ATELIER ILLUSTRATIE 2.1.
 
Wordt gegeven in 2de jaar Bachelor in de beeldende kunst, illustratie - afstudeerrichting: grafische vormgeving en grafiek
Hoorcollege [A] 25.0
Werkcollege [B] 20.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 55.0
Totale studietijd [D] 225
Studiepunten [E] 9
Niveau  
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Anna-Maria DECOCK
Referentie ABBKUG02A00007
 
Trefwoorden
Atelier illustratie 2.1.

Doelstellingen
Algemene doelstelling doorheen het traject:
Illustratie is qua studieomvang het belangrijkste opleidingsonderdeel. Dit hoofdatelier wordt ondersteund door de opleidingsonderdelen Grafische Vormgeving en Grafiek. Bijkomende keuzemogelijkheden worden aangeboden aan de student om specifieke noden en individuele wensen in verband met illustratie in te vullen.
Van de student die kiest voor illustratie wordt verwacht dat hij/zij een tekst, idee, concept of gegeven (eigen keuze of opgelegd) kan ver- en uitbeelden in een persoonlijke, visueel communicatieve en expressieve stijl. Dit parcours is tweeledig, enerzijds de studie van inhoudelijke en communicatieve aspecten, anderzijds het onderzoek van de verschillende beeldende mogelijkheden en uitdrukkingsvormen.
Dit complex proces kan maar slagen indien het geleid wordt door een vast en complementair team dat samen rond dezelfde opdrachten werkt, waar alle facetten, zowel artistiek als technisch, vervat zitten.
Specifieke doelstelling:
De student verwerft een inzicht betreffende omgaan met welomschreven opdrachten en heeft zijn plastische expressiemiddelen uitgebreid. Hij/zij onderzoekt de communicatieve mogelijkheden van compositie en beeldtaal in verschillende technieken.

Leerinhoud
-Het gebruik, de kracht en zeggingschap van compositie binnen een communicerend beeld.
-Gebruik en de expressie van de kleurtaal.
-Onderzoek naar de verschillende mogelijkheden (schilderen, inkt, collage, fotocollage) en bruikbare expressiematerialen (verf, inkt, potlood, digitale foto).
-De leerinhoud is thematisch geordend.

Begincompetenties
- Een manier van waarnemen waardoor de student in staat is een eigen vorm- en beeldtaal te ontwikkelen.
- Affiniteit hebben met het aspect “Tekenen” in zijn meest ruime betekenis.

Eindcompetenties
-Creërend vermogen: de student verdiept zich in de principes en technieken van vormgeving, ontwerp en beeldvorming.
-Kritische reflectie: kan een gestelde opdracht analyseren en er over communiceren.
-Communicatief vermogen: kritisch gesprek aankunnen rond proces en resultaat.
-Organiserend vermogen: de student heeft de nodige werkdiscipline.
-Vermogen tot samenwerken: toont dat hij/zij in staat is eigen bekwaamheden in een samenwerking in te zetten.
-Vermogen tot groei en vernieuwing:de student toont voldoende gedrevenheid om zich maximaal te ontplooien in het eigen vakdomein.
-Beroepsgerichte competenties: heeft het terrein van het instroomgebied, waarvoor hij initieel heeft gekozen, verkend.
-Algemene theoretische vorming: heeft een eigen visie van de actuele stand van zaken in het artistiek domein en kan deze verwoorden.

Leermaterialen
-Voorbeelden ter inzage, illustratiecatalogi, boeken, persknipsels e.d. die zowel door de titularissen als de studenten worden aangebracht.
-Beeldbibliotheek op CD.
-Grafische materialen naargelang het medium waarmee de student zich uitdrukt.

Studiekosten
(zie ook Leermaterialen)
De studiekosten hangen sterk af van het medium waarmee de student zich uitdrukt en zijn dus zeer persoonlijk en moeilijk te ramen.
De studie kan zeker aangevat worden zonder al te hoge kosten, maar een minimum van ca. € 50 lijkt realistisch.

Studiebegeleiding
Gebeurt vooral op individuele basis.

Onderwijsvormen
Hoorcollege, werkcollege, atelier, gastsprekers, tentoonstellingen en uitstappen, afhankelijk van het nationaal en internationaal aanbod.

Evaluatievorm
-Permanente evaluatie van het artistieke proces.
-Eindevaluatie van het werk in de examenperiode met examenjury.
-Geen 2e zittijd.

Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Werkstukken en opdrachten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.


OP-leden
Anna-Maria Decock
Carl Cneut
Christine De Boosere