JURIDISCH MAATSCHAPPELIJKE INHOUDEN: JEUGDRECHT
 
Wordt gegeven in 3de jaar Orthopedagogie, eenjarig programma
Hoorcollege [A] 25.0
Werkcollege [B] 0.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 75.0
Studiepunten [E] 3
Niveau  
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis  
Referentie SGORTH02A00104
 
Trefwoorden
Jeugdrecht

Doelstellingen
Als opvoeder/begeleider wordt er verondersteld dat men een ruime kennis heeft van het werkveld waarbinnen men functioneert. Verschillende studenten zullen later professioneel werk verrichten binnen een ambulante en/of residentiële setting van de Bijzondere Jeugdbijstand.Het is dan ook evident dat ze op de hoogte zijn van de rechtsregels waarmee de jongeren, die in desbetreffende voorzieningen terechtkomen,zullen geconfronteerd worden.Hun rechten maar ook hun plichten kunnen duiden en hun de juiste weg tonen binnen het juridisch kluwen van maatregelen is een basisvaardigheid van opvoeders/begeleiders in spe.Een kritisch maatschappelijke ingesteldheid en een bereidheid om aan hulpverlening te doen zijn onomstotelijk verbonden aan dit beroep. In de eerste plaats wordt getracht onontbeerlijke fundamentele kennis bij te brengen.
Het interpreteren en begrijpen van de vroegere wetgeving als van de huidige gangbare decreten Bijzondere Jeugdbijstand en wetten Jeugdbescherming vormen de hoofddoelstelling van deze cursus. Een eerste aanzet wordt gegeven tot het bevatten van enkele burgerrechtelijke begrippen die naar jongeren toe belangrijk zijn. Beheersen en gebruik maken van de vakterminologie worden beoogd in deze cursus.

De curriculumdoelstellingen wensen tevens, zonder gespecialiseerd in te zijn, dieper in te gaan op wat de studenten in de dagelijkse praktijk zullen ondervinden of welke probleemsituaties zich kunnen voordoen in hun later beroepsleven.

Concrete doelstellingen die beoogd worden:
-lezen juridisch correct de vroegere wetgeving, de huidige decreten Bijzondere jeugdzorg en wetgeving Jeugdbescherming.
-licht de begrippen, structuren en bronnen van het jeugdrecht correct toe.
-legt de juiste verbanden tussen het huidig jeugdrecht en de vroegere maatschappelijke,juridische en historische tendenzen.
-legt de juiste verbanden tussen jeugdrecht en andere rechtstakken, in het bijzonder met strafrecht, burgerlijk recht en kinderrechten.
-zoekt efficiënt naar en in bronnen van het jeugdrecht en maakt er adequaat gebruik van.
-hanteert met zin voor nauwkeurigheid de juiste terminologie gangbaar binnen het jeugdrecht.
-actualiseert zijn/haar kennis over nieuwe tendenzen binnen jeugdrecht.
-legt contextueel gekaderd correct rechtskundige termen uit.
-hanteert grondig de beginselen van het jeugdrecht in functie van de opleiding.

Leerinhoud
Maatschappelijke en juridische tendenzen,visies en invloeden met betrekking tot het kindbeeld historisch gekaderd (historische socialiserings- en penaliseringsprocessen). Historisch overzicht van het jeugdbeschermingsrecht (wet van 1912-1965), de huidige sociale en gerechtelijke jeugdbijstand(04/04/1990 - 02/02/1994) en de bijzondere jeugdzorg voor meerderjarigen (gecoördineerde decreten).
Burgerrechtelijke begrippen: o.a. afstamming, adoptie, ouderlijk gezag.
Jaarlijkse up-dating zoals Everberg, wetsvoorstel M.Verwilghen...en actualisatie van de bijzondere jeugdbijstand zoals structuur Comités Bijzondere Jeugdzorg...

Begincompetenties
Studenten hebben in het eerste jaar een inleiding tot het recht gekregen. Het is dus evident dat belangrijke rechtsbegrippen gekend en toegepast kunnen worden in functie van jeugdrecht.

Eindcompetenties


Leermaterialen
Handboek: E. Verhellen: Jeugdbeschermingsrecht. Mys en Breesch.

Studiekosten
Boek: 45 euro.

Studiebegeleiding
Het is evident dat de betrokken docent steeds bereid is om, op aanvraag, bijkomende verduidelijkingen te geven. Tijdens de inhaalweek wordt een uurtje voorzien om heel concrete vragen,problemen van de studenten te beantwoorden. Er bestaat tevens de mogelijkheid om de algemene studiebegeleiding van SOAG te contacteren.

Onderwijsvormen
Hoorcollege met mogelijkheid tot vraagstelling en discussie. Voorbeelden en gevallenstudies worden ter illustratie aangeboden.

Evaluatievorm
Examen: Ja
Periode: Januari
Vorm: Schriftelijk


OP-leden
Ann DE BROUWER