Trefwoorden 2de vreemde taal: Duits
Doelstellingen In dit tweede luik van het opleidingsonderdeel ‘Duits als 2de vreemde taal’ verruimen de studenten hun woordenschat, hun kennis van de grammatica en hun taalvaardigheid (verworven in 1ste Bachelor Bestuurskunde en Publiek Management) via theorie en geïntegreerde oefeningen in spreek-, schrijf-, luister- en leesvaardigheid. Op deze manier moeten zij zich - gebruik makend van een nog steeds eenvoudig maar correct Duits - schriftelijk en mondeling kunnen uitdrukken. Ook moeten zij op een elementair niveau gesproken en geschreven Duits kunnen begrijpen.
Leerinhoud De inhoud van deze cursus kan worden opgedeeld in vier aspecten:
1) onderhoud en verder uitbouwen van de beheersing van de grammaticale structuren van de Duitse zin (hoofd- én bijzin): systeem van de naamvallen en de voorzetsels, werkwoord (overige tijden), overige voornaamwoorden, overige telwoorden, aanvullingen op substantief en adjectief, voegwoorden, woordvolgorde.
Dit uitbouwen gebeurt via theorie en oefeningen, met nadruk op de contrastieve aspecten Nederlands-Duits;
2) onderhoud en uitbreiding van een brede passieve en actieve basiswoordenschat in het algemeen en een politiek-economische basiswoordenschat in het bijzonder;
3) kennis van land en volk: occasioneel en opleidingsgericht;
4) verhoging van:
- de spreekvaardigheid (o.a. enerzijds d.m.v. dialogen en gespreksbouwstenen voor algemene en beroepsgerichte communicatieve situaties, anderzijds (onder voorbehoud) d.m.v. een presentatie (Referat);
- de lees- en schrijfvaardigheid (o.m. schriftelijke samenvatting en bewerking van Duitstalige publicaties uit de politieke, sociale of economische sfeer);
- de luister- (en spreek-)vaardigheid (o.m. begrijpen, samenvatten en parafraseren van een actueel Duitstalig nieuwsitem).
Begincompetenties De competenties van het opleidingsonderdeel Duits niveau 1 (1e Bachelor Bestuurskunde en Publiek Management) moeten in voldoende mate zijn verworven.
Eindcompetenties Verdere geïntegreerde actieve beheersing van de geziene basisgrammatica en basiswoordenschat (schriftelijk en mondeling) om zo een elementair niveau qua communicatievaardigheid in het Duits te bereiken, onder meer:
- in staat zijn op een elementair niveau sociale contacten te leggen (algemeen en beroepsgericht);
- Duitstalige publicaties uit de politieke, sociale of economische sfeer kunnen lezen en begrijpen, bespreken en parafraseren, met het oog op een presentatie (Referat) hierover (presentatie: onder voorbehoud).
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: 1. Een door de docente samengestelde syllabus met:
- theorie en oefeningen m.b.t. grammatica en woordenschat, aangevuld met extra oefeningen voor zelfstudie (met modeloplossingen);
- schema's m.b.t. de grammatica;
- lijsten met woordenschat (Duits - Nederlands);
- gespreksbouwstenen (Redemittel) voor algemene en beroepsgerichte communicatieve situaties;
- (ev.) teksten uit kranten, tijdschriften of andere media.
2. Zelfstudiepakket:
- facultatieve oefeningen in syllabus (met modeloplossingen);
- oefeningen op computer met het softwarepakket ScaLa (informaticalokaal HABE);
- boek: G. FORST, Thematische woordenschat Duits. Intertaal: Amsterdam / Antwerpen (2004, of later). Pag. 152-293. [ISBN 90 5451 0560]
Opmerking: het materiaal kan evolueren met de technische ontwikkelingen.
Studiekosten Syllabus: ca. 5 EUR
Boek: ca. 25 EUR (dit boek wordt ook gebruikt voor Duits niveau 1 in 1e Bachelor)
Studiebegeleiding - het stellen van vragen tijdens, voor of na de les wordt sterk aangemoedigd;
- feedback op de tussentijdse toets m.b.t. grammatica en woordenschat (deelname verplicht): d.m.v. deze toets moeten de studenten zichzelf beter kunnen inschatten en weten waar ze op hun individueel leertraject staan. Door deze toets krijgen de studenten eveneens een duidelijk beeld over opbouw en evaluatie van het schriftelijk examen.
- Referat: individuele bespreking van de schriftelijke samenvatting met het oog op een goede herwerking en - onder voorbehoud - een goede voorbereiding van de presentatie;
- individuele begeleiding mogelijk op afspraak.
Onderwijsvormen - Werkcolleges in kleine groep gedurende 26 uur waarbij van de studenten een actieve deelname wordt verwacht. Zo kan de geziene leerstof efficiënt en praktijkgericht worden verwerkt (individueel en klassikaal) en kunnen de vier vaardigheden (luister-, spreek-, lees- en schrijfvaardigheid) intensief worden ingeoefend.
- In deze opbouwcursus zijn regelmatig en grondig instuderen en oefenen van de geziene leerstof zijn van essentieel belang.
- Groepsopdrachten voor o.a. Referat en dialogen;
- De zelfstudietijd is afhankelijk van de eerder verworven kennis, de eigen inzet en het assimilatievermogen van de individuele student, maar bedraagt gemiddeld 64 uur.
Evaluatievorm Enerzijds is er permanente evaluatie:
- evaluatie van de schriftelijke en mondelinge opdrachten, gepland op diverse momenten in het semester;
- tussentijdse toets;
Anderzijds is er het schriftelijk examen.
OP-leden Liesbet VAN HERREWEGHE
|
|