Trefwoorden h713 beeldende-kunst-4d-mixed-media
Doelstellingen In samenwerking met het ondersteunend atelier "Beeld en Installatie IV" werkt dit hoofdatelier uitdiepend aan de ontplooiing van een artistieke en persoonlijke beeldtaal.
Het werkveld wordt t.o.v. het eerste jaar uitgebreid met de leereenheid "praktijk-werkveld-ervaring & projecten".
Hiermee beoogt het opleidingsonderdeel extra muros activiteiten, zoals tentoonstellingsprojecten, in situ werken, betrokkenheid bij de werkzaamheden in musea, galerijen of artistieke evenementen.
Vanuit de opgedane kennis rond het hedendaagse beeld en haar intrinsieke vermogens zal de student zich aan de hand van zijn persoonlijk werk profileren en positioneren.
Het atelier is onderverdeeld in 4 leereenheden:
-Beeldontwikkeling
-Beeldrealisatie en installatie
-Reflectie en discours
-Praktijk-werkveld-ervaring & projecten
Leerinhoud PROFILEREN en POSITIONEREN
Net zoals in het 1e jaar verloopt de leerinhoud noch thematisch, noch lineair, maar ontwikkelt zich vrijwel ongestructureerd en dikwijls zeer complex in verschillende dimensies, kwaliteiten en kwantiteiten.
Dit proces gebeurt in een volledige afhankelijkheid van de persoonlijkheid van de student.
De student leert zich profileren aan de hand van een doorgedreven studie van de beeldelementen.
Hij onderzoekt daarbij hoe hij voor zichzelf de relatie tussen visie, concept en beeld formuleert en op welke manier hij omgaat met vorm, betekenis, techniek en materiaal (Leereenheid beeldontwikkeling).
Hij leert door regelmatige oefenopstellingen op de werkvloer een persoonlijke presentatietechniek aan (Leereenheid beeldrealisatie en installatie).
Hij ontwikkelt mede door individuele en klassikale gesprekken kritische reflectie t.o.v. het eigen werk en het eigen ik, kritische reflectie ook t.o.v. de maatschappelijke realiteit in de breedste zin en t.o.v. de kunstwereld in het bijzonder (Leereenheid reflectie, discours).
Door deelname aan (buitenschoolse) projecten leert de student zich organiseren in functie van een groter geheel.
Hij wordt geconfronteerd met deadlines, transport, overleg met andere kunstenaars en organisatoren, pers… (Leereenheid praktijk-werkveld-ervaring & projecten).
Begincompetenties Geslaagd zijn voor de eindcompetenties van de opleidingsonderdelen 1e ba Atelier Beeld en Installatie I en Atelier Beeld en Installatie II
Eindcompetenties Kerncompetenties
- In staat zijn om een afgewerkte persoonlijke presentatie uit te voeren aan de hand van eigen beeldmateriaal.
- Indicatoren in verhouding tot het uitdiepende niveau:
· vanuit het eigen interesseveld een beeld kunnen genereren dat blijk geeft van een persoonlijke visie en een eigen vormtaal.
· onderzoek kunnen uitdiepen vertrekkende van een persoonlijk ontwikkeld werkveld in relatie met het hedendaagse kunstgebeuren.
A) Beeldontwikkeling
a) schetsmatig onderzoek voeren waarbij een rode draad in werken en denken zichtbaar is.
b) aantonen dat de gebruikte beeldende middelen resultaten zijn van een regelmatige en te typeren onderzoeksmethode.
B) Reflectie discours
a) de relatie tussen eigen werk en de geformuleerde uitgangspunten discursief kunnen benaderen en toelichten.
b) in staat zijn om het eigen werkproces te plaatsen binnen relevante kunstkritische en kunstfilosofische invalshoeken.
C) Beeldrealisatie en installatie
a) in staat zijn zichzelf te profileren en te positioneren via een uitgewerkte beeldrealisatie.
D) Werk-veld-ervaring & projecten
a) in staat zijn zich te profileren via een doorgedreven selectie uit meerdere eigen werken, in functie van een specifieke ruimte, project of tentoonstelling met andere kunstenaars
b) in staat zijn om zowel in tijd als in ruimte planmatig (mee) te werken aan een groter project (bv groepstentoonstelling)
Algemene competenties
1. De onderzoekende en specialiserende houding moet aanwezig zijn.
2. Student optimaliseert en beheerst vaardigheden en technisch kennis
noodzakelijk voor de eigen beeldvorming.
3. Student kan plannen in functie van groep, tijd en ruimte en bijgevolg omgaan
met deadlines.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Vakliteratuur, kunsttijdschriften, aanreiken van internetsites, technisch/artistieke basistechnieken en handleidingen.
Historische en hedendaagse artistieke creaties en realisaties binnen het vakgebied.
Het atelier maakt gebruik van alle mogelijke middelen, technieken en materialen welke beelden genereren: materiële, immateriële en virtuele middelen, video, fotografie, geluid, beweging en andere beeldende middelen.
Bezoek aan het concrete werkveld en tentoonstellingen.
Deelname aan buitenschoolse projecten en kunstevenementen.
Studiekosten De kosten eigen aan het artistieke project per jaar (tussen de 50 en de 200 euro)
De volgende aan te kopen materialen zijn éénmalig :
-Materialenkoffer
-Aankoop van een externe harde schijf is wenselijk (150 €)
-Bezit van een computer of laptop verdient aanbeveling, maar is niet verplicht.
-Een digitaal fototoestel en/of videocamera wordt aanbevolen.
-Opname mini dv cassettes, uitvoer miniDV, vhs, cd of dvd (50 euro)
-Tekenmateriaal
Studiebegeleiding Elektronische ondersteuning via Dokeos en e-mail.
Steeds mogelijkheid tot persoonlijke afspraak met docent.
Onderwijsvormen Het onderwijs verloopt veelal via individuele gesprekken met de lesgevers.
Vertrekkend van een open opdracht en / of projectvoorstel van de individuele student, wordt het werk begeleid en wordt er feedback gegeven op artistiek en technisch vlak.
Artistiek labo, werkatelier (labo), oefeningen, vrij werk, buitenopname, deelname aan en opzetten van projecten, studiereizen, tentoonstellingsbezoek, contacten en samenwerkingen met kunstenaars, galerijen, musea.
Theoretische uiteenzettingen, individuele gesprekken, groepsgesprekken, individuele en groepsbesprekingen van de resultaten.
Evaluatievorm · De evaluatie wordt enkel in de eerste examenperiode ingericht (= geen 2e zittijd).
· Tijdens de lessen zijn er permanente evaluaties van het artistieke proces.
· De toegekende cijfers tellen voor 1/3 van de punten.
· In de examenperiode is er een eindevaluatie van het artistieke werk door een examenjury.
· Het toegekend cijfer telt voor 2/3 van de punten.
· De ateliertitularissen kennen een evaluatiecijfer toe op de prestaties van de student tijdens de lesuren atelier.
OP-leden
|
|