Trefwoorden Atelier schilderkunst 1.2.
Doelstellingen De student(e) verwerft de nodige competenties om op een adequate manier de volgende opleidingsonderdelen aan te vatten.
De waarneming zal ontwikkeld moeten worden tot een bewust bespreekbaar niveau en aan het einde van het opleidingsonderdeel zal de student(e) blijk moeten geven van verworven inzicht in de grondbeginselen van de schilderkundige problematiek.
De verworven competenties zijn noodzakelijk voor het maken van een aantal studies naar waarneming in het bijzonder wat compositie, vorm, kleur en ruimte betreft van een kleinschalige situatie.
Het is derhalve een essentieel onderdeel van de opleiding.
Leerinhoud SCHILDERKUNST:
· Waarneming
· Kleinschalige situatie
· Grondbeginselen: compositie/vorm/kleur/ruimte
TEKENEN:
· Tekenen naar waarneming (menselijk figuur).
· De complexiteit van de menselijke figuur (vorm, anatomie, verhoudingen, expressie).
· Het belang van de samenhang tekening (materiaal) – drager – beeldkwaliteit.
TECHNOLOGIE:
Deel 2
6. Bindmiddelen: (samenstelling - drogen - eigenschappen - hulpmiddelen)
- olieverf
- acrylverf
- alkydverf
- tempera
- fresco
- aquarel
- plakkaatverf
- pastel
- was- en washarsverven
- praktische toepassingen: zelf maken van olieverf, tempera, aquarel, pastelstiften, oliepastel
7. Nazorg voor schilderijen
- Schilderijconservatie: licht, temperatuur, vochtigheidsgraad, luchtsamenstelling, micro-
organismen
- Schilderijonderzoek: niet destructieve methoden vb. raaklicht, infrarood en destructieve
methoden vb. chemisch onderzoek
8. Kleefstoffen: (eigenschappen en toepassingen)
- oude lijmen vb. huidenlijm - beenderlijm
- nieuwe lijmen vb. houtlijm - tweecomponentenlijm
- lak
Begincompetenties SCHILDERKUNST:
Zie eindcompetentie Atelier schilderkunst 1.1.
TEKENEN:
Zie eindcompetentie Atelier schilderkunst 1.1.
TECHNOLOGIE:
De student(e) heeft de lessen technologie in module 1 gevolgd en slaagde in het examen.
Eindcompetenties SCHILDERKUNST:
· De student(e) heeft inzicht verworven in de principes en technieken van beeldvorming naar waarneming - in het bijzonder wat compositie, vorm, kleur en ruimtelijke aspecten betreft van een kleinschalige situatie.
· De student(e) heeft een aanzet gegeven tot het oplossen van gestelde problemen inzake compositie, vorm, kleur en ruimtelijke aspecten.
· De student(e) kan een kleinschalige situatie compositorisch vormgeven en geeft blijk een onderzoek te kunnen voeren wat kleur en ruimte betreft.
· De student(e) toont een aanzet om een gestelde opdracht rond compositie, vorm, kleur en ruimte van een kleinschalige situatie te analyseren en erover te communiceren.
· De student(e) toont in staat te zijn onder begeleiding het eigen werk te presenteren en toe te lichten.
TEKENEN:
· De student(e) heeft inzicht verworven in de principes en technieken van beeldvorming naar waarneming in het bijzonder wat compositie, vorm, en ruimtelijke aspecten betreft .
· De student(e) geeft blijk van een duidelijke evolutie in inhoud en vorm.
· De student(e) heeft de juiste motivatie aan de dag gelegd t.o.v. het vakgebied Tekenen.
· De student(e) kan welomschreven opdrachten tot een goed eind brengen en kan omgaan met open opdrachten.
· De student(e) geeft blijk van een eigen vorm- en beeldtaal te kunnen ontwikkelen.
· De student(e) slaagt erin de ideeën beeldend weer te geven en om te zetten in tekeningen.
· De resultaten van de student(e) getuigen van een openheid,motivatie,interesse en onderzoek en een eerste ontwikkeling naar een eigen schriftuur.
· De student(e) toont inzicht in de complexiteit van de menselijke figuur (vorm, verhouding, expressie) door middel van tekeningen die een uitdrukking zijn van zijn/haar progressie in het aanwenden van de tekentaal.
· De student(e) toont een fundamenteel inzicht in de relatie onderwerp (waarneming) – tekentaal – beeldkwaliteit.
TECHNOLOGIE:
· De student(e) demonstreert basiskennis en kunde i.v.m. het gebruik van de materialen en technische middelen eigen aan de schilderkunst.
· De student(e) kan producten en processen bedenken en afstemmen op de
specificiteit van de schilderkunst.
· De student(e) toont in staat te zijn relevante informatie op te zoeken en te
verwerken.
Leermaterialen
Dragers zoals karton, papier, schilderslinnen, primer voor gronding, hardboard, olieverf, acrylverf, penselen, kwasten, white spirit, terpentijn, gebleekte lijnolie,...
Kunstenaarsboeken, catalogi en andere te raadplegen.
Studiekosten 250 EUR
Studiebegeleiding Individuele en gezamenlijke begeleiding.
Steeds mogelijkheid tot een persoonlijke afspraak met de docent.
Onderwijsvormen SCHILDERKUNST:
· Zelfstandig werk in het atelier.
· Individuele en gezamenlijke begeleiding rond welomschreven en open opdrachten.
· Opdrachten bij bezoek aan tentoonstellingen.
· Zelfstandig voorstellen / presenteren van gemaakt werk.
TEKENEN:
· Begeleidend werken in het tekenatelier.
· Zelfstudie via schetsboeken.
TECHNOLOGIE:
· Hoorcolleges.
· Opdrachten (paper).
Evaluatievorm Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Permanente evaluatie: tussentijdse beoordeling met individuele feedback.
Periodegebonden evaluatie: beoordeling en individuele werkbespreking.
In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury.
Werkstukken en opdrachten in het kader van de studie - en onderwijsactiviteiten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
De evaluatie wordt enkel in de eerste examenperiode ingericht. (= geen 2de zittijd).
OP-leden N.M.
|
|