Trefwoorden Machine-elementen, materiaalkunde, metalen, kunststoffen, composieten, textielvezels
Doelstellingen De verworven kennis zal verder aangewend worden bij het ontwerpen en berekenen van machines, mechanismen, werktuigen, constructies, enz.
De student verwerft de nodige competenties om op een de adequate manier de er opvolgende opleidingsonderdelen aan te vatten.
Machine-elementen en materiaalkeuze volgt op sterkteleer en mechanica I en is een noodzakelijk opleidingsonderdeel voor de verwerving van competenties ivm Ontwerpen, en CAE.
Nodige materiaalkeuze kunnen maken op gebied van kunststoffen, textiel en metalen.
Leerinhoud Partim Machine-elementen:
Passingen, toleranties en oppervlakteruwheid.
Beschrijving van bevestigings- en bewegingsschroefdraad. Berekening van bewegingsschroefdraad.
Beschrijving van elementen voor het bevestigen van een naaf op een as. Spie, spievertanding, pennen, bussen, persverbinding, kegelvormig asuiteinde.
Schroefvormige druk- en trekveer. Materiaal, beschrijving en berekening.
Assen: beschrijving en sterkte berekeningen.
Wentellagers: beschrijving van de verschillende soorten. Eenvoudige levensduur berekening.
Koppelingen: elementaire beschrijving van flenskoppeling, cardan koppeling en inschakelbare wrijvingskoppeling.
Partim Metalen:
Mechanische eigenschappen van metalen; niet destructief onderzoek, giettechnieken, lassen en solderen, ongelegeerd staal, gelegeerd staal, thermische behandelingen op staal, gietijzer, koper legeringen, aluminium legeringen, zinklegeringen.
Partim Kunststoffen en Composieten
Structuur en eigenschappen van polymeren, kunststoftechnologie, verwezenlijkingen en voorbeelden van kunststoffen. Bespreking basismaterialen voor composieten, eigenschappen, overzicht van de diverse verwerkingstechnieken van composieten , toepassingen.
Partim Textieltechnologie:
Textielvezels en hun verwerking tot textiesubstraten, bespreking van klassiek en technisch vezel.
Begincompetenties zie eindcompetenties Mechanica I en Sterkteleer
Eindcompetenties Algemene wetenschappelijke competenties : AWC2
De student is in staat praktische problemen in het domein van de machine-elementen en materiaalkunde op theoretische wetenschappelijke manier aan te pakken.
Algemene Technische competenties : ATC2
De student kent technieken om technische problemen een oplossing te geven en kan resultaten interpreteren op juistheid en relevantie. De student kan bij een bepaalde installatie de materiaalkeuze verantwoorden, kan een keuze maken uit verschillende machine-elementen op basis van beschrijving en berekening om een installatie samen te stellen. Kennis verwerven over de structuur, de mogelijkheden en de beperkingen van kunststof- en composietmaterialen. Beschrijving van verwerkingstechnieken uit de kunststofbranche.
Algemene beroepscompetenties :
Beroeps specifieke competenties : SC1
De student kan machine-onderdelen berekenen en de juiste materiaalkeuze verantwoorden.
Leermaterialen Partim machine-elementen: « Machine-elementen, deel 1 en deel 2 » - Guido Meyns – cursusdienst
Partim Metalen: cursus nota’s
Partim Kunststoffen en Composieten: cursus nota’s
Partim Textieltechnologie: cursus nota’s
Studiekosten Partim machine-elementen: 12 euro
Partim Metalen: 3 euro
Partim Kunststoffen en Composieten: 3 euro
Partim Textieltechnologie: 2 euro
Studiebegeleiding Elektronisch : dokeos
Persoonlijk contact :
Steeds mogelijkheid tot persoonlijke afspraak met de docent.
Voor partim machine-elementen: Lokaal M21 practicum BME
Onderwijsvormen Theorie : Hoorcolleges voor partim machine-elementen, metalen, kunststoffen en Composieten, Textieltechnologie.
Oefeningen : Klassikaal geleide oefeningen voor partim machine-elementen.
Evaluatievorm Theorie : schriftelijk examen 82%
Partim machine-elementen: 41%
Partim Metalen: 17%
Partim Kunststoffen en Composieten: 17%
Partim Textieltechnologie: 7%
Oefening : Permanente evaluatie : partim machine-elementen: 2 gekwoteerde oefeningen tijdens jaar : 18%
De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten.
Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend. Deze regeling treedt in voege vanaf het academiejaar 2005-2006.
OP-leden Guido Meyns, Daniël Vanrobaeys, Paul Vanhee, Dieter De Clerck
|
|