VAKDIDACTIEK
 
Wordt gegeven in 1st jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, lichamelijke opvoeding
Hoorcollege [A] 18.0
Werkcollege [B] 66.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 150.0
Studiepunten [E] 5
Niveau gespecialiseerd
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Maarten DEMEESTERE
Referentie LGSOXX01A13422
 
Trefwoorden
Vakdidactiek in de lichamelijke opvoeding voor het lager onderwijs en kleuter.

Doelstellingen
- kennen de vastgelegde afkortingen, symbolen, tekens en welbepaalde volgorde in de beschrijving van oefenstof volgens de vaktaal LO;
- kennen specifieke begrippen als lichaamsassen, houdingen, definities van bewegingen;
- kennen de verschillende opstellingsvormen van leerlingen en toestellen;
- kunnen de vaktaal LO correct hanteren;
- kunnen een bewegingsopdracht correct formuleren;
- kunnen een geobserveerde les noteren volgens de vaktaal;
- kennen methodieken om groepen in te delen;
- kennen diverse organisatievormen (bewegingsstraten, werken in omloop, bewegingshoeken, werken in golven, atelier, ...) en kunnen deze in praktijksituaties gebruiken rekening houdend met de beginsituatie;
- kennen de indeling van algemene (vnl. grootmotorische) bewegingsvaardigheden (ABV's) in 'bewegingsfamilies';
- kennen klimmingen binnen een bewegingsfamilie en kunnen deze toepassen rekening houdend met de leeftijd van het kind;
- kennen het onderscheid tussen algemene bewegingsvaardigheden en vaardigheden uit specifieke sporttakken (SBV's);
- kunnen op initiatieniveau specifieke bewegingsvaardigheden selecteren voor schoolkinderen uit de derde graad lager onderwijs;
- kennen de aandachtspunten en veiligheidsaspecten bij de vaardigheden uit een bewegingsfamilie en kunnen deze toepassen in de praktijk;
- kennen de methodieken van spelonderwijs;
- kennen de indeling van kleine spelen volgens spelbeleving en spelproblemen;
- kennen het onderscheid tussen kleine spelen en sportspelen;
- kennen de sportspelmethodiek;
- kunnen een spel (bege)leiden;
- kennen de factoren die deel uitmaken van de beginsituatie;
- kunnen de beginsituatie van de leerlingen en een klas achterhalen aan de hand van het leerplan;
- kunnen eindtermen / ontwikkelingsdoelen kiezen in relatie tot het lesonderwerp;
- kunnen aan de hand van de componenten van het bewegingsonderwijs (fysieke, psychomotorische, cognitieve, dynamisch-affectieve) leerdoelen specifiëren;
- kunnen doelstellingen concreet en in waarneembaar gedrag formuleren;
- kunnen een lesplan met 3 lesonderdelen uitstippelen rekening houdend met de beschikbare tijd;
- kennen open, half-open en gesloten didactische werkvormen en kunnen deze in praktijksituaties hanteren rekening houdend met de beginsituatie;
- kunnen zelfstandig een les voorbereiden;
- kunnen in overleg informatiebronnen raadplegen en gebruiken bij het voorbereiden van lessen;
- kunnen zelfstandig een lessteekkaart opmaken;
- kunnen een activiteit opstarten en aan de gang houden;
- kunnen de materiële organisatie tijdens een les geordend laten verlopen;
- kunnen optimaal gebruik maken van de beschikbare ruimte in hun organisatie;
- kunnen dmv van vraagstelling een leergesprek opbouwen en effectief houden in praktijksituaties wanneer het nodig is;
- kennen de primaire fouten tegen de algemene bewegingsvaardigheden uit een bewegingsfamilie en tegen specifieke bewegingsvaardigheden;
- kunnen primaire fouten onderscheiden van andere fouten;
- kunnen gericht observeren ifv foutenanlyse;
- kunnen adhv primaire fouten aan foutenanalyse doen en remediëren;
- kennen de technieken van het helpen en bijstaan;
- kunnen correct hulp verlenen;


Leerinhoud
- vakterminologie van de lichamelijke opvoeding, symbolen en afkortingen;
- opstellingsvormen;
- organisatievormen voor de lessen lichamelijke opvoeding;
- componenten van het bewegingsonderwijs;
- vormgeving lessteekkaart;
- leerplan lager onderwijs, eindtermen en ontwikkelingsdoelen;
- methodieken lager onderwijs en kleuter;
- oefenstof voor het lager onderwijs en kleuter;
- didactiek voor het lager onderwijs en kleuter;
- spelonderwijs (kleine spelen) en sportspelmethodiek;
- veiligheid voor, tijdens en na de les lichamelijke opvoeding;
- foutenverbetering;
- helpen en bijstaan in de les L.O.;
- richtlijnen bij de stage en didactische oefeningen;


Begincompetenties
- eindtermen secundair onderwijs;
- er is geen specifieke methodisch/didactische voorkennis vereist.


