Trefwoorden
Beeldontwikkeling en conceptvorming 2.2.
Doelstellingen
In de deelcompetentie beeldontwikkeling en conceptvorming formuleren studenten hun ideeën op een eenvoudige manier (schetsmatig, tekstueel, verbaal…).
Deze ideeën kunnen aangebracht worden vanuit andere deelcompetenties, maar kunnen ook binnen beeldontwikkeling en conceptvorming ontstaan.
De samenwerking met andere deelcompetenties wordt aangemoedigd, maar de exclusieve uitwerking binnen beeldontwikkeling en conceptvorming is eveneens mogelijk.
In beeldontwikkeling en conceptvorming ligt de nadruk op het onderzoek naar een concept en/of beeld; techniek is een hulpmiddel.
Studenten starten met het formuleren van een idee dat later uitgroeit tot een volwaardig concept en/of beeld.
Daarom wordt gekozen voor ‘eenvoudige’ technieken, waarbij de student vrij snel en een idee kan formuleren en uitdiepen.
Via deze technieken voert de student onderzoek naar de vorm en betekenis van zijn idee.
Plastische technieken zoals tekeningen, maquettes, collages, assemblages… worden aangereikt naast beschrijvende en narratieve technieken zoals synopsis, scenario, storyboard (in functie van time-based media zoals film, theater, performance…)
Beeldontwikkeling en conceptvorming biedt de studenten de ruimte zich met minimale middelen maximaal te concentreren op een idee.
Binnen het keuzepakket van de Gecombineerde Media kan beeldontwikkeling en conceptvorming verschillende functies vervullen:
- Een student ontwikkelt een concept/beeld in samenwerking met een andere deelcompetentie en werkt het daar verder uit.
- Een student ontwikkelt een concept exclusief binnen beeldontwikkeling en conceptvorming en presenteert het minimalistische product als een volwaardig beeldend of verhalend eindresultaat.
- Een student komt met een project vanuit een andere deelcompetentie naar beeldontwikkeling en conceptvorming om er te herbronnen en zijn concept/beeld verder uit te diepen of opnieuw in vraag te stellen.
De ontwikkelde beelden van de student worden geëvalueerd en getoetst aan hun artistieke inhoud en hun technische en financiële haalbaarheid.
Er wordt bekeken of de student op eigen kracht zijn concept/beeld kan realiseren of in samenwerking met anderen (andere deelcompetenties binnen de Gecombineerde Media, ander opties binnen de Beeldende Kunsten, externe firma’s…).
In het laatste geval (externe firma’s) wordt de student begeleid in zijn communicatie en krijgt hulp bij de technische afspraken met deze firma’s.
Beeldontwikkeling en conceptvorming moet binnen de Gecombineerde Media de uitstraling krijgen van een stille, contemplatieve ruimte.
Het opleidingsonderdeel is opgesplitst in twee ateliers met verschillende specifieke doelstellingen, werkritmes en leerinhouden.
Atelier beeldontwikkeling
Specifieke doelstellingen
a/volledige opleiding
Beeldontwikkeling is een opleidingsonderdeel waar studenten de kans krijgen om individueel een persoonlijk onderzoek te voeren met en naar een eigen techniek.
Niet het aanleren van een techniek staat centraal, maar het zoeken binnen de eigen mogelijkheden naar een medium waarmee persoonlijke gedachten plastisch kunnen worden uitgedrukt.
Dit betekent dat ieder student de kans krijgt om zich gelijk welk medium eigen te maken met een zelf gekozen methode en tot op een zelf te bepalen niveau.
De beheersing van een gekozen medium is binnen beeldontwikkeling rechtsreeks afhankelijk van haar noodzaak voor een artistieke uitspraak.
Niettegenstaande deze denkpiste reeds tientallen jaren deel uitmaakt van het hedendaagse kunstgebeuren blijft ze binnen de bestaande kunstopleidingen (waar vooral de beheersing van een voorgesteld medium noodzakelijk is voor de verwezenlijking van een artistieke uitspraak) een buitenbeentje.
Daarom is beeldontwikkeling een uiterst belangrijk aanvullend alternatief binnen de totaliteit van de opleiding.
b/3e semester
Studenten weten zich te plaatsten binnen het hedendaags kunstgebeuren en kunnen vanuit deze positionering hun beeldend onderzoek argumenteren.
