Trefwoorden Autonome film 2.1.
Doelstellingen Dit opleidingsonderdeel geeft aanleiding tot een persoonlijk filmisch onderzoek, waarbij zowel de cinematografische materie als de inhoudelijke elementen het onderwerp zijn van het onderzoek zelf.
De student(e) verwerft theoretische, technische en praktische inzichten bij de diverse opname-, montage- en geluidstechnieken.
Leerinhoud De materiefilm.
Op een zeer autonome basis gaat de student(e) een onderzoek aan naar de eigenschappen van de materie.
Het onderwerp of de materie wordt benaderd vanuit een non-narratief standpunt, terwijl de filmische elementen onderzocht worden op hun typische vormelijke eigenschappen en mogelijkheden.
De klankband en het samengaan van klank en beeld spelen een belangrijke rol in de vormgeving.
De keuze van het onderwerp en thema, het onderzoek of de benaderingswijze wordt bepaald in samenspraak met de begeleidende lesgever. Het kan een gezamenlijk afgesproken thema zijn, een individueel onderwerp of resulteren uit een opdracht.
Mogelijke opnameformaten zijn film16 of 8 mm, video en fotografie.
Toegepaste technologie
Vanuit een overzicht worden de verschillende technische geledingen van het productieproces bestudeerd om de onderlinge verbanden zo ver mogelijk uit te diepen.
Er wordt een overzicht gegeven van de gebruikte apparatuur, en waar nodig/noodzakelijk de werking ervan uitgelegd:
-opnametechniek van beeld en geluid, diverse montage-, en postproductietechnieken.
-een overzicht van de professionele apparatuur met werking, gebruiksaanwijzing en toepassingen.
-de diverse technieken om te komen tot een afgewerkte film of video.
-het leren werken met diverse montage-apparatuur.
-een overzicht van het postproductieproces.
-het professionele vakjargon.
De uitvoering van die taken wordt toegepast op het persoonlijke werk van de student.
Begincompetenties Voor de materiefilm beheerst de student de gebruikte technische middelen en heeft ervaring met opname en montage van pellicule, video en klank.
Hij of zij heeft een voldoende creatieve instelling om een onderwerp in zijn vormelijke betekenis uit te diepen.
Eindcompetenties Het eindresultaat voor de materiefilm is steeds één of meerdere afgewerkte producten die, al of niet op zich staand, uitdrukking geven van een persoonlijk en gemotiveerd onderzoek naar de essentie van de materie en de symbiose tussen klank en beeld.
Leermaterialen Video- en filmopnamemateriaal, montage- en lichtmateriaal.
Internet.
Studiekosten De basiskost beperkt zich tot het aanschaffen van pellicule, ontwikkeling, telecinema,cassettes en verbruiksgoederen tot 70 €.
De bijkomende kosten zijn afhankelijk van de aard en het thema van de film.
De filmmaker zal ook instaan voor: vervoer en catering van de cast en de crew, voor de huur van de eventuele locatie, enz…
Externe harde schijf verplicht (ook bruikbaar bij andere opleidingsonderdelen).
Studiebegeleiding Praktische begeleiding bij de totale productie.
Vooruitgangsgesprekken in het atelier.
Departementale individuele studiebegeleiding.
Onderwijsvormen Theoretische en technische uiteenzettingen met voorbeelden, werkatelier met uitvoering in studio of op locatie buiten de school.
De uitvoering kan gebeuren buiten de gangbare lesuren binnen en buiten de school.
Theoretische lessen met didactisch materiaal, uiteenzettingen, oefeningen.
Evaluatievorm Jurering en permanente evaluatie 50/50
Evaluatie tijdens de 1ste examenperiode, geen 2de zittijd.
Algemeen:
Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Werkstukken moeten op vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd. Bij wettige afwezigheid van de student moeten de werkstukken door iemand anders worden ingediend.
OP-leden Paul Vandekerckhove
|
|