Trefwoorden h000-menswetenschappen, h00x-kunst
Doelstellingen De student neemt vier theoretische seminaries op, afhankelijk van de theoretische behoeftes die hij/zij ondervindt tijdens zijn studietraject, vanuit zijn artistieke praktijk en zijn theoretische interesses.
De theoretische seminaries zijn opgenomen in het masterprogramma als specifieke leervorm waarbij theoretische inhouden binnen een flexibele en open werkvorm worden overgedragen, met ruimte voor interventie van studenten en dialoog.
Theoretische seminaries worden gedragen vanuit het artistieke en het theoretische onderzoek lopend aan het KASK, zodat de student te maken krijgt met probleemgerichte en thematisch opgezette seminaries.
Leerinhoud Weinig hedendaagse termen zijn zo modieus en uitgehold tegelijk als het 'sublieme'.
Een historische en contextuele kritiek van dit begrip dringt zich dan ook op.
De basisteksten over het 'Verhevene' zijn nagenoeg op twee handen te tellen, maar ze roepen ontelbare vragen op, die ook voor het benaderen van onze culturele actualiteit van dragend belang blijken te zijn.
In dit seminarie wordt een overzicht gegeven van de historische evolutie van het begrip, tot en met zijn deconstructie en radicalisering.
We vertrekken van een lectuur van
1. het traktaat van de Pseudo-Longinus ('Peri Hypsous') in het licht van de antieke tragedie en de betekenis van het koor, gaan via
2. Boileau's vertaling (Traité du sublime) en interpretatie (Art Poétique) (1674), en
3. Burkes Philosophical Enquiry into the Origin of our Ideas of the Sublime and the Beautiful (1757) over naar
4. Kants fundamentele stellingen aangaande het Erhabene in de Kritik der Urteilskraft (1790),
5. de verknoping van melancholie, verhevenheid en waanzin bij Friedrich Hölderlin (in diens Empedokles-fragmenten, 1790-1800),
6. we ondervragen Nietzsches affiniteit met de problematiek (in diens definitie van het Dionysische in de Geburt der Tragödie, 1873),
7. we bekijken Sades leer van de soevereiniteit in het licht van de natuuropvattingen van zijn tijd,
8. Schlegels radicale subject-ironie als de existentiële herschrijving van het sublieme in de moderniteit.
Tot slot biedt de postmoderniteit ons twee boeiende teksten om de radicaliteit van het sublieme te analyseren:
9.'The sublime is now' van de Amerikaanse color field schilder Barnett Newman, en
10. Jean-François Lyotards tekst L'Inhumain.
De bespreking van deze teksten zal gelardeerd worden met voorbeelden uit het werk van hedendaagse en oudere kunstenaars.
Van Longinus tot Lyotard: het vreemde parcours van een onheilspellend en onvatbaar begrip, dat de paradoxale kern van de esthetica blijkt te bevatten.
Begincompetenties Het is zéér wenselijk dat de student de competenties van de bacheloropleiding (beeldende kunsten of audiovisuele kunsten) heeft verworven.
Eindcompetenties § De student kan op een gefundeerde wijze mee denken en reflecteren ten aanzien van een wetenschappelijk en/of artistiek onderzoek.
§ De student toont het vermogen tot originaliteit en creativiteit in het uitbreiden van zijn kennis en in het komen tot inzichten.
§ De student geeft aan wat de meerwaarde kan zijn van een samenwerking die artistieke disciplines overschrijdt en kan die meerwaarde tevens mee realiseren in een multidisciplinaire omgeving.
§ De student bezit een gevorderd begrip van en inzicht in wetenschappelijke en/of artistieke kennis eigen aan een bepaald domein binnen de beeldende en/of audiovisuele kunsten. De student heeft inzicht in de nieuwste kennis van een specifiek gebied hierbij en kan onderzoek hierin volgen en interpreteren.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Syllabus (fotokopieën) met betreffende uittreksels en fragmenten.
Studiekosten Syllabus wordt ter beschikking gesteld vanuit de ateliergelden.
Student zorgt zelf voor aanschaf van eventuele handboeken.
Studiebegeleiding Er is steeds de mogelijkheid tot een individuele afspraak met de betrokken docent.
Onderwijsvormen Zes verplicht te volgen, wekelijks gehouden sessies waarin excerpten gelezen, geanalyseerd en becommentarieerd worden.
De lessen vallen in de maanden februari en maart 08.
Naar gelang de aanwezigheid van een gastdocent kan een seminarie ook in een andere taal verlopen.
Evaluatievorm Mondeling examen waarop de student een vooraf in te dienen werkstuk van ca. 2000 à 3000 woorden toelicht en verdedigt.
De datum van indiening van de paper, voorafgaand aan het mondeling examen, zal in de loop van het seminarie worden vastgelegd.
Algemeen:
De student dient op elke leereenheid geslaagd te zijn om de credits van dit opleidingsonderdeel te verwerven. Elke leereenheid staat op 25% van de punten.
Tweede zittijd mogelijk.
Verplichte deelname van de studenten aan de onderwijsactiviteiten.
OP-leden
|
|