Trefwoorden
Doelstellingen Tijdens de bachelor opleiding verwerft de student vooral technologische competenties. Het aanreiken van een grensoverschrijdende competentie 'technologie-bedrijfskunde' zal de bachelor ook inzicht geven in de niet-technologische omgeving van een textielbedrijf.
We proberen vooral te focussen op het ontwikkelen van communicatieve skills. De student zal leren communiceren met verkooporganisaties, trainingsorganisaties en onderhoudsafdelingen.
Het uiteindelijke doel wordt een studiewerk waarbij de bachelor een duidelijk gespecifieerde prijsvraag richt naar 2 machinefabrikanten.
Leerinhoud Project
Het leerproces is een interactieve werking tussen docent en student en zal op projectbasis worden aangepakt. Volgende activiteiten komen aan bod:
1. onderbouw geven aan het projectthema: doelstellingen doorpraten
2. specificaties opstellen van de aan te kopen machines, waarbij voldoende aandacht wordt besteedt aan de eisen van productie, onderhoud en marketing.
3. telefonisch en per email communiceren met verkoopsorganisaties van 2 machinefabrikanten - praten over technologie en kost.
4. opstellen tijdsplanning: van opmaak specs tot overgave machines aan productie.
5. uitwerken trainingsplanning: wie trainen?, wie traint?, wanneer?, waar?, wat kost het?
6. nadenken over een onderhoudsplan en de kostprijs voor het in voorraad nemen en houden van onderdelen.
7. opmaken van het totale kostenplaatje voor technologie, training en onderhoud
Voordracht
De student moet 1 voordracht of seminarie bijwonen i.v.m. een textielonderwerp. De student dient hiervoor informatie op te zoeken, een verslag te maken en een presentatie te geven.
Het verslag dient op het einde van het 1 semester ingediend te worden na het geven van de
presentatie.
Begincompetenties
Eindcompetenties Algemene competenties
Analytisch denken: niveau 3
- Rust niet voordat een moeilijke opdracht in al zijn aspecten in ontleed
- kan een probleem precies situeren en er een oplossing voor aanreiken
Schriftelijk communiceren: niveau 3
- Geeft systematisch info door aan anderen
- Zoekt info op originele plaatsen en deelt ze mee indien relevant
Mondeling communiceren: niveau 2
- Doordacht, soepele en heldere wijze van formuleren
- Logische opbouw
- Rijke woordenschat
- Kan een presentatie geven.
Organiseren en plannen: niveau 3
- Kan zich concentreren op de gehele opdracht.
- De werkschema's worden volgens plan en tijdig uitgevoerd.
- Houdt rekening met de impact van andere projecten
Sociale vaardigheden: niveau 2
- kan zich inleven in de situatie waarin mensen zich bevinden
- heeft aandacht voor de impact die het eigen gedrag op anderen kan hebben
- kan contacten leggen en eventueel onderhouden, ook in moeilijke situaties (bv. met mensen met verschillende opvatting en achtergrond)
Algemene beroepsgerichte competenties
Assertiviteit: niveau 3
- Is alert bij het verdedigen van zijn eigen mening
Besluitvaardigheid: niveau 1
- durft over te gaan tot een handeling
- durft er ook de verantwoordelijkheid voor nemen
Innovatiegerichtheid: niveau 2
- dient taken in die nieuwe denkwijzen (die niet enkel door de docent of in boeken aangeleerd zijn) aantonen
Leergierigheid: niveau 2
- Tracht verbanden te leggen om zijn doelstellingen beter te realiseren.
- Kijkt uit naar vernieuwingen
- raadpleegt vakliteratuur, kan beurzen bezoeken, moet aan seminaries kunnen deelnemen.
Leidinggevend vermogen: niveau 1
- kan anderen motiveren om zijn resultaten te behalen
Vakspecifieke competenties
In het draaiboek Project 3 wordt aangegeven wat de noodzakelijke kennis, vaardigheden en attitudes zijn.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Draaiboek Project 3
Studiekosten maximum EUR 25
Studiebegeleiding
Onderwijsvormen Begeleid zelfstandig leren
Evaluatievorm Maximum te behalen punten: 140 punten
Project: 120 punten
- portfolio: 80 punten
- presentatie: 30 punten
- peer-assessement/self-assessment: 10 punten
geen mogelijkheid tot 2 zittijd
Seminarie: 20 punten
- geen mogelijkheid tot 2 zittijd
OP-leden
|
|