MENS EN MAATSCHAPPIJ 1.2.
 
Wordt gegeven in 1ste jaar professionele Bachelor in de interieurvormgeving
Hoorcollege [A] 35.0
Werkcollege [B] 0.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 85
Studiepunten [E] 3
Niveau  
Onderwijstaal Nederlands
Titularis ACAD VAKGROEP
Referentie ACINVG01A00009
 
Trefwoorden
Mens en maatschappij

Doelstellingen
De student een denkkader bezorgen waarin hij de belangrijke ontwikkelingsfasen van de kunst-, architectuur- en cultuurproductie in de Oudheid en de Middeleeuwen kan situeren, begrijpen en waarderen.
De student in staat stellen de betekenis en waarde van de realisaties op het gebied van de kunst en cultuur in deze periodes te onderkennen vanuit het standpunt en de positie van de hedendaagse situatie.
- alle cultuurgebonden, sociale, normatieve en juridische inzichten kunnen erkennen
- zich kunnen plaatsen in een brede maatschappelijke context
- zich een kritische ingesteldheid kunnen verwerven vanuit menskundig, economisch en cultuurdynamisch oogpunt

Leerinhoud
Inrichting op één bouwlaag
De inhoud van het opleidingsonderdeel heeft betrekking op een initiatie in de kunst- en cultuurgeschiedenis als noodzakelijke onderbouw en basiskennis die aansluiting heeft op de "Module 2 : Inrichting op één bouwlaag". Er wordt hierbij vooral aandacht besteed aan de ontwikkeling van de kunst en cultuurproductie in de Oudheid en de Middeleeuwen (met zwaartepunt Europa en de Westerse wereld). Er wordt inhoudelijk vooral gefocust op de architectuur en de interieurvormgeving in deze periodes van de geschiedenis en de betekenis en relevantie ervan naar de wereld van vandaag toe.
- kunst, architectuur - en interieurgeschiedenis, cultuurgeschiedenis van het wonen, (filosofie van het wonen vroeger en nu), actualiteit van kunst, architectuur en het interieur, mediakunde, product - en systeemergonomie, het 'mens - product' interactiemodel, antropometrie

Begincompetenties
- interesse hebben in geschiedenis, kunst, cultuur en interieurtrends
(aangezien iedereen zich kan inschrijven binnen de opleiding IV.)
- in staat zijn nieuwe dingen op te nemen

Eindcompetenties
De student kan de belangrijkste realisaties op het gebied van de kunst- en cultuurgeschiedenis uit de Oudheid en Middeleeuwen situeren in tijd en ruimte. Hij is in staat de waarde en het belang ervan te linken naar de hedendaagse situatie
de nodige stappen kunnen doen om tot een professionele zelfontplooiing te komen
zelf kritisch kunnen staan t.o.v. een eigen ontwerp
kritiek op eigen ontwerp kunnen aanvaarden zonder zichzelf geviseerd te wanen
subjectiviteit kunnen onderscheiden van objectiviteit
algemene smaakbegrippen kunnen onderscheiden van eigen smaak-voelen
een adequaat organigram kunnen maken van verscheiden complexe leefsituaties

Leermaterialen


Studiekosten


Studiebegeleiding


Onderwijsvormen
Hoorcolleges, geïllustreerd met dia's, video's enz. en verwerking.
Er kan (al dan niet volgend op een studiebezoek) een taak of opdracht opgegeven worden die aansluit bij de inhoud van de hoorcolleges.
- Probleemtaken met interactieve momenten van begeleiding
- Demonstraties op het werkveld
- Kennis en leergesprek tijdens rondleidingen in gebouwen, musea, ed.
- Projecten en cases die interdisciplinair worden opgezet en waarbij het menskundige alsook het maatschappelijke hierbij deel van uitmaakt.

Evaluatievorm
Permanente evaluatie, assessment vorm: product-portfolio, schriftelijk of mondeling examen.
Algemeen:
-Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
-Examenmogelijkheid in de 1-ste en de 2-de examenperiode.

OP-leden