Trefwoorden Atelier beeld & installatie 2.1
Doelstellingen Derde module van zes. Uitdiepend.
Leerinhoud Experimenteel en interdisciplinair onderzoek verder ontwikkelen naar artistiek
beeldende middelen zoals twee-, drie- als vier-dimensionele kunstuitingen, tekst,
tekening, taal, klank en geluid, foto, video, licht, projektie, performance, beeld &
installatie als drager in een autonoom kunstwerk in ruime zin.
Basistechnieken
verrijken met experimentele benaderingen.
Specifiek individueel materiaalonderzoek ontwikkelen.
Aanscherpen van betekenisonderzoek en betekenisoverdracht, intelligente
beeldontwikkeling, kritische reflectie ten opzichte van het eigen werk en het
eigen ik, kritische reflektie ook tgo de maatschappelijke realiteit in de breedste
zin en tgo. de kunstwereld in het bijzonder.
Doorgedreven studie van de beeldelementen, de relatie concept, beeld, inhoud, vorm, betekenis, techniek en materiaal, presentatietechnieken in relatie tot eigen ontwikkeling en projecten.
Associatief denkend en beeldend vormgeven en een kritische terugkoppeling ontwikkelen, gekoppeld aan een lezing van het eigen beeld en dat van anderen.
Formuleren van hypothesen, het concreet uitbouwen van een eigen onderzoek en een ontwikkelen en vormgeven van een oeuvre als actief beeldend kunstenaar.
Een grotere autonomie ontwikkelen i.f.v. het experimenteren, het systematisch nastreven van veelzijdigheid in benadering van onderwerp op inhoudelijk en formeel vlak, voorstellingen en uitwerkingen presenteren, met behulp van eigengemaakte individuele taal- en beeldmiddelen en deze met een aangroeiende autonomie afwisselend met begeleiding en feedback uitvoeren, en kritisch onderbouwen.
Presenteren en ‘plaatsen’ van het eigen hedendaags beeld in de ruime zin, met gedragen en gewogen inhoudelijke individuele situering en positionering.
7 deelcompetenties
A. Beeldontwikkeling.
B. Installatie.
Opstart via klassikale begeleiding gevolgd door een individuele begeleiding, project per project.
Bij evaluatiegesprekken wordt door middel van concrete vragen gepoogd de student(e) problemen te doen onderkennen, ze juist te formuleren en ze uiteindelijk op te lossen.
De student wordt geleerd zijn acties te funderen, argumenteren en consequent uit te voeren.
Studenten bouwen een maturiteit op omtrent hoe een beeld werkt, hoe het technisch uit te voeren is, hoe het werkt op communicatief-associatief vlak, hoe het werkt op betekenisniveau (aanschouwelijk, letterlijk, metaforisch, symbolisch, ervaringsgericht,...).
Extra aandacht gaat naar het reflecteren over het eigen werk en het positioneren van het werk en zichzelf.
Het programma in het atelier Beeld & installatie wordt gekenmerkt door PROJECTONDERWIJS.
Fasen van begeleiding
(A) Bespreking van het ontwerp
De student(e) tracht zijn/haar ontwerp toe te lichten naar vorm, materiaal en inhoud, op basis van de ontwerptekening uitgevoerd door de student(e).
De begeleider tracht hem/haar hierin te volgen om tot een evaluatie te komen betreffende: - materiaal- vormaspecten - technische haalbaarheid - inhoudelijke aspecten (leef- en denkwereld, motivatie). De evaluatie resulteert in een advies, de begeleider formuleert voorstellen.
(B) Uitvoering van het ontwerp
1) Begeleiding wat betreft aankoop van materiaal.
2) Begeleiding in de technische uitvoering.
3) Begeleiding in het bewerkingsproces van het materiaal vooral naar de vorm toe.
(C) Evaluatie van het eindresultaat
Is de relatie tussen vorm en inhoud geslaagd?
Kwaliteiten van het werk: bespreking van vormelijke en inhoudelijke aspecten, plaatsing in een evolutief geheel (persoonlijke evolutie in het werk van de student(e))
C. Bewegend beeld & installatie
· Doelgericht aanwenden van nieuwe media binnen de hedendaagse kunst
· environnementale integratie, integratie binnen installatie of autonoom als installatie (monitorenopstelling en / of projecties)
· Eigenschappen van goede opnametechnieken verder ontwikkelen
D. Praktijk-werkveld ervaring & projecten
· actief deel te nemen aan het ondersteunen van de opbouw van tentoonstellingen en projecten welke zich aandienen of welke aangeboden worden door musea, galerijen en kunstprojecten.
· De bedoeling is om in samenwerking van gerenommeerde kunstenaars in een zeer concrete situatie binnen bijvoorbeeld een tentoonstelling in het SMAK of andere in de ondersteunende ‘technische’ en uitvoerende crew mee te draaien.
E. Portfolio & dossier 1 (initiatie)
· Verder uitbouwen van dossier en portfolio, documenteren, archiveren en verzamelen
· en als schetsboek binnen onderzoek, met oa. tekenkundige, fotografische, videografische middelen ; geluidsopnamen en andere registratiemiddelen
· Opbouwen van een ondersteunend dossier (technische fiche, inhoudelijk concept, plaatsen binnen een referentiekader)
F. reflectie, discours, tekst ( initiatie)
· Ontwikkelen van gesprek, dialoog, confrontatie, reflectie
· duidend/documenterend schrijven in schriftelijke neerslag over het eigen werk en het proces
G. Still/move
De begrippen tijd en tijdsbeleving aan de orde brengen zowel vanuit het stilstaande als het bewegende beeld, en van daaruit ‘filosofische’ reflecties en concrete onderzoeksinitiatieven aan te reiken of te laten ontluiken welke de praktijk van de student positief beïnvloeden.
