ATELIER SCHILDERKUNST 2.2.
 
Wordt gegeven in 2de jaar Bachelor in de beeldende kunst - afstudeerrichting: schilderkunst
Hoorcollege [A] 10.0
Werkcollege [B] 65.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 125.0
Totale studietijd [D] 375
Studiepunten [E] 15
Niveau  
Onderwijstaal Nederlands
Titularis ACAD VAKGROEP
Referentie ABBKUS02A00002
 
Trefwoorden
Atelier schilderkunst 2.2.

Doelstellingen
De student(e) verwerft de nodige competenties om op een adequate manier de er opvolgende opleidingsonderdelen aan te vatten.
De student(e) zal van een persoonlijke relatie tot een werkelijkheid moeten getuigen.
Zijn/haar visie wordt dan ook al duidelijker in de beelden, die ook in hun uitwerking een eigenheid laten zien.
De verworven competenties zijn noodzakelijk om te komen tot een persoonlijke benadering van een onderwerp en tot het maken –via het medium schilderkunst- van een aantal studies / schilderijen naar waarneming in het bijzonder wat compositie, vorm, kleur en ruimtelijke aspecten betreft van een grootschalige situatie.
Aan het einde van het opleidingsonderdeel zal de student(e) blijk moeten geven van uitdieping van de grondbeginselen van de schilderkundige problematiek en de mogelijkheid een eigen vorm en beeldtaal te ontwikkelen.
Het is derhalve een essentieel onderdeel van de opleiding.

Leerinhoud
SCHILDERKUNST:
· Waarneming / het persoonlijke vlak
· Grootschalige situatie
· Compositie / vorm / kleur / ruimte
TEKENEN:
· Tekenen naar waarneming.
· Studie van de menselijke figuur, objecten, ruimten via de tekentaal. Hierbij komt de nadruk te liggen op het toepassen van de inzichten in verband met het functioneel gebruik van kleur.
· Studie van de inhoud (atelier schilderkunst) met de nadruk op kleur.
· De samenhang tekening (inhoud) – drager – beeldkwaliteit – presentatie.
KLEURENSTUDIE:
· Het maken van een reeks gepersonaliseerde kleurkaarten waarbij telkens een facet uit de eigen omgeving in kaart wordt gebracht.
Deze kleurkaarten worden systematisch getoetst aan het kleurgebruik in het eigen atelierwerk.


Begincompetenties
SCHILDERKUNST: zie eindcompetenties Atelier schilderkunst 2.1.
TEKENEN: zie eindcompetenties Atelier schilderkunst 2.1.
KLEURENSTUDIE:
·De student(e) heeft kennis van de basistheorie van kleurenleer en is geslaagd voor het schriftelijk examen en praktische opdrachten van module 3. (kleurenleer)

Eindcompetenties
SCHILDERKUNST:
· De student(e) verdiept zich in de principes en technieken van beeldvorming naar waarneming - in het bijzonder wat compositie, vorm, kleur en ruimtelijke aspecten betreft van een grootschalige situatie.
· De student(e) heeft zijn/haar manier van waarnemen verscherpt waardoor hij/zij in staat is om een eigen beeldtaal verder te ontwikkelen als bron van persoonlijk creatief werk.
· De student(e) kan een gestelde opdracht rond compositie, vorm, kleur en ruimte van een grootschalige situatie analyseren en erover communiceren.
· De student(e) is in staat zijn/haar eigen werk op adequate wijze te presenteren en toe te lichten.
· De student(e) heeft een persoonlijke visie en is gemotiveerd deze verder te ontwikkelen.
· De student(e) heeft een persoonlijke visie van de actuele stand van zaken in het artistiek domein en kan deze verwoorden.

TEKENEN:
· De student(e) toont een fundamenteel inzicht in de relatie onderwerp – tekentaal – beeldkwaliteit. Enerzijds via het waarnemingstekenen in het atelier en anderzijds via een zich verdere ontwikkelende inhoud en een persoonlijk hanteren van de tekentaal.
· De student(e) toont een dieper inzicht via waarnemingstekenen in het functioneel gebruik van kleur en maakt daarbij gebruik van zijn/haar opgedaan inzicht van kleur.
· De student(e) kan zijn inzicht in verband met kleur vertalen naar tekening waarbij de inhoud van het atelier schilderkunst centraal staat.
· De student(e) toont via de presentatie van zijn tekenwerk een basisinzicht in de verhouding inhoud – presentatie tekenwerk.
· De student(e) legt gefundeerde verbanden tussen tekenen en andere kunstdisciplines.
· De student(e) toont een verdere ontwikkeling van de eigen vorm – en beeldtaal (met de nadruk op het functioneel gebruik van kleur).
· De student(e) kan een kritisch gesprek voeren rond proces en resultaat.

KLEURENSTUDIE:
· De student(e) kan de theoretische basiskennis aanwenden in de praktijk.


Leermaterialen
Dragers zoals karton, papier, schilderslinnen, primer voor gronding, hardboard, olieverf, acrylverf, penselen, kwasten, white spirit, terpentijn, gebleekte lijnolie,...
Kunstenaarsboeken, catalogi en andere te raadplegen.

Studiekosten
200 EUR

Studiebegeleiding
Individuele en gezamenlijke begeleiding.
Steeds mogelijkheid tot een persoonlijke afspraak met de docent.

Onderwijsvormen
SCHILDERKUNST:
· Zelfstandig werk in het atelier.
· Individuele en gezamenlijke begeleiding rond welomschreven en open opdrachten.
· Opdrachten bij bezoek aan tentoonstellingen.
· Zelfstandig voorstellen / presenteren van gemaakt werk.

TEKENEN:
· Zelfstandig en begeleid werk in het atelier.
· Opdrachten naar aanleiding van tentoonstellingsbezoek en vakliteratuur.
· Individuele en gezamenlijke begeleiding rond welomschreven en open opdrachten.
· Zelfstandig voorstellen / presenteren van tekenwerk.

KLEURENSTUDIE:
· Praktische oefeningen.
· Opdrachten.

Evaluatievorm
Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Permanente evaluatie: tussentijdse beoordeling met individuele feedback.
Periodegebonden evaluatie: beoordeling en individuele werkbespreking.
In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury.
Werkstukken en opdrachten in het kader van de studie - en onderwijsactiviteiten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
De evaluatie wordt enkel in de eerste examenperiode ingericht. (= geen 2de zittijd).

OP-leden
N.M.