Trefwoorden h000-menswetenschappen, h00x-kunst
Doelstellingen De student neemt vier theoretische seminaries op, afhankelijk van de theoretische behoeftes die hij/zij ondervindt tijdens zijn studietraject, vanuit zijn artistieke praktijk en zijn theoretische interesses.
De theoretische seminaries zijn opgenomen in het masterprogramma als specifieke leervorm waarbij theoretische inhouden binnen een flexibele en open werkvorm worden overgedragen, met ruimte voor interventie van studenten en dialoog.
Theoretische seminaries worden gedragen vanuit het artistieke en het theoretische onderzoek lopend aan het KASK, zodat de student te maken krijgt met probleemgerichte en thematisch opgezette seminaries.
Leerinhoud Dit seminarie vertrekt vanuit een vraagstelling naar de specifieke status van het luisteren binnen een audiovisuele context.
Oog en oor functioneren fundamenteel anders.
Op welke manier kan naar een audiovisueel werk geluisterd worden?
De luisteraar als auteur.
Vertrekkende vanuit teksten over luisteren van o.a.Roland Barthes, Michel Chion, Pierre Schaeffer, Daniel Deshayes, Peter Szendy, John Cage, Murray Schäfer, Véronique Campan worden een aantal benaderingen van luisteren bestudeerd en getoetst aan hedendaagse films die het luisteren op een specifieke manier engageren.
In een film kunnen verschillende manieren van luisteren zoals het globale, muzikale luisteren van uit één standpunt, het luisteren naar geluiden op een alerte of, betekenisvolle manier, een luisteren dat de toeschouwer in beweging zet... tegelijkertijd aan bod komen.
Geluiden zijn steeds geplaatst in een ruimte.
Wat gebeurt er als de visuele en auditieve ruimtes niet overeenstemmen?
Op welke manier komt dan een waarneming of interpretatie tot stand?
Films die aan bod kunnen komen zijn:
- L'homme qui écoute van François Caillat
- Paraguay Hammock van Paz Encina
- Là-bas van Chantal Akerman
- The unrequited love van Chris Petit
Dit seminarie is in de eerste gericht naar iedereen die op een audiovisuele manier creëert.
Film is het uitgangspunt, maar het audiovisuele is in de meest brede zin opgevat (installaties, performances...).
Begincompetenties Het is zéér wenselijk dat de student de competenties van de bacheloropleiding (beeldende kunsten of audiovisuele kunsten) heeft verworven.
Eindcompetenties § De student kan op een gefundeerde wijze mee denken en reflecteren ten aanzien van een wetenschappelijk en/of artistiek onderzoek.
§ De student toont het vermogen tot originaliteit en creativiteit in het uitbreiden van zijn kennis en in het komen tot inzichten.
§ De student geeft aan wat de meerwaarde kan zijn van een samenwerking die artistieke disciplines overschrijdt en kan die meerwaarde tevens mee realiseren in een multidisciplinaire omgeving.
§ De student bezit een gevorderd begrip van en inzicht in wetenschappelijke en/of artistieke kennis eigen aan een bepaald domein binnen de beeldende en/of audiovisuele kunsten. De student heeft inzicht in de nieuwste kennis van een specifiek gebied hierbij en kan onderzoek hierin volgen en interpreteren.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Teksten, eigen notities, cd's en dvd's
Studiekosten Syllabus wordt ter beschikking gesteld vanuit de ateliergelden.
Student zorgt zelf voor aanschaf van eventuele handboeken.
Studiebegeleiding Er is steeds de mogelijkheid tot een individuele afspraak met de betrokken docent.
Onderwijsvormen Verplicht te volgen seminaries waarin de door iedereen te lezen teksten geconfronteerd wordt met films en muziekfragmenten.
Naar gelang de aanwezigheid van een gastdocent kan een seminarie ook in een andere taal verlopen.
Evaluatievorm Periodegebonden evaluatie: mondeling examen op basis van de cursus + paper van ongeveer 2000 woorden.
Algemeen:
De student dient op elke leereenheid geslaagd te zijn om de credits van dit opleidingsonderdeel te verwerven. Elke leereenheid staat op 25% van de punten.
Tweede zittijd mogelijk.
Verplichte deelname van de studenten aan de onderwijsactiviteiten.
OP-leden
|
|