Trefwoorden Aanvankelijk lezen, voortgezet technisch lezen, begrijpend lezen, studerend lezen, leesbevordering, schrijven, creatief schrijven, spelling, poëzie
Doelstellingen De studenten kunnen inzicht verwerven in het lees- en schrijfproces en die inzichten concretiseren in leerinhouden voor de lagere school.
De studenten kunnen leerlingen leren omgaan met diverse soorten teksten.
De studenten kunnen de verworven inzichten in verband met jeugdliteratuur en poëzie overbrengen op de leerlingen.
De studenten kunnen de leerplannen van het officieel onderwijs (RAGO en OVSG) gebruiken en met elkaar vergelijken. De studenten kunnen zich schriftelijk en mondeling correct uitdrukken. Een meer gedetailleerde lijst van doelstellingen is terug te vinden in de syllabus Nederlands 2LLO.
Leerinhoud Vakdidactiek:
- Lezen: aanvankelijk lezen, voortgezet technisch lezen, begrijpend lezen, studerend lezen, leesbevordering, poëzie.
- Schrijven: aanvankelijk schrijven, creatief schrijven, poëzie.
Begincompetenties zie opleidingsprogramma van het eerste jaar LLO
Eindcompetenties FG 1: de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
1.1 De beginsituatie van de leerlingen en de klas kunnen achterhalen.(1.1.1 en 1.1.2)
1.2 Doelstellingen kunnen kiezen en formuleren. (1.2.1)
1.5 Een aangepaste methodische aanpak en groeperingsvorm kunnen kiezen (1.5.3).
1.8 Observatie/evaluatie kunnen voorbereiden. (1.8.1, 1.8.2 en 1.8.3)
1.9.Kunnen observen, proces en product kunnen evalueren met het oog op bijsturing en remediëring. (1.9.7)
FG 2: de leraar als opvoeder
2.2 De emancipatie van de kinderen bevorderen.(2.2.3)
2.6 Het fysiek welzijn van de kinderen bevorderen.(2.6.1)
FG 3: de leraar als inhoudelijk expert
3.1. Basiskennis beheersen en recente evoluties i.v.m. inhouden en vaardigheden uit de leergebieden volgen. (3.1.1 en 3.1.2)
3.2 Toepassen van de verworven kennis en vaardigheden in de didactische aanpak.(3.2.1)
FG 5: de leraar als innovator - de leraar als onderzoeker
5.1 Vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen. (5.1.1)
5.2 Kennisnemen van de resultaten van onderwijsonderzoek (5.2.1).
5.3 Het eigen functioneren kunnen bevragen en bijsturen (5.3.1)
FG 10: de leraar als cultuurparticipant
10.1 Volgt actuele thema's en ontwikkelingen op via de media in verband met::
10.1.4 het cultureel-esthetische domein. 10.2 Kan informatie i.v.m. bovengenoemde thema's en ontwikkelingen kritisch benaderen (10.2.1) 10.3 Kan informatie i.v.m. bovengenoemde domeinen selecteren en die verwerken in het pedagogisch en didactisch handelen (10.3.1)
A1 Beslissingsvermogen A2 Relationele gerichtheid A3 Kritische ingesteldheid A6 Zin voor samenwerking A8 Creatieve gerichtheid A10 Gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie
Leermaterialen Syllabus Nederlands 2LLO. Eigen notities. De leerplannen(OVSG en RAGO)
Studiekosten Syllabus: ongeveer 17 euro.
Studiebegeleiding Monitoraat en/of extra oefeningen op individuele aanvraag.
Onderwijsvormen Hoorcolleges en oefeningen. Groepswerk en partnerwerk. Diverse gespreksvormen. Zelfstandig werk en individuele opdrachten. Bespreking van video- en demonstratielessen.
Evaluatievorm Eerste zittijd:
Periodegebonden:
Examen in juni:
- Schriftelijk 50%: vakdidactische artikels en schriftelijk taalgebruik.
- Mondeling 50%: vakdidactische artikels, vijf zelfgekozen en drie opgegeven kinder- en jeugdboeken, behandelde leerinhoud. Mondeling taalgebruik. Het Standaardnederlands is de norm waaraan het taalgebruik van de student moet voldoen.De werkpunten op vlak van mondeling en/of schriftelijk taalgebruik die reeds vastgesteld werden in het eerste jaar van de opleiding, moeten voldoende geremedieerd zijn om credits te kunnen verwerven voor dit opleidingsonderdeel.
Voor studenten met een examencontract gelden dezelfde evaluatievormen.Tweede zittijd: idem als in eerste zittijd
OP-leden Kristel Detollenaere, Willy Goeminne
|
|