Trefwoorden b530-cardiovasculair systeem, b480-endocrinologie, b550-gastro-enterologie, b560-nefrologie, b680-volksgezondheid, , b420-voeding
Doelstellingen Dit opleidingsonderdeel kan beschouwd worden als een voortzetting van en aanvulling op Pathologie uit het tweede jaar, met verdieping van een aantal topics en met nadruk op differentiatie naar de praktijk toe. In deze context wordt getracht een optimale articulatie te bewerkstelligen met Toegepaste dieetleer en oefeningen, eveneens in het derde jaar gedoceerd. De cursus dient m.a.w. ook gezien te worden in functie van de praktische, geïntegreerde proef bij het eindexamen, waarbij de student de nodige maturiteit op het vlak van voedingsgerelateerde pathologie dient aan te tonen.
Leerinhoud Gedeeltelijke uitdieping van een aantal ziektebeelden die reeds in het tweede jaar in de cursus Pathologie besproken zijn (bv. diabetes, leverlijden, hyperlipemie, nierlijden, obesitas, atherosclerotisch vaatlijden, etc.), doch die omwille van hun belang voor de diëtistische praktijk meer aandacht verdienen. Aanvullend worden een aantal capita selecta ingebouwd, die zich meer situeren in het perspectief van voeding en volksgezondheid (zoals de problematiek van voedselveiligheid, voeding en preventie, etc.), en waarover de afstuderende diëtist ook verondersteld wordt enkele elementaire noties mee te dragen.
Begincompetenties De student wordt verondersteld parate kennis te bezitten m.b.t. een aantal anatomische en fysiologische basisbegrippen en concepten en ook reeds kennis te bezitten van een aantal mechanistische pathways naar specifieke voedingsgerelateerde pathologieën toe.
In verticale zin articuleert dit opleidingsonderdeel rechtstreeks met de opleidingsonderdelen Pathologie, Pediatrische pathologie en dieetleer en Voedingsleer en Toegepaste Dieetleer uit het tweede jaar en in een verder perspectief ook met het opleidingsonderdeel Anatomie, Fysiologie en Fysiologie van de Voeding uit het eerste jaar. De voorkennis uit deze opleidingsonderdelen is met andere woorden essentieel voor het volgen van het opleidingsonderdeel Pathologie en dieetleer.
Voor deze opleidingsonderdelen moet de student dan ook een credit behaald hebben, gedelibereerd zijn of een vrijstelling bekomen hebben op basis van EVK.
In horizontale dimensie is er samenhang en interactie met de opleidingsonderdelen Toegepaste Dieetleer 3 en Stages en op minder directe wijze ook met Oefeningen diëtetische keukentechnologie.
Eindcompetenties Algemene competenties
vermogen tot kritisch en reflectief denken en handelen (zelfkennis en zelfverantwoordelijkheid) ; instelling tot levenslang leren (in de verdere beroepscarrière toe te passen).
Beroepsgerichte competenties
besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk
Beroepsspecifieke competenties
deelcompetenties die verband houden met de volgende eindcompetenties: zelfstandig en in multidisciplinair dienstverband een kwaliteitsvolle voedings en/of dieetbehandeling uit te voeren ; voedings - en dieetvoorlichting initiëren, plannen, organiseren, uitvoeren en evalueren en dit zowel voor individuen als voor groepen en zowel mondeling als schriftelijk ; resultaten van wetenschappelijk onderzoek en aanbevelingen op het gebied van voeding te vertalen in praktische adviezen naar consumenten, patiënten en beroepsgroepen die zich met voeding en gezondheid bezig houden ; adviseren over kwaliteit en bruikbaarheid van voedsel, voedingsmiddelen en voedingsmiddelen voor bijzondere voeding ; in multidisciplinair dienstverband bijdragen aan de opzet, uitvoering en evaluatie van voedingsonderzoek.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Combinatie van uitgedeeld cursusmateriaal en documentatie voor zelfstudie, geactualiseerd aan de hand van eigen nota's
Studiekosten maximaal 5€
Studiebegeleiding De studenten kunnen steeds terecht bij de docent voor bijkomende toelichting, indien gewenst. Daarnaast wordt ook uitgebreid verwezen naar referentiemateriaal, waar de student zijn kennis kan aan toetsen.
Onderwijsvormen Interactieve lessen met vraagstelling en antwoord op problemen, zelfstudie, autonome activiteiten. Tijdens de lessen worden diverse vormen van didactisch materiaal gebruikt.
Evaluatievorm Schriftelijk (gemengd open vragen en multiple choice)
OP-leden Stefaan DE HENAUW
|
|