INLEIDING FINANCIËN
 
Wordt gegeven in 1st jaar professionele Bachelor in het bedrijfsmanagement - afstudeerrichting: financie- en verzekeringswezen
Hoorcollege [A] 25.0
Werkcollege [B] 12.5
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 125.0
Studiepunten [E] 5
Niveau inleidend
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract?
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Jan Van Doorslaer
Referentie OCBMGF01A00003
 
Trefwoorden
Inleiding financiën, IWETO-code: S181 - Financiële Wetenschappen

Doelstellingen
De module is een inleiding tot de opleidingsonderdelen 'Beurs en beleggingen' en 'Kredieten' in de latere studiejaren.
De student moet een inzicht krijgen in de structuur van de financiële sector in België en de vermogensmarkt.
De student moet de basisproducten aangeboden door de financiële instellingen leren kennen en evalueren.
Hij moet leren zelfstandig informatie inwinnen en deze accuraat en kritisch verwerken.


Leerinhoud
Deel 1: Financiële instellingen
1. Geld en financiële activa (o.a. geldhoeveelheid M1, M2, M3)
2. Financiële markten (o.a. contant-, termijn- en optiemarkten)
3. Financiële instellingen
4. Ontwikkelingen in het financiewezen
5. De Belgische kapitaalmarkt
6. De Belgische geldmarkt
7. Monetair beleid van de Europese Centrale Bank
8. Verrekening- en vereffeningsystemen
9. Regulering en toezicht op financiële instellingen en verrichtingen (o.a. CBFA, deontologie in de financiële sector, antiwitwaswetgeving)

Deel 2: Inleiding tot de beleggingen
1. Wisselkoersen
2. Overzicht van beleggingsproducten en criteria voor beleggingen (return, risico, fiscaliteit,…)
3. Zichtrekeningen en spaarproducten aangeboden door financiële instellingen: spaarrekeningen (bancair en ‘tak 21’), termijnrekeningen (in euro en in deviezen), kasbons en achtergestelde certificaten, verzekeringsbons en staatsbons

Begincompetenties
Geen speciale voorkennis vereist, maar kennis van economie en intrestberekening is een pluspunt.
Leergierig zijn en belangstelling hebben voor de financiële wereld.


Eindcompetenties
Kerncompetentie 1: heeft kennis van de belangrijkste financiële instellingen en van de meest elementaire financiële producten
        Indicatoren:
                - kan de werking van de belangrijkste financiële instellingen verklaren
                - heeft inzicht in het monetair beleid van de ECB
                - kent de verrekenings- en vereffeningssystemen
                - kent de deontologische voorschriften in de financiele sector en heeft inzicht in de antiwitwaswetgeving
                - heeft inzicht in de regulering en het toezicht op financiële instellingen en verrichtingen
                - begrijpt de rol van de financiële instellingen en hun mogelijke evolutie
                - kan de meest elementaire financiële producten (zichtrekening, spaarrekening, kasbons, …) beschrijven en ze met elkaar vergelijken op verschillende beleggingscriteria
                - kan eenvoudige berekeningen maken van de return voor en na belastingen

Algemene competenties: kan op een systematische en professionele manier informatie opzoeken en verwerken volgens de gegeven richtlijnen.


Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Eigen syllabus


Studiekosten
Syllabus tegen gangbare kopieprijs : 5 tot 10 euro


Studiebegeleiding
De student kan terecht bij de vaklector voor individuele vragen.
Feedback op taken.


Onderwijsvormen
College
Informatiebronnen actief gebruiken
Zelfstandig werk met feedback


Evaluatievorm
Diplomacontract - creditcontract
Eerste examenzittijd:
        Niet-periodegebonden evaluaties: 20%
        Periodegebonden evaluaties: schriftelijk examen 80%
Tweede examenzittijd:
        schriftelijk examen 100%

Examencontract
Eerste examenzittijd:
        individuele opdracht 20% + schriftelijk examen 80%
Tweede examenzittijd:
        schriftelijk examen 100%


OP-leden