Trefwoorden Atelier schilderkunst 1.1.
Doelstellingen De student(e) verwerft de nodige competenties om op een adequate manier de volgende onderdelen van zijn/haar opleiding aan te vatten.
De verworven competenties zijn noodzakelijk voor het maken van een aantal studies naar waarneming (wat compositie en vorm betreft) van een kleinschalige situatie.
Het is derhalve een essentieel onderdeel van de opleiding.
Leerinhoud SCHILDERKUNST:
· Waarneming
· Kleinschallige situatie
· Grondbeginselen: compositie/vorm
TEKENEN:
· Studie van de lijn en vorm aan de hand van klassieke en hedendaagse tekenmaterialen en dragers.
· Tekenen naar waarneming. (objecten en ruimtelijke situaties).
· De relatie lijn – beeldkwaliteit.
· De relatie lijn – illusie van ruimte. (in het platte vlak)
· De relatie vlak – compositie – licht.
· De relatie vlak – beeldkwaliteit – illusie van ruimte.
TECHNOLOGIE:
Deel 1
1. Inleiding tot de studie van fysische verschijnselen toegepast op schilderkunst en schildertechniek
2. Penselen: functie, bouw, soorten vezels, vormen
Tekenmateriaal: potlood, krijt, houtskool, inkt
3. Pigmenten: een overzicht van de pigmenten (van de oude tot de meest recente) met hun specifieke eigenschappen en toepassingen
4. Schilderondergronden: eigenschappen, toepassingen, prepareren
- hout en houtproducten
- papier
- textielgrondstoffen
- metalen
- mineralen
5. Praktische toepassing:
-papier scheppen
-prepareren
Begincompetenties SCHILDERKUNST:
· De student(e) toont een gedrevenheid en motivatie aan de hand van een persoonlijk dossier (tekeningen, schetsen, studies en schilderijen).
· De student(e) is in staat een tekening naar waarneming te maken.
Hierbij geeft hij/zij blijk basisvaardigheden te hebben.
· De student(e) geeft blijk een grote culturele interesse en maatschappelijke betrokkenheid en kan aantonen dat hij/zij een basis van artistieke kennis bezit.
TEKENEN:
· De student(e) toont een gedrevenheid en motivatie aan de hand van een persoonlijk dossier (tekeningen, schetsen, studies en schilderijen).
· De student(e) is in staat een tekening naar waarneming te maken. Hierbij geeft hij/zij blijk basisvaardigheden te hebben.
· De student(e) geeft blijk een grote culturele interesse en maatschappelijke betrokkenheid en kan aantonen dat hij/zij een basis van artistieke kennis bezit.
TECHNOLOGIE:
· De student(e) heeft het diploma behaald van secundair onderwijs.
Eindcompetenties SCHILDERKUNST:
· De student(e) heeft inzicht verworven in de principes en technieken van beeldvorming naar waarneming - in het bijzonder wat compositie en vorm betreft van een kleinschalige situatie.
· De student(e) kan welomschreven opdrachten tot een goed eind brengen en kan omgaan met open opdrachten.
· De student(e) heeft een aanzet gegeven tot het oplossen van gestelde problemen inzake compositie en vorm.
· De student(e) kan een kleinschalige situatie compositorisch vormgeven.
· De student(e) toont een aanzet om een gestelde opdracht rond compositie en vorm van een kleinschalige situatie te analyseren en erover te communiceren.
· De student(e) toont een aanzet om onder begeleiding het eigen werk te presenteren en toe te lichten.
· De student(e) vertoont de nodige discipline waardoor hij/zij regelmatig werkt en kan overweg met deadlines.
· De student(e) gaat constructief om met kritiek.
TEKENEN:
· De resultaten van de student(e) getuigen van:
-een evolutie en inzicht in de verworven tekenentechnieken naar lijn en vorm.
-een openheid, motivatie, interesse en onderzoek.
· De student(e) toont inzicht in het gebruik van lijn en vorm in relatie tot het beeldoppervlak (beeldkwaliteit).
· De student(e) toont inzicht in het omzetten van ruimtelijke situaties naar een tweedimensionale drager via het gebruik van de lijn.
· De student heeft begrip van vlak, compositie, licht en schaduw via het waarnemingstekenen en de verworven tekentechnieken.
· De student(e) toont inzicht in de waarneming van lichtsituaties in relatie tot de vertaling (tekenen) in het platte vlak.
TECHNOLOGIE:
· De student(e) demonstreert basiskennis en kunde i.v.m. het gebruik van de besproken materialen en technische middelen eigen aan de schilderkunst.
· De student(e) kan i.v.m. de besproken materialen producten en processen bedenken en afstemmen op de specificiteit van de schilderkunst.
· De student(e) toont in staat te zijn relevante informatie i.v.m. de besproken materialen op te zoeken en te verwerken.
Leermaterialen Dragers zoals karton, papier, schilderslinnen, primer voor gronding, hardboard, olieverf, acrylverf, penselen, kwasten, white spirit, terpentijn, gebleekte lijnolie,...
Kunstenaarsboeken, catalogi en andere te raadplegen.
Studiekosten 250 EUR
Studiebegeleiding Individuele en gezamenlijke begeleiding.
Steeds mogelijkheid tot een persoonlijke afspraak met de docent.
Onderwijsvormen SCHILDERKUNST:
· Zelfstandig werk in het atelier.
· Individuele en gezamenlijke begeleiding rond welomschreven en open opdrachten.
· Opdrachten bij bezoek aan tentoonstellingen.
· Zelfstandig voorstellen / presenteren van gemaakt werk.
TEKENEN:
· Werken onder begeleiding in het tekenatelier.
· Zelfstudie aan de hand van schetsboeken.
TECHNOLOGIE:
· Hoorcolleges.
· Opdrachten (paper)
Evaluatievorm Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Permanente evaluatie: tussentijdse beoordeling met individuele feedback.
Periodegebonden evaluatie: beoordeling en individuele werkbespreking.
In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury.
Werkstukken en opdrachten in het kader van de studie - en onderwijsactiviteiten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
De evaluatie wordt enkel in de eerste examenperiode ingericht. (= geen 2de zittijd).
OP-leden N.M.
|
|