Trefwoorden h840-muziek-theorie, h800-muziekcompositie
Doelstellingen Instrumentenleer behoort tot de kerncompetenties van een componist en de studie ervan dient van bij aanvang aangevat. Dit opleidingsonderdeel ondersteunt op directe wijze het opleidingsonderdeel' Inleiding in de compositie' en 'Auditieve analyse', is gerelateerd aan 'Toepassingssoftware compositie', wordt ondersteund door koor, 'Overzicht muziekgeschiedenis, 'onderzoeksmethodiek' en 'Solfège, gehoorvorming en algemene muziekleer'.
Leerinhoud Instrumentenleer behandelt op stelselmatige wijze de speelwijzen en notatie van het klassieke instrumentarium en van het jazz/pop instrumentarium dat niet overlappend is met het eerste.
De leerstof wordt lineair geordend.
Organisatie:
Eerste semester: klassiek instrumentarium.
Studie van zowel courante als hedendaagse speelwijzen en notatie van het klassiek instrumentarium. Het theoretisch exposé wordt gekoppeld aan demonstratie en praktische oefeningen.
Tweede semester: jazz/pop instrumentarium
Behandeld worden, de specifieke instrumenten in jazz / pop en de nomenclatuur en notatiewijzen van specifieke speelwijzen en effecten.
Het theoretisch exposé wordt gekoppeld aan demonstratie en praktische oefeningen.
Uitdiepingmodule instrumenteleer betekent: oefeningen en creatieve toepassingen van de geziene leerinhouden.
Begincompetenties Slagen in de toelatingsproef
Eindcompetenties o heeft een behoorlijk muzikaal voorstellingsvermogen
o heeft een open geest en het vermogen tot verwondering
o ontwikkelt een denkende attitude waardoor verwondering leidt tot probleemstelling in het klankschap
o heeft basiskennis van de bestaande technieken om de eigen muzikale ideeën vorm te geven
o beheerst behoorlijk algemene en specifieke beroepsgerichte competenties om zich als beginnend musicus te bewijzen
o kan theoretische kennis voor het artistiek zoekproces in stelling brengen
Leermaterialen Syllabus (cursusdienst)
Partituren, ontleenbaar in de bibliotheek
Aanbevolen vakliteratuur; verkrijgbaar in gespecialiseerde boekhandels; ontleenbaar in bibliotheken.
Adler, S.(1989) The study of the orchestra, W.W. Norton and company New York-London
Reginald Smith Brindle, (1970) Contemporary Percussion, Oxford university press New York London(ISBN 0 19 318802 3)
Read, G.(1997), Music Notation, Paplinger Publiching company New York
Mayer, H. (1986) Moderne notaties in de muziek, Bohn, Scheltema & Holkema Utrecht/ Amsterdam.
Studiekosten Syllabus: 10 Euro
Studiebegeleiding - studievoortgangsgesprekken
Onderwijsvormen Hoorcolleges
Werkcolleges
Begeleid zelfstandig leren
Evaluatievorm Schriftelijk examen; open vragen 70% van de punten
Permanente evaluatie voor oefeningen tijdens schooljaar en uitdiepingsmodule op 30 % van de punten.
OP-leden Van Geert Octaaf, Maarten Weyler
|
|