Studenten weten zich te plaatsen binnen het spectrum van media en technieken en vertonen een uitgesproken motivatie voor de keuze die zij maken.
Leerinhoud
“Argumentatie”
Afgewerkte producten worden geïsoleerd van de werksfeer en als uitspraak gepresenteerd.
Beelden worden afgetast en getoetst naar zeggingskracht.
In deze module gaat de aandacht verder naar de opbouw, de gemaakte keuzes (inhoudelijk vormelijk en materiaal - technisch) en de werking van het beeld in de ruimte en binnen de context van het hedendaags kunstgebeuren.
Studenten bouwen een maturiteit op omtrent hoe een beeld werkt, wat kan en niet kan.
Extra aandacht gaat naar het reflecteren over het werk en de positionering.
Hedendaags individueel plastisch onderzoek binnen het persoonlijke interesseveld.
Dit gebeurt volgens een individueel lineair systeem met een repetitief karakter, waar studenten opeenvolgend de stappen visievorming, conceptontwikkeling en beeldrealisatie doornemen om deze telkenmale, versterkt door de opgedane inzichten van het gecreëerde beeld, opnieuw te herhalen.
Atelier Conceptvorming
De student is in staat met eenvoudige middelen een visie te ontwikkelen rond een bepaalde problematiek.
De student is in staat ideeën te genereren rond een thema, een voorwerp, een actie, een tekst…
De student krijgt inzicht in de verschillende vormen van concepten ontwikkelen, door middel van plastische, beschrijvende of narratieve technieken.
De student krijgt inzicht in de processen van het creatieve denken en maakt kennis met de verschillende denktechnieken en –structuren.
De student is in staat individueel of in groep ideeën te genereren.
De student kan zijn eigen ideeën plaatsen binnen de context van de moderne en hedendaagse kunststromingen.
Leerinhoud
Plastische technieken ( tekeningen, collages, foto’s …)
Beschrijvende en narratieve technieken (synopsis, scenario, storyboard …)
Denktechnieken ( brainstorming, divergerend en convergerend denken, boomstructuren, mindmapping…)
Logeopdrachten (1 dag)
Weekopdrachten
Vrij werk
Bezoek musea & galerijen
Vakliteratuur
Begincompetenties
Binnen een bepaalde tijdslimiet een onderzoek kunnen afronden en de beeldende resultaten ervan laten communiceren binnen de context van een interne tentoonstellingsruimte.
Kunnen omgaan met kritiek en getuigen van kritische kijk op eigen werk en dat van anderen.
Via digitaal beeldmateriaal werk kunnen representeren en toelichten.
Eindcompetenties
Studenten weten zich te plaatsten binnen het hedendaags kunstgebeuren en kunnen vanuit deze positionering hun beeldend onderzoek argumenteren.
Studenten weten zich te plaatsen binnen het spectrum van media en technieken en vertonen een uitgesproken motivatie voor de keuze die zij maken.
Leermaterialen
Hoewel de leermaterialen zeer individueel bepaald worden, zal het gebruik van de computer en het omgaan met internetsites rond kunst en kunstenaars voor alle studenten uiterst belangrijk zijn.
Studiekosten
De kostprijs zal hoofdzakelijk bepaald worden door de keuze van het medium waarmee de student wil werken.
Men moet toch rekenen op een strikt minimum van 50 euro per semester.
Studiebegeleiding
Individuele begeleiding (steeds mogelijkheid tot persoonlijk contact met de docent)
Onderwijsvormen
Artistiek labo, deelname aan projecten, tentoonstellingsbezoek, individuele atelierbegeleiding, groepsgesprekken, individuele gesprekken, contacten met kunstenaars, galerijen, musea…
Evaluatievorm
Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Tijdens de lessen zijn er permanente evaluaties van het artistieke proces. De toegekende cijfers tellen voor 1/3 van de punten.
In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury. Het toegekende cijfer telt voor 2/3 van de punten.
Werkstukken en opdrachten in het kader van de studie- en onderwijsactiviteiten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd. In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
Geen tweede zittijd mogelijk.
OP-leden
Geert Vercaemer : Beeldontwikkeling
Joris Vermassen : Conceptvorming
|
|
