Trefwoorden Studie van de fotografische beeldtaal H720
Doelstellingen De mogelijkheden binnen de fotografische kadrage worden aangeleerd op een initiatie-niveau.
De studenten leren het fotografisch proces organiseren.
De student leert werken met de instrumenten van de fotografie.
De student verwerft inzicht in het traject vanaf de voorbereiding van een fotowerk tot en met het eindresultaat.
Dit programma-onderdeel ondersteunt 'Documentaire fotografie I' en 'Fotografie en concept I'.
De doelstelling is ook een voorbereiding op de 'Studie fotografische beeldtaal II'.
Leerinhoud Inhoudelijke aspecten:
- Hij/zij wordt attent gemaakt op de invloed van de beeldopbouw ten opzichte van de inhoud.
- Onderzoek van het project, formulering van eigen standpunt.
- Specifieke deelgebieden van de fotografie komen aan bod: de afbeelding van de mens (o.a.het portret), de ruimtelijke omgeving en het object.
Aspecten van de vormgeving en de fotografische techniek:
de student wordt gewezen hoe een fotografisch beeld kan worden opgebouwd.
Een kennismaking met de instrumenten van de fotograaf:
- Kadrage en compositie (basis).
- Werken met aanwezig licht, gradatie en richting van het licht (basis).
- Scherpte, onscherpte (basis).
- Leren opslaan van beelden, ordenen, selecteren en labellen.
- Leren werken met een beeldbewerkingsprogramma.
- Relatie tussen inhoud van het beeld enerzijds en technische en vormelijke aspecten anderzijds.
- Initiatie fotografische techniek: het proces van opname tot print.
Begincompetenties Geen specifieke begincompetenties vereist.
Eindcompetenties Specifieke competenties
1. Creërend vermogen (op initiatie-niveau)
De student kan een opdracht een vorm geven en realiseren.
Onder meer:
- heeft inzicht in de principes en technieken van vormgeving, beeldcompositie.
- demonstreert interesse voor de basiskennis en kunde i.v.m. het gebruik van de technische middelen en systemen eigen aan de fotografie.
2. Gerichtheid op het onderzoek (op initiatie-niveau)
Onder meer:
- geeft blijk van een duidelijke evolutie in inhoud en vorm.
Zowel voor wat betreft de techniek van de beeldvorming als voor het vormelijk en inhoudelijk onderzoek.
- het onderzoek naar de relatie tussen de inhoud en de vorm van het werk moet aanwezig zijn.
3. Communicatief vermogen.
De student kan zijn werk presenteren en toelichten op initiatie-niveau.
Onder meer:
- gaat het kritisch gesprek aan rond proces en resultaat.
- neemt deel aan het overleg met respect voor planning en timing.
Algemene competenties
Het vermogen tot kritische reflectie en creativiteit (op initiatie-niveau)
De student geeft blijk zich te oriënteren in de theoretische referentiekaders die zijn/haar inzicht in de kunst en in de maatschappelijke realiteit verdiepen.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Digitaal atelier, het corpus boeken met betrekking tot de instrumenten en toepassingen van de fotografie in de KASK bibliotheek.
Studiekosten De student beschikt over een digitaal reflex-toestel, statief en een externe harde schijf.
Toegang tot een digitaal werkstation is essentieel.
De kosten worden grotendeels bepaald door de keuze van het onderwerp en de verwerking.
Studiebegeleiding Steeds mogelijkheid tot persoonlijke afspraak met de docent.
Onderwijsvormen Theoretische uiteenzettingen, groepsbespreking van de resultaten, individuele bespreking, beeldanalyse, werkatelier (labo), buitenopname.
Evaluatievorm Permanente evaluatie en eindejaarsjury.
Permanente evaluatie tijdens het academiejaar.
Deze evaluaties dienen om de artistieke evolutie en het gevolgde werkproces bij te sturen.
In de 1ste examenperiode is er een eindjury voorzien voor 100% van de punten.
Er is geen uitstel mogelijk.
Alleen de examencommissie kan toestemming verlenen dat er een tweede evaluatie wordt gepland.
Algemeen:
- De werkstukken moeten op de vastgelegde data worden ingediend of gepresenteerd.
- In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat het werk door iemand anders wordt binnengebracht.
OP-leden
|
|