Trefwoorden h105-bibliografie, p160-statistiek, b420-voeding, b680-epidemiologie
Doelstellingen Binnen de paramedische beroepsuitoefening wordt steeds uitgegaan van een wetenschappelijke basis.
Wetenschappelijke documentatie
Binnen de tweeledige beroepenstructuur (paramedisch en niet-paramedisch) waar deze professionele bachelor op voorbereidt kunnen een aantal aspecten teruggevonden worden die verband houden met Wetenschappelijke documentatie.
Wat het paramedisch beroep van diëtist betreft, wettelijk geregeld bij KB (19 febr. 1997), wordt in Art. 3 gesteld dat het leerprogramma de opdracht moet omvatten van het maken van een werk dat in verband staat met de opleiding en waaruit blijkt dat de betrokkene in staat is tot een “analytische” en “synthetiserende” activiteit in "het vakdomein" en dat hij zelfstandig kan werken.
Het “beroepsprofiel van de voedings- en dieetkundige (VLOR 1996)”, meldt het belang van literatuuronderzoek. De basiscompetenties in functie van deze taak, werden omstandig omschreven in het “opleidingsprofiel van de voedings- en dieetkundige (VLOR 1997)”.
Het onderdeel wetenschappelijke documentatie heeft tot doel de studenten vaardig te maken in het verkennen van verschillende wetenschappelijke bronnen voor Nederlandstalige en anderstalige vakliteratuur, zodat ze in staat zijn om artikels, boeken en websites op te zoeken, door te nemen en inzichtelijk te verwerken.
Gezien het gaat om een algemene competentie nodig voor alle opleidingsonderdelen (m.i.v. stage en het afstudeerproject) wordt dit vak in het begin van de opleiding geplaatst.
Voedselconsumptieonderzoek
Een goed begrip van de verschillende methodes en hun relatieve validiteit is essentieel in de beroepspraktijk in zeer diverse settings. De studenten worden al in het eerste jaar gesensibiliseerd en gestimuleerd tot het ontwikkelen van affiniteit met het professionele handelen. Bedoeling is de studenten inzicht bij te brengen in de complexiteit van de meting van de voedingsgewoonten bij de algemene bevolking en bij de individuele patiënt. Dit opleidingsonderdeel draagt bij tot het kritisch vermogen bij de interpretatie van studieresultaten uit de diverse types voedselconsumptieonderzoek.
Het betreft hier noodzakelijke voorkennis voor de epidemiologie in het tweede jaar en het afstudeerproject.
Het “beroepsprofiel van de voedings- en dieetkundige (VLOR 1996)”, meldt het belang van toegepast voedingsonderzoek. De basiscompetenties in dit verband werden omstandig omschreven in het “opleidingsprofiel van de voedings- en dieetkundige (VLOR 1997)”.
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
Zie Wetenschappelijke documentatie
Project
Projectwerk wordt in het tweede semester opgenomen ter uitdieping van deelaspecten i.v.m. Voedselconsumptieonderzoek en Levensmiddelenleer m.i.v. technologie.
Dit opleidingsonderdeel dient als voorbereidende activiteit op het realiseren van het Afstudeerproject in het laatste jaar.
Leerinhoud Wetenschappelijke documentatie
Fasen van wetenschappelijk onderzoek.
De cursus is opgebouwd rond vijf fasen:
1. Formuleren van probleem-, doelstelling en onderzoeksvraag
2. Literatuuronderzoek
3. Methodologische aspecten van onderzoek
4. Resultaatverwerking
5. Rapporteren (bronverwijzing, opmaak literatuurlijst)
Voedselconsumptieonderzoek
Instrumenten voor het meten van voeding: verschillende types, methodologische aspecten, validiteit.
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
Tijdens de eerste contactmomenten krijgen de studenten toelichting over en een demonstratie omtrent het verzamelen van literatuur. Dit wordt gevolgd door opdrachten betreffende enerzijds zoeken van zowel artikels, websites als boeken rond een zelfgekozen en goedgekeurd onderwerp. Deze moeten voldoen aan vooraf vastgelegde criteria. Opdracht is (een deel van) de verzamelde gegevens te synthetiseren (volgens vooraf vastgelegde criteria), te beoordelen en erover te reflecteren. Anderzijds dient een invulopdracht gemaakt te worden waarbij alle bronnen van literatuur door de student verkend dienen te worden.
.
Project
Het projectwerk bestaat uit kleine deelprojecten. Enerzijds dient een kleinschalig voedselconsumptieonderzoek uitgevoerd en verwerkt te worden. Anderzijds wordt gewerkt rond een bepaald thema i.v.m. Levensmiddelenleer m.i.v. technologie.
Begincompetenties De studenten beschikken reeds over een zekere hoeveelheid nuttige voorkennis, desgevallend uit andere in het eerste semester geplande opleidingsonderdelen.
Wetenschappelijke documentatie
Er zijn geen specifieke begincompetenties vereist.
Voedselconsumptieonderzoek
Levensmiddelenleer m.i.v. technologie, Toegepaste voedingsleer en Oefeningen
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
Basisvaardigheden computergebruik, raadplegen van digitale databanken en internetgebruik zijn een voordeel.
Correct kunnen toepassen van Nederlandse grammatica en spelling; passieve kennis Engels; basisvaardigheden tekstverwerking.
Project
Wetenschappelijke documentatie, Voedselconsumptieonderzoek en Levensmiddelenleer m.i.v. technologie.
Eindcompetenties Wetenschappelijke documentatie
Algemene competenties: verwerven en verwerken van informatie (met inbegrip van ICT).
