Trefwoorden Multiple & editie 2.2.
Doelstellingen Het opleidingsonderdeel wordt aangeboden als aanverwante door het atelier Grafiek.
Het geeft de mogelijkheid aan studenten uit andere afstudeerrichtingen om de mogelijkheden van de klassieke technische (re)productietechnieken in te zetten in de ontwikkeling van eigen werk.
Centraal staan dus de indirecte, relatief arbeidsintensieve manier van werken en het ondervinden van de gevolgen hiervan voor de conceptie van werk.
Leerinhoud 1.
a) Uitdiepen van de mogelijkheden van
- het etsen (droge naald, lijnetsen, aquatint, drukken in 1 kleur)
- de hout-/linosnede (snijden beeldvormen, experimenteren met alternatieve materialen en drukken in meerdere kleuren)
- de lithografie (tekenen met krijt en inkt, drukken in 1 kleur)
- zeefdruk (experimenteren met belichtingstijden en grafische films, drukken in 1 kleur)
b) Experimenteren met monotypes
Belangrijk is daarbij dat het aanwenden van deze mogelijkheden leidt tot de ontwikkeling van eigen werk, waarin zelf vooropgestelde thema’s worden uitgediept en beeldend worden verkend.
2.
- Leren onderscheiden van elementen in het werk die specifiek voortkomen uit het gebruik van de grafische (re)productietechnieken
- Dit proces wordt begeleid door het aandragen van zoveel mogelijk referentie-elementen
Begincompetenties Algemene competenties:
-De student bezit een grote gedrevenheid, een ruime culturele interesse en oriënteert zich in het actuele artistieke domein.
- Hij weet zijn werk mondeling te situeren en is in staat argumenten aan te brengen die zijn artistieke keuzes onderbouwen.
- Zijn werk geeft duidelijk blijk van een gericht zoeken naar en uitdiepen van zelf vooropgestelde thema’s.
Specifieke competenties:
- De student kent de basisprincipes van de klassieke grafische technieken.
Eindcompetenties Algemene competenties:
- De student weet zich opgenomen in de dynamiek van het atelier grafiek.
- Hij is sociaal en weet te communiceren over zijn werk.
- De student getuigt van een afgewogen zelfstandigheid.
Specifieke competenties:
- De student beheerst de principes van de klassieke grafische technieken waarin hij werd geïntroduceerd.
- Het grafisch werk geeft duidelijk blijk van een gericht zoeken naar en uitdiepen van zelf vooropgestelde thema’s.
- Hij weet zijn grafisch werk mondeling te situeren en is in staat argumenten aan te brengen die zijn keuzes onderbouwen.
Leermaterialen Bijna alle leermaterialen zijn aanwezig in de ateliers (inkten, machines, proefpapier, zink, hout, bijtels, gutsen, …).
De student moet zelf voorzien in papier en een basis aan tekenmaterialen.
Ook dient hij zelf te voorzien in specifieke materialen die hij wenst aan te wenden in zijn werk.
Naslagwerken en teksten waarnaar wordt verwezen zijn uitleenbaar in de zeer goed uitgebouwde bibliotheek van het departement en kunnen tevens worden verkregen via het internet.
Ander (bronnen)materiaal is eveneens aanwezig in de ateliers (introductiefilms, films, documentaires, specifiekere literatuur, …)
Studiekosten 150 €
Studiebegeleiding - De student wordt persoonlijk en in groep begeleid in de ateliers.
Derhalve moet de student steeds persoonlijk communiceren met de docenten.
- Het atelier grafiek voorziet eveneens in studiebegeleidingsmateriaal voor zelfstandig onderzoek (films ter introductie tot de verschillende grafische technieken, diabank en digitale databank met een overzicht van grafisch werk waarnaar verwezen wordt tijdens de lessen).
Onderwijsvormen Atelier, werkcolleges, zelfstandig studeren.
Evaluatievorm Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
1. De evaluatie valt onder het systeem van de permanente evaluatie.
2. Geen tweede zittijd mogelijk.
3. Omschrijving evaluatie:
- Tijdens het semester zijn er permanente evaluaties van het artistiek proces.
- In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury.
- De evaluatie van het artistiek proces wordt door de examenjury afgewogen tegenover de kwaliteit van het artistiek werk voorgelegd tijdens de jury.
Deze afweging levert dan een eindcijfer voor het opleidingsonderdeel op.
- In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
OP-leden Nico Lannoo, Jean-Paul Monbaliu, Emiel Hoorne, Bram Crevits
|
|