Trefwoorden Algoritmen, Gegevensstructuren, P170, P175, T120
Doelstellingen
Inzicht verwerven in gevorderde algoritmen en gegevensstructuren, NP-complete problemen, algoritmen en gegevensstructuren voor strings.
Leerinhoud
Vervolg op Algoritmen I, met meer gevorderde onderwerpen:
- Vervolg op gegevensstructuren: efficiënte zoekbomen, uitwendige gegevensstructuren, prioriteitswachtrijen, skip lists.
- Vervolg op algoritmen voor grafen: samenhang, union-find, minimale overspannende bomen, kortste afstanden, transitieve sluiting, stroomnetwerken, matching.
- Vervolg op algoritmische methoden en analysetechnieken: dynamisch programmeren, 'randomized' algoritmen, geamortiseerde analyse.
- Inleiding tot NP-complete problemen, en mogelijkheden om ze aan te pakken.
- Zoekalgoritmen in strings, gegevensstructuren voor strings.
Begincompetenties Eindcompetenties Algoritmen I.
Eindcompetenties Aangezien dit vak een vervolg is op Algoritmen I, worden nagenoeg dezelfde competenties nagestreefd.
Meer gevorderde onderwerpen beogen het vergroten van deze competenties, meer specifieke onderwerpen zorgen daarbij nog voor een extra competentie:
- Algemeen Wetenschappelijke Competenties [AWC1]: In staat zijn om kritisch, creatief en
wetenschappelijk te denken en te redeneren.
- Algemeen Technische Competenties [ATC2]: In staat zijn om ingenieurstechnische problemen
wetenschappelijk te analyseren en op te lossen. [ATC3]: In staat zijn om wetenschappelijke en
technische opdrachten zelfstandig uit te voeren. [ATC4]: In staat zijn om onderzoeksmetoden
en -technieken adequaat aan te wenden voor de oplossing van ingenieurstechnische problemen.
- Specifieke Competenties [SC1]: In staat zijn om principes van software-ontwerp toe te passen
met het oog op productie, onderhoud en kwaliteit tegen economisch verantwoorde prijs. [SC2]:
In staat zijn om gevorderde, op practische uitvoering gerichte, opdrachten uit het vakgebied van
de algemene informatica zelfstandig te kunnen uitvoeren. [SC3]: In staat zijn om alle mogelijke
vormen van hedendaagse programmeertechnieken, -omgevingen en -talen in theorie te kunnen
verwerven en die vlot in de praktijk te kunnen toepassen. [SC10]: In staat zijn om kennis en inzicht te verwerven in de domeinen van wetenschappelijk onderzoek in de moderne informatica. [SC14]: In staat zijn om gevorderde en meer specifieke algoritmen en gegevensstructuren te implementeren en toe te passen.
Leermaterialen Syllabus, eventueel aangevuld met wetenschappelijke literatuur.
Studiekosten Kosten voor de syllabus, en eventuele copieën.
Studiebegeleiding Docenten zijn ter beschikking voor extra uitleg tijdens de labo's en eventueel op andere ogenblikken na
afspraak.
Onderwijsvormen Theorie: hoorcolleges.
Labo-oefeningen in computerlokaal (programmeren in C++).
Evaluatievorm Theorie: mondeling examen (37,5%).
Labo-oefeningen in computerlokaal: permanente evaluatie (62,5%).
De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten.
Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend. Deze regeling treedt in voege vanaf het academiejaar 2005-2006.
OP-leden Rudy STOOP, leden vakgroep informatica.
|
|