Trefwoorden Constructie 2.1., t230- constructie van gebouwen, t240- binnenhuisarchitectuur
Doelstellingen Dit opleidingsonderdeel bouwt verder op de deelcompetentie Bouw van de eerste module in het eerste jaar bachelor in de Interieurvormgeving. De deelcompetentie meubel komt hier niet aan bod.
Dit opleidingsonderdeel legt de klemtoon op het constructieve inzicht van de ‘gebouwde omgeving’.
De structurele en technologische opbouw van interieurconstructies is hierbij een belangrijk onderwerp.
Met zicht op het later beroep van de interieurvormgever is dit basiskennis.
De competenties en inhouden zijn afgestemd op en volgen de chronologie van de atelieropdrachten.
Leerinhoud Theorie over haarden, schouwen, trappen, centrale verwarming, dakconstructies, riolering en sanitaire installaties.
Begincompetenties Zie opleidingsonderdeel Constructie 1ste bachelor, 1ste module.
Eindcompetenties Kerncompetentie 1:
Kennis hebben van interieur- en afwerkingtechnieken inzake haarden, rookkanalen, trappen, centrale verwarming
Kerncompetentie 2:
Kennis hebben van bouwconstructieve elementen om mogelijke ingrepen binnen een bestaande ruimte te kunnen inschatten
a. Kennis hebben over draagconstructies, spouwmuren, riolering, sanitair, daken
Kerncompetentie 3:
Op een 2-dimensionaal vlak een grafische voorstelling kunnen maken van een trap door toepassing van de tekenconventies
Algemene competentie 1: Denk- en redeneervaardigheid
a. Berekeningswijzen omtrent bovenstaande inhouden kunnen toepassen in een realistische context.
Leermaterialen Cursus te verkrijgen bij de docent.
PowerPoint presentaties en slides ter ondersteuning van de lessen.
Studiekosten nihil
Studiebegeleiding Mogelijkheid tot een persoonlijk gesprek met de docent.
Onderwijsvormen Theorie: hoorcolleges.
Klassikale oefeningen.
Evaluatievorm Theoretisch schriftelijk examen.
Mogelijkheid tot tweede zittijd.
Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
De opdrachten moeten op de vastgestelde data worden ingediend.
In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
OP-leden
|
|