Trefwoorden
kunststofchemie, amorfe toestand, kristallijne toestand, polymeermodificatie
Doelstellingen
In deze cursus wordt aangetoond dat heel wat mechanische, fysische en chemische eigenschappen van kunststoffen een structurele achtergrond hebben waardoor vele gedragingen door deductie kunnen worden voorspeld.
Kunststoffen blijven chemische entiteiten. Er wordt op gewezen dat zij gewilde of ongewilde chemische of fysische veranderingen kunnen ondergaan, zowel in oplossing, in de smelt of als vaste stof al of niet met ketenmodificatie of afbraak tot gevolg.
Tenslotte wordt de student vertrouwd gemaakt met een aantal begrippen en technieken uit de kunststoftechnologie en dit met het vooruitzicht op een ev. eindwerk i.v.m. kunststoffen.
Leerinhoud
a) Relatie tussen polymeerstructuur en eigenschappen :
Polymeeraggregatietoestanden; flexibiliteit van de ketens; karakteristieken van de verschillende (overgangs-)toestanden bij amorfe en kristallijne polymeren; gedrag i.fie.v. de tijd; karakteristieken van copolymeren en blends; milieueffect.
b) Chemische en fysische modificaties aan polymeren / kunststoffen
Structuurmodificatie, polymeerdegradatie, grondstoffenrecyclage, gedrag in oplossing.
c) Inleiding kunststoftechnologie: beknopt overzicht van additieven en verwerking
Begincompetenties
De student moet een voldoende kennis hebben van de verschillende takken van de chemie, in ’t bijzonder van de polymeerchemie maar ook van de algemene materiaaleigenschappen.
Eindcompetenties
Kerncompetentie 1:
In staat zijn om algemene chemische kennis te beheersen (SC1) en elementaire chemische reactiemechanismen toe te passen (SC2).
Onder meer:
- dient de student(e) de chemische structuur van polymeren en de materiaaleigenschappen te kennen en te beheersen om het gedrag van polymeren en kunststoffen te begrijpen.
- dient de student(e) zijn / haar kennis over reactiemechanismen toe te passen bij het bespreken van de polymeermodificatie en -degradatie.
Kerncompetentie 2:
In staat zijn om chemisch technologische kennis te verwerven bvb. bij de bespreking van het gedrag van kunststoffen en bij de inleiding tot de kunststoftechnologie (beknopte bespreking van de werking van additieven en van de vormgeving) (SC5).
Algemene competentie 2:
In staat zijn om blijvend kritisch, creatief en wetenschappelijk over onderhavige materie na te denken en te redeneren (AC1)
Algemene competentie 2:
In staat zijn om wetenschappelijk-disciplinaire inzichten zelfstandig toe te passen op wetenschappelijke en/of ingenieurstechnische problemen (AIC1); hij / zij moet in staat zijn om milieubewust met polymeren te kunnen omgaan (bvb. recyclage) (AC6).
Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Cursussen beschikbaar:
“Chemie der Kunststoffen”, Vakgroep chemie; meest recente uitgave; ong. 100 blz.
Verduidelijkingen en achtergrondinformatie, die tijdens de les worden gegeven, dienen door de student (naar eigen inzicht) zelf genoteerd te worden en vormen mee het studiemateriaal.
Cursus gebaseerd op:
* “Polymers: Chemistry & Physics of Modern Materials”, J. Cowie; Blackie, 1991.
* “Saechtling Int. Plastics Handbook”, W. Woebcken; Hanser Publishers, 1995.
* recente publicaties in div. tijdschriften of boeken.
Bijkomende (facultatieve) literatuur: zie uitgebreide referentielijst in de cursus.
Studiekosten
Cursussen: ong. 2,50 EUR.
Studiebegeleiding
Studenten kunnen, na afspraak, individueel of in groep, bij de betrokken docent terecht voor bijkomende uitleg.
Onderwijsvormen
Hoorcollege
Evaluatievorm
“Schriftelijk examen met mondelinge toelichting” na afloop van de cursus: open vragen uit cursus en lesnota’s.
Wegingscoëfficiënt :
Theorie :100%
OP-leden
Vanhee Paul
|
|
