ATELIER BEELD & INSTALLATIE I
 
Wordt gegeven in 1st jaar Bachelor in de beeldende kunsten, beeld & installatie - afstudeerrichting: vrije kunsten
Hoorcollege [A] 12.0
Werkcollege [B] 60.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 90.0
Totale studietijd [D] 345.0
Studiepunten [E] 12
Niveau  
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Geert VERCAEMER
Referentie ABBKUV01A00030
 
Trefwoorden
h713 beeldende-kunst-4d-mixed-media

Doelstellingen
Dit atelier concentreert zich op de benadering en de representatie van de gerealiseerde werken.
Het opleidingsonderdeel is, nodig wegens het mogelijks tijdelijk en plaatselijk karakter van de installatie. De registratie en representatie is van groot belang voor de installatiekunstenaar.
Werken worden er op diverse manieren, herbekeken, onderzocht, gerepresenteerd en gearchiveerd. De kunstwerken worden a.h.w. afgetast, op zoek naar hun kwaliteiten en potentieel. Dit onderzoek vormt een aanzet om met vernieuwde blik verder te creëren.
De studenten krijgen in dit eerste jaar een introductie in de verschillende media die binnen dit atelier worden toegepast. (Deze initiatie vormt tevens een stimulans om deze media te gaan gebruiken in het persoonlijke artistieke creatieproces) .
In latere stadia van de opleiding (2e ba en 3e ba) zullen de resultaten van de benaderingen binnen dit atelier kunnen verwerkt worden tot een archief, portfolio of persoonlijke website.
Het is tevens de bedoeling dat de activiteiten binnen dit atelier aanleiding geven tot een dieper inzicht en respect voor de artistieke uitspraak.

Leerinhoud
Aangezien dit opleidingsonderdeel nauw aansluit met het hoofdatelier, zijn de kerngedachten CONFRONTATIE en COMMUNICATIE hier eveneens van toepassing.
Gezien de diverse media die van toepassing zijn binnen dit opleidingsonderdeel, werd de leerinhoud opgesplitst per leereenheid. Toch geldt als algemene leerinhoud het volgende:
Studenten leren, door gebruik te maken van diverse media, hun eigen werk benaderen en open trekken binnen een artistiek - technische context. De opleiding stimuleert hen tot het formuleren van hypothesen en het ontwikkelen van een eigen technisch en artistiek onderzoek als voorbereiding op de ontwikkeling in de hoofdateliers van een oeuvre als actief beeldend kunstenaar.
Er wordt afhankelijk van de leereenheid een eerste periode initiërend gewerkt. Gedurende deze periode verloopt de leerstof lineair. Daarna verloopt deze eerder thematisch, waarbij de thema’s individueel worden bepaald.

Leerinhoud per leereenheid
Zowel foto, video als tekenen worden geïnitieerd in de opleidingsonderdelen Initiatie foto, initiatie video en tekenen.

Binnen de leereenheid benaderingsmethodes wordt op individueel thematische basis gewerkt aan de benadering en registraties van ruimte, materiaal, licht en kleur, betekenis en gevoelswaarde. De relatie met de leereenheid “beeldontwikkeling” van het opleidingsonderdeel “ontwikkeling en presentatie” is hier zeer nauw. Studenten bedienen zich van diverse media, waardoor er een sterke band met de opleidingsonderdelen initiatie video, initiatie foto en tekenen noodzakelijk is.

Tekst : Deze leereenheid staat op haar beurt sterk in relatie met de leereenheid “reflectie, discours”. Tekst wordt beschouwd als een benaderingsvorm van de resultaten uit het atelier II. Studenten leren de neerslag van de vraagstellingen geformuleerd in reflectie en discours verder tekstueel ontwikkelen en hanteren als onderzoeksmateriaal.
De inhoud verloopt individueel thematisch, en is voorbereidend op de scriptie die deel uitmaakt van het afstudeerproject. Uiteraard zullen er in de loop van de studieperiode raakpunten zijn met de theoretische opleidingsonderdelen.

