THEORIE & PRAKTIJK VAN DE OUDE MUZIEK 1
 
Wordt gegeven in 1ste jaar Bachelor in de specialisatie klassieke muziek, Klassieke Muziek - afstudeerrichting: Uitvoerende muziek
Hoorcollege [A] 0.0
Werkcollege [B] 28.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 56.0
Totale studietijd [D] 84
Studiepunten [E] 3
Niveau  
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Patrick PEIRE
Referentie MBMUZU01K00009
 
Trefwoorden
Theorie en praktijk van de oude muziek 1

Doelstellingen
Dit opleidingsonderdeel verschaft de studenten die zich willen specialiseren in oude muziek de nodige theoretische en praktische inzichten en vaardigheden. Daarom wordt dit vak van bij aanvang van de studie ingericht. Het vak is gerelateerd aan de solopraktijk en muziekgeschiedenis, kleine ensembles onderzoeksmethodiek.

Leerinhoud
Verwerven en/of uitdiepen van theoretische en praktische kennis ivm de uitvoeringspraxis in relatie tot de betreffende stijlperiodes en regio's. Vanuit deze benadering kan de student komen tot een diversificatie in de uitvoeringspraxis van zijn eigen repertorium.

Begincompetenties
geen

Eindcompetenties
* heeft een behoorlijke muzikale sensibiliteit
* heeft een behoorlijk muzikaal gehoor
* heeft een open geest en het vermogen tot verwondering
* heeft een behoorlijke technische vaardigheid waarbij de aanzetten van een eigen musiceerstijl en muzikale persoonlijkheid aanwezig zijn
* bezit de nodige heuristiek om muzikale problemen in functie van een uitvoering op te lossen
* kan nieuw repertoire instuderen en op behoorlijk niveau onderzoekend, experimenterend en beschouwend, kennis, intuïties en emoties omvormen tot een muzikale uitvoering
* kan bestaande kennis over het hedendaagse en historische uitvoeringspraktijken op een behoorlijk niveau in praktijk brengen tijdens muziekuitvoeringen
* heeft, indien vereist voor de muziekstijl waarin men specialiseert, een verkenningsdrang ontwikkeld van het raakvlak van verschillende opvattingen, culturen, stijlen en genres
* heeft een behoorlijke kennis van en inzicht in de disciplines noodzakelijk voor persoonlijk artistiek onderzoek in de muziek
* ontwikkelt een attitude tot het verdiepen en verfijnen van de muzikale expressie
* beheerst behoorlijk de algemene specifieke beroepsgerichte competenties om zich als beginnend musicus te bewijzen
* kan op behoorlijk wijze een werkproces organiseren
* kan behoorlijk zijn werk documenteren en archiveren

Groei- en ontplooiingsmogelijkheden:
* is gemotiveerd om de speeltechniek steeds verder te ontwikkelen en is gedreven om het muzikaal inlevingsvermogen verder te verfijnen. Vertoont hierbij een groot doorzettingsvermogen
* heeft een open geest en het vermogen tot verwondering en kan behoorlijk zijn ervaringen en bevindingen ten voordele van de ontwikkeling van het eigen muzikaal oeuvre inzetten
* Toont ambitie om zich verder en steeds diepgaander te bekwamen als uitvoerend musicus


Leermaterialen
Literatuur
Wetenschappelijke publicaties
Tractaten

Studiekosten
Alle materiaal kan ontleend worden in de bibliotheken

Studiebegeleiding
studievoortgangsgesprekken

Onderwijsvormen
Hoorcollege
Wekcolleges

Evaluatievorm
Mondeling examen

OP-leden
Peire Patrick