RUIMTELIJKE BEELDVORMING 2.1.
 
Wordt gegeven in 2de jaar professionele Bachelor in de interieurvormgeving
Hoorcollege [A] 16.0
Werkcollege [B] 48.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 3.0
Totale studietijd [D] 103.0
Studiepunten [E] 4
Niveau uitdiepend
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Steven NEETENS
Referentie ACINVG02A00024
 
Trefwoorden
Ruimtelijke beeldvorming 2.1., h714- beeldende kunst- 2d tekenen

Doelstellingen
Dit opleidingsonderdeel bestaat uit 3 deelcompetenties: projectie, perspectief en schetsen.
Zowel projectie, perspectief als schetsen zijn media om ruimtelijk inzicht aan te scherpen en dus onontbeerlijk in ontwerp- en uitvoeringsfase. Het is noodzakelijk deze aangereikte competenties te beheersen als communicatiemiddel naar derden toe.

Leerinhoud
Lineair.
Overgang van de exacte lineaire perspectieftekening naar vlotte schetsmatige benadering door het hanteren van de perspectivische basisprincipes aan de hand van rasters.
Relatie object-interieur en voorplan-achtergrond met klemtoon op verhoudingen, contrasten, lijn, vorm en textuur.
Complexiteit van objecten (gerelateerd aan interieurvormgeving) door middel van neerslaan, wentelen en ontwikkelen kunnen analyseren.

Begincompetenties
Schetsen en perspectief: zie eindcompetenties opleidingsonderdeel Ruimtelijke beeldvorming 2de module 1ste bachelor.
Projectie: zie eindcompetenties opleidingsonderdeel Ruimtelijke beeldvorming 1ste module 1ste bachelor.

Eindcompetenties
Kerncompetentie 1:
Bestaande woonomgevingen in de juiste verhoudingen schetsmatig kunnen weergeven
a. De 1- en 2-vluchtpuntenmethode kunnen toepassen
b. Ruimtelijk inzicht hebben

Kerncompetentie 2:
Zowel bestaande als fictieve 3-dimensionale ruimtes en objecten via de projectiemethode kunnen analyseren en tekenkundig kunnen weergeven op een 2-dimensionaal vlak
a. De methode van rechthoekige projectie kunnen toepassen
b. De verschillende soorten axonometrieën kunnen toepassen
c. Een ruimte of object kunnen analyseren naar punten, rechten, vlakken
d. De conventies van het technisch tekenen kunnen toepassen
e. Ruimtelijk inzicht hebben

Kerncompetentie 3:
Fictieve ruimtes en objecten uitgaande van een grondplan in een 3-dimensionaal beeld ruimtelijk kunnen weergeven
a. met behulp van de centraalpuntmethode en vluchtpuntenmethode
b. met behulp van de pilootlijnmethode
c. met behulp van de Starckmethode
d. Ruimtelijk inzicht hebben

Kerncompetentie 4:
De schaduw op eenvoudige objecten tekenkundig kunnen bepalen alsook de slagschaduw kunnen bepalen van eenvoudige objecten op andere objecten en dit in de vorm van een perspectieftekening

Algemene competentie 1: Nauwkeurig kunnen werken

Algemene competentie 2: Analysevermogen:
a. Ruimtes, objecten en vlakken correct kunnen analyseren

Leermaterialen
Cursussen worden via centrale kopiedienst gratis aangeboden.
Handboek “Wetenschappelijk tekenen”; R. Verschraegen (ISBN 90-306-1322-X)

Studiekosten
27 Euro

Studiebegeleiding
Indien noodzakelijk mogelijkheid tot persoonlijke afspraak.
Online ondersteuning via Dokeos: “ruimtelijke beeldvorming”

Onderwijsvormen
Hoorcolleges gekoppeld aan demonstraties, gevolgd door oefensessies.

Evaluatievorm
Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
Werkstukken en opdrachten moeten steeds op de vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
Examenmogelijkheid in de 1ste en 2de examenperiode.
Voor iedere deelcompetentie van dit opleidingsonderdeel moet minstens de helft van de punten worden behaald.

Perspectief en projectie:
Permanente evaluatie: er wordt telkens op de toegepaste kennis, dus oefening, beoordeeld.
Deze permanente evaluatie staat op de helft van het totaal.
De andere helft van het totaal zijn examenpunten, die door middel van een te maken oefening behaald worden.

Schetsen:
Permanente evaluatie staat op 2/3 van de punten, het examen op 1/3

OP-leden