'FILMISCHE INZICHTEN IN BEELDVORMEN DIE DE GRENZEN VAN DE LINEAIRE NARRATIE KUNNEN OPENBREKEN'. GEBASEERD OP EEN THEORIE VAN GILLES DELEUZE
 
Wordt gegeven in Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: animatiefilm
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: film
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: Fotografie
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: Grafisch ontwerp
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: Mode
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: Multimediale vormgeving
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: Textielontwerpen
Seminarielijst Master kiezen voor 12 studiepunten - afstudeerrichting: Vrije kunsten
Hoorcollege [A] 24.0
Werkcollege [B] 0.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 75.0
Studiepunten [E] 3
Niveau  
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Silvia Defrance
Referentie AMAKUA00A00035
 
Trefwoorden
h000-menswetenschappen, h00x-kunst

Doelstellingen
De student neemt vier theoretische seminaries op, afhankelijk van de theoretische behoeftes die hij/zij ondervindt tijdens zijn studietraject, vanuit zijn artistieke praktijk en zijn theoretische interesses.
De theoretische seminaries zijn opgenomen in het masterprogramma als specifieke leervorm waarbij theoretische inhouden binnen een flexibele en open werkvorm worden overgedragen, met ruimte voor interventie van studenten en dialoog.
Theoretische seminaries worden gedragen vanuit het artistieke en het theoretische onderzoek lopend aan het KASK, zodat de student te maken krijgt met probleemgerichte en thematisch opgezette seminaries.

Leerinhoud
Elk seminarie vormt binnen dit opleidingsonderdeel een leereenheid. Een seminarie is probleem- en onderzoeksgericht. Het is thematisch van opzet en niet overzichtsgericht. Inhoudelijk staan de theoretische seminaries in de master open voor allerhande onderwerpen en thema’s gelinkt aan de studiegebieden van de beeldende en audiovisuele kunsten. De specifieke focus van een seminarie vertrekt vanuit het onderzoek van de docent. Grenzen van artistieke disciplines kunnen daarbij overschreden worden.

1. Vorm:
De beeldvormen van Deleuze die in deze cursus aan bod komen zijn geen doel op zich, ze helpen om een theoretisch kader aan te reiken, zodat de studenten inzichtelijker beelden kunnen lezen, structureren en praten over audiovisueel werk.
Deze theoretische kaders moeten echter teruggekoppeld worden naar hun eigen filmpraktijk.
In de cursus wordt benadrukt dat de inhoud de vorm moet sturen, niet omgekeerd, de gekozen beeldvorm moet gestuurd worden door de inhoudelijke motieven van het werk. Daarom wordt er ook een licht geworpen op de achtergrond van het besproken oeuvre en de gedachtegang en motieven van de gekozen filmmaker krijgt een belangrijke aandacht toegewezen, deze wordt tijdens klassikale gesprekken ter discussie gebracht, met een mogelijke koppeling naar het eigen werk.

2. Inhoud:
Deze cursus tracht antwoorden te bieden op de vraag waarom je als maker voor een welbepaalde structuur kiest, en hoe je daarbij tewerk kan gaan.
Het algemene doel van deze cursus is de studenten aan de hand van de onderwezen beeldvormen, een denkkader aan te reiken zodanig dat ze gerichter kunnen praten over hun eigen werk.
De bewustmaking van andere filmische structuren bevorderen, zodat er een verruiming ontstaat in het denken over de lineaire gestructureerde narratie.
Dit kan aan de maker een grotere expressieve vrijheid bieden.
Aan de hand van dit nieuw verworven jargon zouden ze hun werk ook beter moeten kunnen sturen en hierover communiceren.
Inzicht verwerven in het lezen en structureren van audiovisueel beeldend werk.
Zowel van verhalende filmmakers als van animatie en kunstfilms, waar het accent soms puur beeldend komt te liggen. Geen abstracte films. Aan de hand van deze beeldvormen wordt er tevens een link aangetoond tussen de theorie en de filosofie van Deleuze die zijn uitdrukking vindt in de beeldtaal.

