STEMMEN EN INTONEREN 2
 
Wordt gegeven in 2de jaar Bachelor in de instrumentenbouw - afstudeerrichting: Instrumentenbouw
Hoorcollege [A] 0.0
Werkcollege [B] 52.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 156
Studiepunten [E] 6
Niveau  
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Claire CHEVALLIER
Referentie MBMUZI02A00009
 
Trefwoorden
h845-muziek-instrumentenbouw, h840-muziek-theorie, p200-akoestiek

Doelstellingen
'Stemmen en intoneren' betreft voor een groot deel de ontwikkeling van een scherp, fijnzinnig en accuraat gehoor, in functie van de verschillende stemmingen en het betreft ook de ontwikkeling van de motorische vaardigheid van het stemmen. Dit zijn langetermijndoelen en dienen daarom van bij aanvang van de studie aangepakt. Een uitgediepte kennis van historische en hedendaagse temperamenten is de basis om deze ontwikkeling om te zetten in beheersing van de techniek. Het vak is dus direct gerelateerd aan de opleidingsonderdelen Theorie en praktijk van de instrumentenbouw en Materialenleer; 'intoneren' behoort tot de kerncompetenties van een bouwer; bij de inschatting van akoestische eigenschappen van materialen is een bewust en accuraat gehoor van essentieel belang. Ten slotte is dit vak ook gerelateerd aan 'Initiatie muzikale vorming', muziekgeschiedenis, en akoestiek. 'Onderzoeksmethodiek instrumentenbouw' staat in interactie met stemmen en intoneren omdat elk instrument zijn eigen problematiek kent. De student zal a.h.v. dit vak zelfstandig leren onderzoeken en werken.

Leerinhoud
Er wordt gewerkt op het 'middentoon temperament' voor de studenten lutherie, klavecimbel en orgel-bouw,
en op het 'gelijk-zwevend temperament' voor de studenten pianoforte-bouw.
De leerstof is lineair geordend.
Er wordt in de praktijk aangeleerd een temperatuur te leggen op twee octaven.



Begincompetenties
Slagen in eerste jaar bachelor voor 'Stemmen en intoneren 1'

Eindcompetenties
• Heeft een verfijnd ontwikkeld gehoor
• Heeft een open geest en het vermogen tot verwondering
• is vrij goed in staat de bouw van een muziekinstrument te - al dan niet volledig - af te werken
• kan vrij goed kennis over de historische muziekinstrumentenbouw bij de bouw van nieuwe instrumenten behoorlijk toepassen
• beheerst vrij goed specifieke beroepsgerichte competenties om zich als muziekinstrumentenbouwer te ontplooien
• Ontwikkelt vrij goed het vermogen om instrumenten en klankobjecten te toetsen aan het klinkende resultaat
• De gerealiseerde bouwprestaties geven blijk van vrij goede kennis en vaardigheid
• heeft behoorlijk kennis van en inzicht in de basisdisciplines noodzakelijk voor persoonlijk artistiek onderzoek in de muziekinstrumentenbouw


Leermaterialen
Syllabus: ‘de verschillende historische temperamenten’,Gerrit Klop, Nederland
Bibliografische gegevens:
-’TEMPERAMENT, how music became a battleground for the great minds of western civilization‘, Stuart Isacoff, Vintage Books Edition 2003, ISBN 0-375-40355-8
-’ Le tempérament musical, Philosophie, Histoire, Théorie et Pratique’, Dominique Devie, Société de Musicologie du Languedoc, Béziers, 1990, ISBN 2-905400-52-8


Studiekosten
Stemsleutel 30 euro

Studiebegeleiding
voorkennisproeven
- studievoortgangsgesprekken

Onderwijsvormen
Werkcolleges
Practica
Oefensessie
Begeleid zelfstandig leren


Evaluatievorm
mondeling examen:
- open vragen
- evaluatiegesprek ter beoordeling van prestaties.
- praktische proef
- Punten:
20 % mondeling examen; 60 % praktische proef; 20 % halfjaarlijkse evaluatie

OP-leden
Claire Chevalier