand anders worden ingediend.
- Evaluatie tijdens de 1ste examenperiode, geen 2de zittijd.

OP-leden