| |
- als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen, zowel individuele kindkenmerken als kenmerken van de groep kunnen achterhalen
- een ontwikkelingsaanbod kunnen samenstellen waarin de verschillende ontwikkelingsgebieden geïntegreerd vervat zitten; hierbij differentiële doelen kunnen formuleren rekening houdend met de mogelijkheden van de kleuters
- informatie over ontwikkelingsmaterialen kunnen opzoeken, rekening houdend met de specifieke noden van de doelgroep
- motiverende omgevingen kunnen creëren die rekening houden met de belangstelling en de capaciteiten van de kleuters en die de mogelijkheid bieden tot dialoog en interactie
- op permanente en systematische wijze observatiegegevens kunnen verzamelen en aanwenden voor eventuele bijsturing van het eigen handelen
- als opvoeder een positief leefklimaat kunnen creëren voor de kleuters in groep en op school
- de authenticiteit van elk kind kunnen ondersteunen en kinderen kansen geven tot verantwoordelijkheid
- een aantal conventies inzake sociale omgang voorleven en leren toepassen
- adequaat omgaan met kleuters in sociaal-emotionele probleemsituaties en met kinderen met gedragsmoeilijkheden
- technieken, vaardigheden en gedragswijzen aanwenden die te maken hebben met orde houden en klasmanagement
- op correcte wijze kunnen omgaan met een aantal administratieve verplichtingen die behoren tot het takenpakket van de leraar kleuteronderwijs
- een ruimte aangenaam en functioneel kunnen inrichten, rekening houdend met de veiligheid van de kinderen
- informatie kunnen uitwisselen over het ontwikkelingsverloop van de kleuter naar ouders en begeleidingsdiensten toe
- op de hoogte zijn van de rechten van kinderen en van de consequenties ervan voor evaluatie en advisering
- binnen het team over een taakverdeling kunnen overleggen en die naleven
|