Trefwoorden Toegepaste informatica, Kennis van databasebeheer, IWETO-code: P175 - informatica
Doelstellingen
- Dit opleidingsonderdeel beoogt de studenten vertrouwd te maken met databases. Met behulp van een databaseprogramma (onderdeel van een Office-pakket) op een deskundige wijze een database kunnen aanmaken en gebruiken.
- De student moet de belangrijkste mogelijkheden van een databaseprogramma kennen en moet in staat zijn om via de programmadocumentatie (helpfunctie) zijn kennis verder uit te breiden.
- De reeds gekende functies van het tekstverwerkingspakket verder begrijpend en correct toepassen.
- Deskundig en efficiënt kunnen omgaan met de meer gevorderde functies in Word, met aandacht voor lay-out en typografische aspecten.
- De student moet zelfstandig en op een efficiënte manier, binnen een beperkte tijdsduur, een opgegeven hoeveelheid opdrachten kunnen uitvoeren.
- De student moet probleemoplossend kunnen denken en nauwkeurig kunnen werken.
- Het gevoel voor nauwkeurigheid, ordelijkheid, efficiëntie en zin voor esthetiek kunnen ontwikkelen, ook onder tijdsdruk.
- Dit opleidingsonderdeel wordt benut voor de koppeling tussen de diverse MS-Office-pakketten.
Leerinhoud
- In Word:
Records sorteren en selecteren
Gevorderd samenvoegen
Documenten reviseren
Agenderen in Outlook
- In Access:
Basisterminologie i.v.m. relationele databases
Tabellen aanmaken, relaties leggen
Gegevens invoeren (importeren, exporteren)
Ontwerpen van query's: selectiequery's (incl. parameterquery's en joinquery's) en actiequery's
Werken met formulieren en rapporten
Inleiding macro’s
Begincompetenties Kennis van Windows en basisvaardigheden Office-pakket
Klaviervaardigheid
Vlotte beheersing van de basistechnieken van tekstverwerking
Gevorderde functies Word: tekstfragmenten, sjablonen, automatische kopnummering, inhoudsopgave, veldcodes, formuliervelden en invulvelden, figuren, tekstvakken en autovormen, integratie met andere pakketten
Eindcompetenties
- De student kent de gevorderde functies van Word en kan ze vlot toepassen
Indicatoren:
- Records sorteren en selecteren
- Gevorderd samenvoegen
- Documenten reviseren
- Agenderen in Outlook
- De student heeft een basiskennis i.v.m. relationele databases
Indicatoren:
- Hij kent de voornaamste termen en begrippen i.v.m. relationele databases: o.a. record, primaire sleutel, referentiële integriteit , join-query, SQL, rapporten (reports).
- Hij kan een eenvoudige relationele database met één-op-veel relaties ontwerpen.
- De student kan vlot werken met Microsoft Access
Indicatoren:
- De student kan tabellen aanmaken en relaties leggen tussen deze tabellen.
- Gegevens importeren en exporteren (bijv. van en naar .CSV, .XLS).
- De student kent de voor- en nadelen van het gebruik van Microsoft Access t.o.v. Microsoft Excel en Microsoft Word.
- De student gebruikt de Help-functie voor het opzoeken van informatie over minder gebruikte eigenschappen en functies.
- De student kan met het ontwerpraster query’s maken. Eenvoudige selectiequery’s die gebruik maken van And, Or, Like, Is Null maar bijvoorbeeld ook parameterquery’s, group by query’s en inner/outer-joins.
- De student kan met behulp van actiequery’s wijzigingen in vele records tegelijkertijd aanbrengen.
- De student kan formulieren ontwerpen en het ontwerp van een bestaand formulier aanpassen. Hij kan allerlei besturingselementen (i.h.b. keuzelijsten) toevoegen.
- De student kan een hoofd/subformulier maken.
- De student kent de voornaamste eigenschappen van formulieren, rapporten, secties en besturingselementen en kan deze instellen.
- De student kan rapporten maken, ook complexere rapporten zoals groepsrapporten die gegevens weergeven uit meerdere tabellen.
- De student kent enkele veel gebruikte functies en kan ze toepassen in expressies voor gebruik in query’s, formulieren en rapporten.
- De student kan een eenvoudige macro maken en deze toekennen aan een knop.
- De student gaat op een professionele manier om met taken
Indicatoren:
- De student kan efficiënt werken met Microsoft Office. Hij kan binnen een beperkte tijdsduur een opgegeven hoeveelheid opdrachten uitvoeren in Microsoft Office.
- De student kan analytisch en probleemoplossend werken.
- De student werkt accuraat.
Leermaterialen Syllabus en/of handboek.
Oefeningen op netwerk; electronische leeromgeving (Dokeos).
PC met software, diskette, CD-RW.
Studenten die niet over een eigen PC beschikken, kunnen buiten de les ook gebruik maken van het computeroefenlokaal.
Studiekosten Handboek tegen marktprijs
Syllabus tegen de gangbare kopieprijs bepaald door de Hogeschool (aantal geraamde pagina's: 450)
Opslagmedium
Studiebegeleiding Begeleiding mogelijk via electronische leeromgeving.
Onderwijsvormen Via leergesprekken, geleide en individuele oefeningen met de computer leert de student de software kennen.
De lector zal de student coachen en waar nodig bijsturen met betrekking tot diverse oefeningen en opdrachten die de student heeft voorbereid.
Voor de gevorderde functies van MS-Word: zelfstudie. Bij problemen kan de student de lector contacteren.
Evaluatievorm Diplomacontract - Creditcontract
- Eerste examenzittijd: 100% schriftelijk examen met uitvoering op computer
- Tweede examenzittijd: 100% schriftelijk examen met uitvoering op computer
Examencontract
- Eerste examenzittijd: 100% schriftelijk examen met uitvoering op computer
- Tweede examenzittijd: 100% schriftelijk examen met uitvoering op computer
Opmerking: de student moet op een efficiënte manier, binnen de opgegeven tijdsduur, de opgegeven opdrachten uitvoeren.
OP-leden
|
|