MICROBIËLE ECOLOGIE
 
Wordt gegeven in 2de jaar professionele Bachelor in de chemie - afstudeerrichting: milieuzorg
Hoorcollege [A] 12.0
Werkcollege [B] 24.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 120.0
Studiepunten [E] 4
Niveau gespecialiseerd
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Christiaan VLERICK
Referentie TCCHCM02A00001
 
Trefwoorden
B230, B235, B260, T360, Microbiologie, ecologie, microbiele gemeenschappen, biodegradatie, milieubiotechnologie, actief slib, biofilmen, aerobe afbraak, anaeroob (biogas)

Doelstellingen
Theorie:
Kennismaking met microbiologische levensgemeenschappen actief in de natuurlijke kringloopprocessen en in biotechnologische processen toegepast in de milieusanering.
Fundamentele benadering van microbiologische aspecten milieusanering en milieuhygiene. Verzamelen van (micro-)biologische basiskennis voor de technologische benadering in het derde jaar van afvalwaterzuivering, afvalverwerking, luchthygiene en bodemsanering en -beheer.
Oefeningen :
Kennismaking met de microflora van water, lucht, bodem en compost via enumeratietechnieken voor bacteriën, gisten en schimmels (fungi) en actinomyceten.
Microscopisch kennismaking met zuiveringsbiologie: actief slib en biofilmen. Opvolging van een praktijkinstallatie type KWZI via microbiologische kwaliteitscontrole op de verschillende zuiveringsstappen.

Leerinhoud
1. Biodegradatie en biodeterioratie:
fundamentele benadering van microbiologische afbraakprocessen op diverse groepen van polluenten.
2. Microbiologische aspecten van de waterzuiveringstechnieken:
- aërobe systemen : actief slibsystemen in al hun variaties (statische-, dynamische- en kinetische parameters van het actief slibproces, microbiota, sturing en bedrijfsvoering), biofilmsystemen (parameters, bedrijfsvoering, microbiota).
- anaërobe systemen : biogas, biochemismen, thermodynamica, parameters, microbiota, gistingstesten.
3. Microbiologische aspecten van afvalverwerking en bodemsanering:
inleiding.
Noties bodemmicrobiologie : bodemmicrobiota, interrelaties plant/microbiota, geochemische cycli.

Begincompetenties
Beschikken over de eindcompetenties van de opleidingsonderdelen Biologie en Algemene en anorganische chemie is verplicht.
Beschikken over de eindcompetenties van het opleidingsonderdeel Microbiologie is wenselijk.

Eindcompetenties
1. De student moet in staat zijn de opgedane microbieel ecologische kennis, om te zetten in vakspecifieke vaardigheden met het beheersen en sturen van microbiologische processen ten dienste van de milieusanering tot doel. Verwerven van een fundamenteel microbieel ecologisch denken.
2. Kan op een wetenschappelijke manier een voorgelegd probleem analyseren.
- In staat zijn om kritisch, creatief en wetenschappelijk te denken en te redeneren.
- In staat zijn om algemeen wetenschappelijke inzichten toe te passen op wetenschappelijke problemen.
- In staat zijn mondeling en/of schriftelijk efficiënt te communiceren en te rapporteren over wetenschappelijke en technische problemen.
- In staat zijn om relevante wetenschappelijke en technische informatie adequaat te verzamelen en te verwerken.
3. Samenwerken: microbiologische opdrachten in teamverband uitvoeren en de ontstane problemen in groep bespreken en adequaat oplossen.


Leermaterialen
Nota's voor theorie en werkcollege zijn beschikbaar.
Vakliteratuur aanwezig in laboratorium en bibliotheek.

Studiekosten
ongeveer 10 euro

Studiebegeleiding
Docent beschikbaar als titularis in het laboraturium microbiologie of in het laboratorium milieutechniek.

Onderwijsvormen
Theorie: hoorcolleges, presentaties.
Oefeningen: begeleide laboratoriumoefeningen in groep met individuele uitvoering.
Gezamelijke verwerking en interpretatie van de resultaten.

Evaluatievorm
Theorie: mondeling examen met schriftelijke voorbereiding.
Werkcolleges: permanente evaluatie, verslagen en toets.

Wegingscoëfficiënt
Theorie: 50%
Oefeningen: 50%

OP-leden