Portfolio en dossier : Vooral de tekst en foto hebben een link met deze leereenheid. Op individueel thematische wijze worden aan de hand van foto’s en tekst eenvoudige lay-out principes aangeleerd en toegepast. Studenten leren ook hier selecties maken en op eenvoudige en overzichtelijke wijze documenten samenbrengen tot een portfolio en dossier. Ze komen eveneens via deze leereenheid in contact met digitale opslag, print en scan -mogelijkheden.

Reflectie, discours
Ontwikkelen van visie via gesprek, dialoog, confrontatie, reflectie, duiden van het eigen werk en het proces.
De leerinhouden worden continu aangepast en bijgestuurd.
Ze worden afhankelijk van de aangereikte problematiek individueel of klassikaal aangebracht.
Ze ageren voornamelijk rond volgende punten:
1. Individuele positionering uitlokken bij de student - onder begeleiding
2. Situering van het hedendaags beeld in de ruime zin
3. Spirituele en materiële assemblage(technieken)
4. Associatief denkend en beeldend vormgeven
5. Lezen en leren lezen van een beeld.


Begincompetenties
Geen specifieke begincompetenties.

Eindcompetenties
Kerncompetentie
In staat zijn om via de aangereikte media een gerealiseerd werk op verschillende manieren te benaderen, te analyseren en intrinsieke kwaliteiten ervan te ontdekken en te representeren.
Aan de hand van de verschillende beeldende en tekstuele benaderingen in staat zijn het werkveld verder uit te breiden en uit te diepen, met het oog op een verscherpte artistieke productie.
De student kan via registraties en representaties aantonen dat hij inzicht en overzicht heeft op zijn persoonlijk werkveld. competenties per leereenheid
In staat zijn de verschillende leereenheden van dit opleidingsonderdeel zelfstandig te benutten en te doseren vanuit een onderzoekende attitude die in relatie staat met het Atelier Beeld en Installatie II
De student kan bij de leereenheden foto, video, en tekenen beslissen of een werk autonoom dan wel als registratie, illustratie, of representatie kan worden beschouwd. Hij kan deze beslissing argumenteren.
Reflectie discours
a) de relatie tussen de oefeningen en de geformuleerde uitgangspunten discursief kunnen benaderen en toelichten
b) in aanzet in staat zijn om voor het eigen werkproces relevante kunstkritische en kunstfilosofische invalshoeken te benutten

Algemene competenties
1. De onderzoekende attitude moet aanwezig zijn.
2. Student kan eigen vaardigheden en technisch vermogen inschatten, aanvaarden en optimaliseren in functie van de eigen beeldvorming.
3. Student kan plannen in functie van tijd en bijgevolg omgaan met deadlines.
4. Het werkproces kan zichtbaar gemaakt worden dmv tekst, tekeningen of foto’s, voorbereidende studies, en mondelinge toelichting.


Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Vakliteratuur, kunsttijdschriften, technisch/artistieke basistechnieken en handleidingen.
Hedendaagse artistieke creaties en realisaties binnen het vakgebied en aanverwante gebieden.
Bezoek aan het concrete werkveld en tentoonstellingen in functie van registratie.

Studiekosten
De kosten eigen aan het onderzoek (50- 200 euro)
De volgende aan te kopen materialen zijn éénmalige kosten.

-Aankoop van een externe harde schijf is wenselijk (150 €)
-Bezit van een computer of laptop verdient aanbeveling, maar is niet verplicht.
-Een fototoestel en/of videocamera is wenselijk.
-Opname mini dv cassettes, uitvoer miniDV, vhs, cd of dvd : 50 euro

Studiebegeleiding
Elektronische ondersteuning via Dokeos en E-mail.
Steeds mogelijkheid tot persoonlijke afspraak met docent.

Onderwijsvormen
werkcolleges, oefeningsessie, atelier, begeleid zelfstandig leren. tentoonstellingsbezoeken

Evaluatievorm
• De evaluatie valt onder het systeem van de permanente evaluatie.
• De evaluatie wordt enkel in de eerste examenperiode ingericht (= geen 2e zittijd).
• Tijdens de lessen zijn er permanente evaluaties van het werkproces
• De toegekende cijfers tellen voor 1/3 van de punten.
• In de examenperiode is er een eindevaluatie van de onderzoeksresultaten door een examenjury.
• Het toegekend cijfer telt voor 2/3 van de punten.


OP-leden