Beroepsgericht: communicatievaardigheid/contactbereidheid, eenvoudig onderzoek binnen het eigen vakgebied kunnen plannen, uitvoeren en rapporteren, wetenschappelijke literatuur kunnen
interpreteren en gebruiken in wetenschappelijk professioneel onderzoek.
Beroepspecifiek: /
Het beheersingsniveau situeert zich op beginniveau.
Voedselconsumptieonderzoek
Algemene competenties: denk- en redeneervaardigheid, verwerven en verwerken van informatie (met inbegrip van ICT), ingesteldheid tot levenslang leren (in de verdere beroepscarrière toe te passen).
Beroepsgericht: teamgericht werken, interdisciplinair werken, kwaliteitsbewustzijn / werken volgens principes van kwaliteitszorg, communicatievaardigheid (mondeling en schriftelijk) / contactbereidheid, organisatievermogen, nauwgezetheid en zorg voor kwaliteit, besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk, eenvoudig onderzoek binnen het eigen vakgebied kunnen plannen, uitvoeren en rapporteren, wetenschappelijke literatuur kunnen interpreteren en gebruiken in wetenschappelijk professioneel onderzoek, veiligheids-, gezondheids- en milieubewustzijn.
Beroepspecifiek: voedings- en dieetvoorlichting kunnen initiëren, plannen, organiseren, uitvoeren en evalueren en dit zowel aan individuen als aan groepen en dit zowel mondeling als schriftelijk; resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aanbevelingen op het gebied van voeding kunnen vertalen in praktische adviezen naar consumenten / patiënten en beroepsgroepen die zich met voeding en/of gezondheid bezighouden; in multidisciplinair dienstverband kunnen bijdragen aan de opzet, uitvoering en evaluatie van voedingsonderzoek.
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
De student is in staat om een aspect van het vakgebied op een wetenschappelijk onderbouwde manier uit te diepen en te beschrijven in een vlot leesbaar
artikel (doelgroep medestudenten).
Algemene competenties: verwerven en verwerken van informatie (met inbegrip van ICT), vermogen tot kritisch en reflectief
denken en handelen, zelfstandig werken, ingesteldheid tot levenslang leren.
Beroepsgericht: communicatievaardigheid (schriftelijk), wetenschappelijke literatuur kunnen interpreteren.
Beroepspecifiek: /
Het beheersingsniveau situeert zich op beginniveau.
Project
Algemene competenties: denk- en redeneervaardigheid, verwerven en verwerken van informatie (met inbegrip van ICT), projectmatig werken.
Beroepsgericht: teamgericht werken, interdisciplinair werken, probleemgericht werken, methodisch en reflectief denken en handelen, organisatievermogen.
Beroepspecifiek: /
Het beheersingsniveau situeert zich op middenniveau.
Leermaterialen Wetenschappelijke documentatie
Syllabus, te verkrijgen via de cursusdienst; Powerpoint presentatie en handouts beschikbaar via Dokeos.
Handboeken: Belgisch Instituut voor Normalisatie (BIN), Efficiënte communicatie. 4de druk, Brussel, Licap, 2004, 28 blz. en WILLOCX, C., Citeren & refereren. Schriftelijke, mondelinge, audiovisuele en elektronische bronnen. 6de druk, Leuven/Apeldoorn, Garant, 2005, 105 blz. te verkrijgen via de Departementale boekenverkoop.
Voedselconsumptieonderzoek
Syllabus, te verkrijgen via de cursusdienst.
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
Syllabus, te verkrijgen via de cursusdienst.
Project
De communicatie verloopt via de digitale leeromgeving Dokeos.
Studiekosten Geraamde totaalprijs: 13.0 EUR Wetenschappelijke documentatie
Syllabus: € 4 (prijs cursusdienst 2004-2005)
Handboeken: € 7,4 (prijs via Standaard Boekhandel 2004-2005)
Voedselconsumptieonderzoek
Syllabus: € 0,6
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
De syllabus en opdrachten zijn beschikbaar via de digitale leeromgeving Dokeos
Project
Onkosten werkdocumenten zoals enquêtelijsten: ± € 0,5
Studiebegeleiding
Na afspraak: lokaal 1105
Onderwijsvormen Wetenschappelijke documentatie
Hoorcolleges met gebruik van Powerpoint presentaties.
Voedselconsumptieonderzoek
Hoorcolleges.
Oefeningen wetenschappelijke documentatie
Werkcolleges o.v.v. demonstratie- en oefensessies.
Project
Begeleid zelfstandig leren (BZL) a.d.h.v. instructiefiche via Dokeos.
Evaluatievorm Wetenschappelijke documentatie
Geen examen; eindbeoordeling a.d.h.v. competenties Projectwerk, Oefeningen wetenschappelijke documentatie en Afstudeerproject laatste jaar. Via de digitale leeromgeving dient de student voortgangsproeven af te leggen zodat inzicht verkregen wordt in de beheersing van de gedoceerde stof.
Voedselconsumptieonderzoek (1 studiepunt)
Schriftelijk examen: open vragen, meerkeuze vragen.
Studenten die op het deel Voedselconsumptieonderzoek van het opleidingsonderdeel Wetenschappelijke documentatie minstens 10/20 behalen in de 1ste zittijd zijn niet verplicht hierover opnieuw examen af te leggen in de 2de zittijd.
Oefeningen wetenschappelijke documentatie (1 studiepunt)
Permanente evaluatie van de opdrachten.
Project (1 studiepunt)
Portfolio in te dienen aan het einde van het academiejaar.
Studenten die op het deel Project van het opleidingsonderdeel Wetenschappelijke documentatie minstens 10/20 behalen in de 1ste zittijd zijn niet verplicht hierover opnieuw examen af te leggen in de 2de zittijd.
OP-leden Willem De Keyzer
Mia Verschraegen
Stefaan De Henauw
|
|