HET MENSELIJKE, HET RUIMTELIJKE 3.1.
 
Wordt gegeven in 3de jaar Bachelor in de beeldende kunsten - afstudeerrichting: fotografie
Hoorcollege [A] 10.0
Werkcollege [B] 25.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 60.0
Totale studietijd [D] 195.0
Studiepunten [E] 7
Niveau gespecialiseerd
Creditcontract? niet toegelaten
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Annelies DE MEY
Referentie ABBKUF03A00001
 
Trefwoorden
Het menselijke, het ruimtelijke 3.1.

Doelstellingen
- In de 3e bachelor worden de inzichten en verworvenheden uit de 2de bachelor omtrent het medium fotografie in de meest brede zin verder uitgediept.
De relatie tussen beeldinhoud, vormgeving en techniek wordt verder onderzocht.
- De student moet een persoonlijk visie ontwikkelen.

Leerinhoud
a. Meerdere projecten

Deelcompetenties.
1. Het ruimtelijke.
De student moet een persoonlijk standpunt bepalen tegenover de volgende problematiek: hoe vertaal je de driedimensionale ruimte (binnenruimte, buitenruimte, landschap, woonst, vlakte, atmosfeer, enz.) met fotografische middelen (en aanverwante beeldende middelen) tot een persoonlijke artistiek beeldend werk.
2. Het menselijke.
· De mens als onderwerp van studiofotografie.
· Documentaire benadering van de mens.
3. Digitaal atelier, deel 1.
· Leren werken met scanprogramma’s en beeldbewerkingsoftware.
· Beelden corrigeren en/of genereren met digitale technieken in relatie tot de fotografie en andere beeldende middelen.
4. Theorie van de actuele fotografie, deel 1.

b. Aspecten van de vormgeving
- Scherpte / onscherpte, cadrage en compositie.
- De psychologie van de kleur wordt bestudeerd en toegepast.
- Kunnen onderscheiden en toepassen van de verschillende soorten licht (daglicht, handflits, studiolicht, combinaties van licht, lichtverhoudingen, enz.).

c. Technische aspecten
- Lichtmeting, verschillende filmsoorten, gebruik van verschillende fotografische dragers, digitale fotografie, digitale beeldbewerking en digitaal afdrukken

Begincompetenties
Het 2de bachelorjaar met vrucht gevolgd hebben of opleidingsonderdelen gevolgd hebben die na een interne evaluatie als vergelijkbaar kunnen beschouwd worden.

Eindcompetenties
a. algemeen
· beheerst de technische hulpmiddelen en systemen eigen aan de gehanteerde media / expressievormen
· kan opdracht analyseren en erover communiceren

b. specifiek
1. Het ruimtelijke.
· heeft eigen concept m.b.t. vormgeving, ontwerp en beeldvorming
· kan welomschreven zowel als open opdrachten tot een afgewerkt, artistiek hoogstaand eindresultaat brengen. bezit en hanteert een persoonlijke vorm- en beeldtaal
2. Het menselijke.
· heeft eigen concept m.b.t. vormgeving, ontwerp en beeldvorming
· kan welomschreven zowel als open opdrachten tot een afgewerkt, artistiek hoogstaand eindresultaat brengen. bezit en hanteert een persoonlijke vorm- en beeldtaal
3. Digitaal atelier, deel 1.
De student kan digitale beelden op een professionele manier bewerken.
De student kan de digitale beeldvorming integreren in een artistiek fotografisch proces.
4. Theorie van de actuele fotografie, deel 1.
· toont een kritisch onderzoekende houding en kan kwesties uit de actuele fotografie analyseren en kan er goed onderbouwde argumentaties over opbouwen.
· beheerst de inhoud van de cursus door de lessen te volgen, eigen notities te nemen en de nodige lectuur te lezen en te leren.

Leermaterialen


Studiekosten
De student dient te beschikken over een analoog of digitaal kleinbeeld fototoestel met meerdere objectieven.
Digitaal materiaal zoals laptop, externe harde schijf is nuttig.
Kosten voor uitvoering en presentatie kunnen sterk variëren naargelang de persoonlijk keuzes van de student.

Studiebegeleiding


Onderwijsvormen
Theoretische uiteenzettingen, groepsbespreking, individuele bespreking, beeldanalyse, werkatelier (studio, digitaal atelier en labo), buitenopnamen, opleidingsonderdelen en eigen werk

Evaluatievorm
Permanente evaluatie, tussentijdse beoordeling, eindjury.
*Voldoen aan de eindcompetenties.
*Regelmatige aanwezigheid en inzet.
*Beantwoorden aan de gestelde deadlines voor het afwerken van opdrachten.

De evaluatie valt onder het systeem van de permanente evaluatie en vindt plaats tijdens het academiejaar.
Jurering:
De jury wordt ingericht op het einde van de eerste semester. Er is geen tweede zittijd.
De werkstukken moeten op de vastgelegde data worden ingediend of gepresenteerd. Er is geen uitstel mogelijk.

OP-leden