Trefwoorden h820-muziek-instrument, h830-muziek-zang, h840-muziek-theorie
Doelstellingen Onder klein ensemble wordt nu verstaan: een bezetting die bestaat uit een of meerdere zangers, twee tot vijf blazers en een ritme sectie samengesteld uit piano, gitaar, bas en drums.
Dit opleidingsonderdeel beoogt de studenten vertrouwd te maken met enkele theoretische aspecten van het arrangement voor dit type ensemble. Na de afhandeling van elk apart theorieonderdeel worden opdrachten meegegeven die door de studenten uitgeschreven worden en door hen zelf in de praktijk worden omgezet. Deze organische en dynamische werkwijze staat borg voor een parate beheersing van de aangeleerde materie.
Dit opleidingsonderdeel ondersteunt de vakken ‘Solopraktijk’ en ‘Kleine ensembles’, wordt ondersteund door ‘Harmonie en jazzharmonie’, ‘Solfège’, ‘Algemene muziekleer en gehoorvorming’, ‘Auditieve analyse’, ‘Onderzoeksmethodiek’ en is gerelateerd met de ‘Solopraktijk’, ‘Close harmony’ en ‘Groot ensemble’.
Leerinhoud Verdergaand op de competenties vergaard in bachelor 1
De theorie:
° specifieke notatiewijze van het instrumentarium in Jazz/Lichte Muziek en de speelwijzen van het kleine ensemble
° uitschrijven van baslijnen, drumpartituren, percussiepartituren, gitaarpartijen en pianozettingen in wisselende speelstijlen
° het verzorgen van contrapuntische twee- en driestemmigheid binnen het domein van de Jazz/Lichte Muziek
° het verzorgen van vier- en vijfstemmige zettingen in gesloten en open ligging
° het schrijven van intro's, coda's, vamps, e.a.
° vormleer omgezet in de praktijk: het schrijven van verschillende opdrachten
° het uitwerken van achtergrondbegeleidingen voor blazers (backing)
° het verzorgen van masterscore en individuele partijen voor verschillende bezettingen en opdrachten
° werken met minutage
De praktijk:
° voor elk onderdeel (ut supra) worden opdrachten uitgeschreven die door de studenten uitgewerkt worden
° tijdens een hierop aansluitende praktijkles worden deze werken besproken, verbeterd én uitgevoerd
° het eindwerk bestaat uit een arrangement van een "standard" of van een opgegeven werk bestaande uit een introductie, de expositie van een vier- of vijfstemmig
geharmoniseerd thema, voorzien van melodische/harmonische anticipaties en aanduidingen uit de specifieke terminologie, een sologedeelte (met backing), de reëxpositie van het thema en een coda. Dit alles voorzien van een volledig uitgeschreven arrangement voor de ritme sectie
° het eindwerk wordt tijdens een afsluitende praktijkles/examen uitgevoerd, besproken en geëvalueerd
Begincompetenties Slagen in eerste jaar Bachelor Vormleer jazz/pop & arrangement klein ensemble
Eindcompetenties • Heeft een goede muzikale sensibiliteit
• Heeft een goed muzikaal gehoor
• Bezit een goed muzikaal voorstellingsvermogen
• Heeft een goede technische vaardigheid waarbij de aanzetten van een muzikale persoonlijkheid aanwezig zijn
• bezit heuristiek op goed niveau om muzikale problemen in functie van een uitvoering op te lossen
• Kan nieuw repertoire instuderen en op goed niveau onderzoekend, experimenterend en beschouwend, kennis, intuïties en emoties omvormen tot een muzikale uitvoering
• kan bestaande kennis over het hedendaagse repertoire op een goed niveau in praktijk brengen
• heeft, indien vereist voor de muziekstijl waarin men specialiseert, een verkenningsdrang ontwikkeld van het raakvlak van verschillende opvattingen, culturen, stijlen en genres
• Heeft aandacht en een open geest met betrekking tot niet westerse muziekculturen en uitvoeringspraktijken
• Kan, indien vereist voor de muziekstijl, diverse elektronische apparatuur, informatietechnologie en media goed aanwenden
• heeft een goede kennis van en inzicht in de disciplines noodzakelijk voor persoonlijk artistiek onderzoek in de muziek
• goede ontwikkeling van de attitude tot het verdiepen en verfijnen van de muzikale expressie
• beheerst goed de algemene specifieke beroepsgerichte competenties om zich als beginnend musicus te bewijzen
• kan op goed een werkproces organiseren
• kan goed zijn werk archiveren
Groei- en ontplooiingsmogelijkheden
• heeft een open geest en het vermogen tot verwondering en kan goed zijn ervaringen en bevindingen ten voordele van de ontwikkeling van het eigen
muzikaal oeuvre inzetten
• kan goed omgaan met en is desgevallend weerbaar tegen kritiek van externen
• Toont ambitie om zich verder en steeds diepgaander te bekwamen als musicus
Samenwerkingscompetenties
• Werkt goed samen met andere musici in combo- verband
• toont openheid, begrip, respect en waardering voor de verantwoordelijkheden en belangen van de anderen in een samenwerkingsverband
• kan goed met anderen samenwerken, ook wanneer de samenwerking een onderwerp betreft dat niet direct van persoonlijk belang is
Communicatieve vaardigheden
• gaat contacten aan, die relevant kunnen zijn voor de studiesituatie
• vertoont de ambitie om bekendheid te geven aan eigen uitvoeringen
Leermaterialen Syllabus vormleer jazz/pop & arrangement kleine ensembles 1-2 in combinatie met de combosyllabus
Aanbevolen literatuur:
- Jazz Arranging and Composing - A Linear Approach (1986, Bill Dobbins, Advance Music-ISBN 3-89221-006-3)
- Sounds and Scores - A practical guide to professional orchestration (1973, Henry Mancini, Cherry Lane Music-ISBN 0-89524-060-2-)
-"The Art of Comping" van Jim McNeely en uitgegeven bij Advance Music
-"Essential Styles for the drummer and bassist - Book One" van Steve Houghton en Tom Warrington bij Alfred Pub
-"Essential Styles for the drummer and bassist - Book Two" van Steve Houghton en Tom Warrington bij Alfred Pub
Studiekosten Syllabus vormleer jazz/pop & arrangement kleine ensembles 1-2: ca. €5 in combinatie met de combosyllabus
Studiebegeleiding studievoortganggesprekken,
monitoraat
spreekuren
Onderwijsvormen Hoorcollege,
werkcolleges,
practica,
begeleid zelfstandig leren
Evaluatievorm
Praktische proef,
zelfevaluatie,
portfolio,
assessmentproeven,
peer evaluatie
OP-leden Maarten Weyler
|
|