Begincompetenties Slagen in mod 2, beeld en installatie, of andere module welke voldoende voorbereiding opgebouwd heeft, zie opgebouwde portfolio en gesprek.
Eindcompetenties Kerncompetentie
In staat zijn tot ontwerpen/analyseren/ bouwen/ van een installatie
Indicatoren in verhouding tot het niveau van uitdiepende module:
a) de relatie tussen de installatie en de geformuleerde uitgangspunten discursief kunnen uiteenzetten
b) aantonen dat de gebruikte beeldende middelen adequaat zijn ten opzichte van het geformuleerde werkproces
c) Aantonen dat de installatie een relatie met de kijker aangaat op een gestuurde wijze
d) Het werkproces moet zichtbaar gemaakt worden dmv tekst, tekeningen of foto’s, voorbereidende studies
Algemene competenties
· De nadruk komt te liggen op de oprechtheid en een daaraan verbonden logica binnen het creatief proces. Dit is noodzakelijk voor de geladenheid van het eindresultaat.
· Student kan voldoende omgaan met het respecteren van deadlines en binnen deze context een eigen werkschema (planning) ontwerpen en hanteren.
Specifieke competenties
Beeldontwikkeling ; Installatie ; Bewegend beeld & installatie
· getuigen van een persoonlijke manier uitwerken, gesteund op verbredend onderzoek, getuigen van inzicht in de artistieke proces en in staat zijn, onder begeleiding en feedback, dit te ontleden en met grotere autonomie en trefzekerheid aan te wenden in functie van ontwikkeling van eigen beeldende middelen.
· Het accent ligt hier reeds nadrukkelijk op het onderscheidende vermogen om de specifieke mogelijkheden van verschillende versies bewust te onderkennen en selectief te gaan gebruiken om een keuze te motiveren voor de uiteindelijke presentatie van het project.
Praktijk-werkveld ervaring & projecten
· student gaat creatief om met aangeboden praktijkveld ervaringen
· en weet deze in te schakelen en te benutten in zijn eigen evolutieproces
Portfolio & dossier
· documenteren en archiveren van verschillende stadia in het werkproces en projectuitwerking,
· en deze te laten uitmonden in beeldende reflectie en inzicht.
Reflectie, discours, tekst ; still/move
· in staat zijn om reflectieve en kritische perspectieven op het eigen werk te integreren
· en het eigen werkproces met relevante kunstkritische en kunstfilosofische invalshoeken te ondersteunen, om van daaruit het onderzoek te sturen
De klemtoon ligt in deze module in het formuleren van een eigen standpunt t.o.v. de lectuur en doelgerichte onderzoeksakten aan te vatten.
Het onderzoek, het proces en vooral het toegroeien naar een eigen positionering wegen in deze derde module zwaarder door en dienen zich te vertalen in een neerslag van concrete individuele reflecties, waarin het innemen en argumenteren van artistieke en technische posities en keuzes binnen het eigen onderzoek door de student systematisch onderworpen worden aan bevraging in functie van zijn artistiek inzicht en ontwikkeling.
Leermaterialen Vakliteratuur, kunsttijdschriften, technisch/artistieke basistechnieken en handleidingen.
Hedendaagse artistieke creaties en realisaties binnen het vakgebied en aanverwante gebieden.
Bezoek aan het concrete werkveld en tentoonstellingen in functie van presentatie.
Deelname aan binnen- en buitenschoolse projecten, praktijkervaring in museale context, tentoonstellingscontext en projectopbouw
Studiekosten De kosten eigen aan het artistiek project per module (50- 200 euro).
De volgende aangekochte materialen zijn éénmalig:
Materialenkoffer
Aankoop van een externe harde schijf is wenselijk. (150 €)
Bezit van een computer of laptop verdient aanbeveling wegens grotere autonomie, maar is niet verplicht.
Een fototoestel en/of videocamera is nuttig.
Opname mini dv cassettes, uitvoer miniDV, vhs, cd of dvd : 50 euro
Studiebegeleiding
Onderwijsvormen
Het onderwijs verloopt veelal via individuele gesprekken met de lesgevers.
Vertrekkend van een open opdracht en / of projectvoorstel van de individuele student, wordt het werk begeleid en wordt er feedback gegeven op artistiek en technisch vlak.
Artistiek labo, werkatelier (labo), oefeningen, vrij werk, buitenopname, deelname aan en opzetten van projecten, studiereizen, tentoonstellingsbezoek, contacten met kunstenaars, galerijen, musea.
Theoretische uiteenzettingen, individuele gesprekken, groepsgesprekken, individuele en groepsbespreking van de resultaten.
Evaluatievorm · De evaluatie valt onder het systeem van de permanente evaluatie.
· De evaluatie wordt enkel in de eerste examenperiode ingericht (= geen 2e zittijd).
· Tijdens de lessen zijn er permanente evaluaties van het artistieke proces.
· De toegekende cijfers tellen voor 1/3 van de punten.
· In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury.
· Het toegekend cijfer telt voor 2/3 van de punten.
· Werkstukken en opdrachten in het kader van de studie- en onderwijsactiviteiten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
· In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
· De ateliertitularissen kennen een evaluatiecijfer toe op de prestaties van de student tijdens de lesuren atelier.
OP-leden
|
|