Begincompetenties
Het is zéér wenselijk dat de student de competenties van de bacheloropleiding (beeldende kunsten of audiovisuele kunsten) heeft verworven.

Eindcompetenties
- De student kan op een gefundeerde wijze mee denken en reflecteren ten aanzien van een wetenschappelijk en/of artistiek onderzoek.
- De student toont het vermogen tot originaliteit en creativiteit in het uitbreiden van zijn kennis en in het komen tot inzichten.
- De student geeft aan wat de meerwaarde kan zijn van een samenwerking die artistieke disciplines overschrijdt en kan die meerwaarde tevens mee realiseren in een multidisciplinaire omgeving.
- De student bezit een gevorderd begrip van en inzicht in wetenschappelijke en/of artistieke kennis eigen aan een bepaald domein binnen de beeldende en/of audiovisuele kunsten. De student heeft inzicht in de nieuwste kennis van een specifiek gebied hierbij en kan onderzoek hierin volgen en interpreteren.

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Films, interviews van filmmakers die getuigen van een heel specifieke inhoudelijke gerichtheid en de daarbij gekozen filmische structuur.
Boeken waaronder: Filosofie & Film, Vivre La Différence: Deleuze en de cinematografische moderniteit, Joost Raessens, 2001.
The Impossible David Lynch: Todd McGowan, 2007.
Een cursus samengesteld door de lesgever zal ter beschikking staan.

Studiekosten
Syllabus wordt ter beschikking gesteld vanuit de ateliergelden.
Student zorgt zelf voor aanschaf van eventuele handboeken.

Studiebegeleiding
Er is steeds de mogelijkheid tot een individuele afspraak met de betrokken docent.

Onderwijsvormen
Aan de hand van het bekijken van filmfragmenten met daaraan gekoppelde filmbesprekingen en klassikale discussies, het eigen werk van studenten kan ook aan bod komen.
Algemeen genieten in deze cursus films, die meerdere werkelijkheden bevatten een duidelijke voorkeur.
De achterliggende filosofie is die van Deleuze: de ‘waarheidscrisis’ vindt zijn uitdrukking in films waar ‘waarheid versus schijn’ niet meer te onderscheiden zijn.
Gekozen filmmaker’s o.a.: David Lynch, Eraiserhead, Lost Highway. David Cronenberg, Existenz, Andy en Larry Wachowski, The Matrix, Orson Welles, F for Fake, Alejandro Jodorowsky, Fando et Lis, Jan Svankmajer e.a. Ook kunstfilms die een eerder puur beeldende benadering vertonen komen aan bod. De gekozen films zijn allen steeds nog verhalend, abstracte films komen niet aan bod.

Evaluatievorm
Voor elke leereenheid geldt standaard (tenzij anders afgesproken door docent):
een mondeling examen, eventueel voorbereid door middel van een paper
Tweede zittijd mogelijk.
Verplichte deelname van de studenten aan de onderwijsactiviteiten.

1) Paper over een film naar keuze, waarin de film geanalyseerd wordt volgens bovengenoemde beeldvormen. Paper van 2000 woorden + kritische reflectie over het eigen werk.(2 pagina’s).
Of
2) Een mondeling examen waarin het eigen werk kritisch besproken en geanalyseerd wordt door de student in functie van de bovengenoemde beeldvormen, dit aan de hand van een eigen storyboard of een audiovisueel werk. Mondeling gesprek + schriftelijk kritische reflectie over het eigen werk.(2 pagina’s).

Belangrijk: (1 & 2) De student moet in beide evaluatiemethoden bewijzen, dat hij na deze cursus een ruimer en diepgaander inzicht verworven heeft in de mogelijke lineaire en non-lineaire structuur van een film.
Er moet bij beide evaluatiemethoden door de student, vertrekkende van de mogelijke beeldvormen een koppeling gemaakt worden naar de manier hoe zij/hij het eigen werk structureert. Van de student wordt verwacht dat hij/zij een kritische reflectie over zijn eigen werkmethode en het ontwikkelen van een idee hieraan schriftelijk toevoegt.(2 pagina’s).

OP-leden