BESTURINGSSYSTEMEN II
 
Wordt gegeven in 3de jaar Bachelor in de industriële wetenschappen: informatica
Schakelprogramma tot master in de industriële wetenschappen: informatica, voor Prof.Bach.in toegep.inform. multimedia en commun.tech.
Hoorcollege [A] 24.0
Werkcollege [B] 36.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 170.0
Studiepunten [E] 6
Niveau uitdiepend
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Geert VAN HOOGENBEMT
Referentie IBIWIT03A00003
 
Trefwoorden
besturingssystemen, unix, scripttalen, P170, P175, T120

Doelstellingen
Unix en Windows (in één van hun varianten) zijn op dit moment de meest gebruikte operating systems. In dit opleidingsonderdeel maak je geavanceerd kennis met Linux als Unix-variant. Je leert het beheren en vangt een glimp op van hoe het van binnen functioneert. Tijdens de labosessies leer je de scripttalen bash en perl gebruiken om de belangrijkste beheerstaken te kunnen vervullen.

Leerinhoud
Theorie: overzicht van de verschillende commando's; studie van filesystems; gebruikersbeheer; shell-programmeren; processen; opstarten en afsluiten; utility's; overzicht van een aantal tools.
Labo: scripting: native shell (bash), perl.

Begincompetenties
Eindcompetenties veworven in Informatica II.

Eindcompetenties
Kerncompetentie 1:
In staat zijn om principes van softwareontwerp toe te passen met het oog op productie, onderhoud en kwaliteit van een UNIX-besturingssysteem. (SC1)
Onder meer:
In staat zijn om blijvend kritisch, creatief en wetenschappelijk te denken en te redeneren. (AC1)

Kerncompetentie 2:
In staat zijn om hedendaagse programmeertechnieken in een UNIX-omgeving in meerdere scripttalen in theorie te kunnen verwerven en die vlot in de praktijk te kunnen toepassen. (SC2)
Onder meer:
- In staat zijn om beheerstaken te automatiseren door middel van zelf geschreven scripts in perl en bash.
- In staat zijn om beheerstaken zelfstandig te kunnen uitvoeren. (AIC1)
- In staat zijn om UNIX zelfstandig te gebruiken, beheren en onderhouden. (AIC1)

Kerncompetentie 3:
In staat zijn om moderne bedrijfssystemen te gebruiken, beheren en onderhouden. (SC3)

Algemene competentie 1:
In staat zijn om relevante bestaande en nieuwe technologieën en/of theorieën te assimileren, te implementeren en te gebruiken. (AIC2)
Onder meer door hiervoor onderzoeksmethoden en –technieken adequaat aan te wenden ook binnen een onzekere context (AWC1).

Algemene competentie 2:
In staat zijn om inzichtelijke verbanden te leggen tussen verschillende disciplines om technische problemen en processen in verband met computernetwerken te begrijpen. (AIC3)

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Syllabus, aangevuld met het presentatiemateriaal dat gebruikt wordt tijdens de hoorcolleges.

Studiekosten
€ 8

Studiebegeleiding
Docenten zijn ter beschikking voor extra uitleg tijdens de labo's en eventueel op andere ogenblikken na afspraak.

Onderwijsvormen
Hoorcolleges en labo-oefeningen maken in computerlokaal.

Evaluatievorm
Theorie (mondeling / schriftelijk examen): 50%
Labo's: 50%, geëvalueerd door twee testen aan computer.

De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten. Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend.

OP-leden
Joris Moreau, Geert Van hoogenbemt