Eindcompetenties
Vaardigheden:
- de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen: de beginsituatie van de leerlingen kunnen achterhalen voor wat betreft het lager onderwijs; doelstellingen kunnen kiezen en formuleren; leerinhouden kunnen selecteren; leerinhouden kunnen structuren ifv een lesvoorbereiding; onderwijs- en leermiddelen kunnen kiezen en gebruiken; een leerkrachtige leeromgeving kunnen creëren;
- de leraar als opvoeder: in overleg een positief leefklimaat kunnen creëren voor de leerlingen tijdens de lessen lichamelijke opvoeding; attitudes bij leerlingen kunnen nastreven binnen de grenzen van de lessen lichamelijke opvoeding;
- de leraar als inhoudelijk expert: basiskennis ivm de eigen vakken kunnen beheersen en actualiseren; de verworven basiskennis en vaardigheden in de didactische aanpak kunnen toepassen;
- de leraar als organisator: een gestructureerd werkklimaat kunnen bevorderen; een soepel en efficiënt lesverloop kunnen creëren rekening houdend met de beschikbare tijd; op correcte wijze administratieve taken kunnen uitvoeren; een stimulerende, veilige en werkbare bewegingsruimte kunnen creëren, rekening houdend met de veiligheid van de kinderen;
- de leraar als lid van een schoolteam: in team een taakverdeling kunnen naleven; het eigen pedagogisch en didactisch handelen in vraag kunnen stellen;
Attitudes:
- beslissingsvermogen;
- relationele gerichtheid;
- kritische ingesteldheid;
- leergierigheid;
- organisatievermogen;
- zin voor samenwerking;
- verantwoordelijkheidszin;
- creatieve ingesteldheid;
- taalgebruik en communicatie;

bovenstaande vaardigheden en attitudes dienen te worden gezien in het teken van het lager onderwijs!

Leermaterialen
- cursus vakdidactiek 1e jaar:
        -> 5 'werkboeken' met doe-opdrachten en invuloefeningen, Joeri Callaert, Linda Van Parys, 2002.
        -> bijlage bij werkboek 1: monografie voor lichamelijke opvoeding 7: vaktaal van de lichamelijke opvoeding en de sport / afkortingen en symbolen, uitgave BVLO;
        -> bijlage bij werkboek 2: oefenstof;
        -> cursustekst bij werkboek 3;
        -> bijlage bij werkboek 3: leerplan basisonderwijs;
- www.ond.vlaanderen.be: eindtermen voor het basisonderwijs & ontwikkelingsdoelen voor het kleuteronderwijs;
- Videoteach: Handball pur (teil 5): Spielerische Grundlagenschulung mit Kindern, Motorische Grundausbildung, R. Schubert;
- diverse video-opnames van lessen of lesmomenten bij mentoren in onze hospiteerscholen (cfr. mediatheek);
- diverse handboeken uit het leercentrum van het departement lerarenopleiding.

Studiekosten
- cursuspakket: 5 werkboeken + de bijlagen: kunnen worden gedownload van het elektronisch leerplatform;
- trainingspak Hogeschool Gent: ca € 65,00 (tactel) of ca € 45,00 (polyester);
- T-shirt Hogeschool Gent - departement Lerarenopleiding: ca € 7,00.


Studiebegeleiding
- controle op het verwerken en beheersen van de leerstof dmv klassikale en individuele feedback op doe-opdrachten uit de werkboeken;
- regelmatig nazicht + feedback van en bij de opmaak (vormgeving) en inhoud (oefenstofkeuze) van de lesvoorbereidingen voor de didactische oefeningen;
- gelegenheid tot oefenen van het lesgeven via lesmomenten (1ste semester) en micro-teaching / didactische oefeningen (2de semester);
- problemen op eigen initiatief melden bij de vaklector;

Onderwijsvormen
Hoorcolleges met activerende werkvormen als doe-opdrachten en invuloefeningen; praktijklessen (ABV's) met demonstraties; ondersteunende video-opnames bij de theorie; deelopdrachten voor lesgeven (lesmomenten); lesgeefopdrachten (micro-teaching / didactische oefeningen); begeleidingsopdrachten bij bewegingsdagen of projecten van de Stichting Vlaamse Schoolsport; voorbereiding stage;

Evaluatievorm
- Permanente evaluatie (10%): doe-opdrachten in de werkboeken; deelopdracht voor lesgeven (lesmoment); (creatieve) inbreng tijdens de lessen; geen tweede zittijd voor permanente evaluatie
- techniekdemonstratie + fysieke test touwklimmen (10%);
- partieel examen: schriftelijk theorie-examen (50%)
- didactische oefeningen (30%): opmaak (vormgeving) en inhoud (oefenstofkeuze) lesvoorbereidingen; lesgeven; gerichte observatie van lesgevers (medestudenten); administratieve taken (map didactische oefeningen).

Studenten met een examencontract dienen zich in te schrijven via een creditcontract.

OP-leden
Joeri CALLAERT, Jean Philippe MUSCH, Veerle PERMENTIER, Maarten DEMEESTERE.