Trefwoorden Bestuurskunde, Beleidskunde, Publiek Management, Onderzoek
Doelstellingen De masterproef beoogt studenten in contact te brengen met de wetenschappelijke onderzoeksmethoden en –praktijk en hen kritisch inzicht bij te brengen inzake de wijze waarop kennis wordt gegenereerd.
Meer concreet beoogt de masterproef het aanscherpen van de zelfstandige onderzoekskwaliteiten van de student. Studenten worden beschouwd als startende onderzoekers en komen via een zelfstandig maar begeleid proces tot een originele bijdrage aan onderzoeksdomeinen die zich situeren in het brede veld van de bestuurskunde, de beleidskunde en het publiek management. Een belangrijk element hierbij is dat de masterproef ertoe bijdraagt dat studenten de kennis en kunde die zij reeds opbouwden inzake bestuurskunde, beleidskunde en/of publiek management ook leren toepassen en hanteren in een eigen onderzoeksproject.
Tevens moeten de studenten in staat zijn om helder en ondubbelzinnig te kunnen rapporteren voor een publiek van specialisten. De finaliteit van de masterproef is een zowel naar vorm als naar inhoud wetenschappelijk artikel dat potentieel publiceerbaar is in een nationaal wetenschappelijk tijdschrift in de bestuurskunde, beleidskunde of het publiek management.
Leerinhoud De masterproeven zijn gekoppeld aan een aantal onderzoekslijnen binnen de bestuurskunde, de beleidskunde en het publiek management. Per onderzoekslijn zullen voorstellen tot onderzoek aangereikt worden die in het kader van de masterproef uitgevoerd kunnen worden. De interdisciplinariteit die in de verschillende onderzoekslijnen aanwezig is, zal zich ook afspiegelen in de voorstellen voor masterproeven. De onderzoeksvoorstellen kunnen ook tot stand gekomen zijn in overleg met het professionele veld. Naast de onderwerpen is ook de aard van de onderzoeksvoorstellen divers; het kan gaan om een gedegen literatuurstudie en/of een empirisch onderzoek, kwalitatief en/of kwantitatief van aard zijn, een specifieke onderzoeksmethode hanteren of een combinatie, ...
Onafhankelijk van het onderzoek dat in het kader van de masterproef gevoerd wordt, zal de masterproef studenten vertrouwd maken met volgende elementen:
1. De theoretisch gekaderde probleemstelling als basis voor het onderzoek
2. Gebruik en operationalisering voor onderzoek van concepten, modellen en theorieën
3. Keuze van, kennis over en toepassing van wetenschappelijke methodologie
4. Nauwgezette en systematische uitvoering van de onderscheiden onderzoeksstappen
5. Analytische, argumentatie en kritische verwerking van literatuur en data
6. Synthese van inzichten en formuleren van conclusies
Begincompetenties Studenten zijn reeds in hoge mate vertrouwd met de basisconcepten, -modellen en –theorieën van de bestuurskunde, de beleidskunde en het publiek management. Daarnaast beschikken ze over een gedegen kennis over kwalitatieve en kwantitatieve methodologie en hebben ze reeds basiservaring met de toepassing ervan. Tot slot zijn ze reeds vertrouwd met de opbouw van wetenschappelijke artikels en met het rapporteren van onderzoeksresultaten voor een publiek van specialisten.
Eindcompetenties Kerncompetenties
1) Kennis over en inzicht in de behandelde thema’s uit het onderzoeksgebied, inclusief de relevante concepten, modellen en theorieën
2) Zelfstandig verwerken van wetenschappelijke literatuur, wat omvat:
- analytisch en synthetisch vermogen
- kritische bespreking van teksten
3) Zelfstandig het onderzoeksproces kunnen doorlopen, wat omvat:
- het vatten van een probleemstelling
- operationalisering van de gehanteerde concepten, modellen en theorieën
- de gepaste wetenschappelijke methodologie kunnen toepassen
- het komen tot conclusies die tegemoet komen aan de initiële probleemstelling
3) Redactie van een wetenschappelijk artikel dat potentieel publiceerbaar is in een wetenschappelijk tijdschrift in de bestuurskunde, beleidskunde of het publiek management. Deze competentie omsluit:
- het respecteren van de vormvereisten van dergelijke publicaties
- inhoudelijk tegemoet komen aan de academische standaarden op het vlak van theoretische omkadering, formulering en operationalisering van de probleemstelling, toelichting bij onderzoeksopzet en gehanteerde methodologie, analyse, synthese en conclusie
Algemene competenties:
1) Het vermogen tot synthese en analyse.
2) De capaciteit om via onderzoek antwoorden te genereren op vraagstukken in het domein van de beleidskunde, bestuurskunde en het publiekmanagement.
3) Het vermogen om te rapporteren aan een publiek van specialisten terzake.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: De leermaterialen op inhoudelijk en methodologisch vlak verschillen van masterproef tot masterproef. Reader ter ondersteuning van de redactie van een wetenschappelijk artikel.
Studiekosten Kosten verbonden aan bibliotheekbezoeken en eventuele verplaatsingen voor het uitvoeren van het onderzoek. Er is financiële ondersteuning mogelijk indien het onderzoeksopzet dat vereist.
Studiebegeleiding De begeleiding van de masterproef gebeurt door onderzoekers die verbonden zijn aan het departement. De promotor verstrekt inhoudelijke of methodologische informatie in functie van het gevoerde onderzoek en de behoefte van de student, zonder daarbij uit het oog te verliezen dat de masterproef tevens een proeve van zelfstandigheid is. Naast de individuele of groepsbegeleiding van de studenten zal ter ondersteuning ook een algemene sessie (en/of reader) over het redigeren van wetenschappelijke artikels georganiseerd worden of een reader met hetzelfde doel ter beschikking gesteld worden.
Onderwijsvormen Studenten kunnen zowel individueel als in groepen van twee studenten de masterproef afleggen. Sturing door de promotor gebeurt individueel en aangepast aan de specificiteiten van het gevoerde onderzoek.
Evaluatievorm De beoordeling van de masterproef gebeurt op individuele basis door de promotor en een (of meerdere) interne of externe lector(en) die eveneens wetenschappelijk actief is/zijn.
De evaluatie van de masterproeven zal gebaseerd zijn op het eindproduct (met name het wetenschappelijke, publiceerbare artikel) en op de stappen die de student heeft gezet in het onderzoeksproces. De criteria aan de hand waarvan de studenten zullen geëvalueerd worden, zijn gericht op het inschatten van het wetenschappelijke niveau van het gevoerde onderzoek en het eindresultaat. De criteria zullen deels gemeenschappelijk zijn voor alle masterproeven en deels gespecificeerd worden in functie van de aard van het gevoerde onderzoek.
OP-leden Karen Celis, Thomas Van Langenhove
|
|