Trefwoorden systematische zoölogie, taxonomie van dieren, dierenembryologie, veeteelt
Doelstellingen Gezien het grote belang van de veehouderij in de Belgische en Europese landbouw is een goede basiskennis van Dierkunde en de systematiek van het dierenrijk onontbeerlijk in de bacheloropleiding.
Leerinhoud De leerinhoud van deze cursus bestaat uit volgende onderdelen:
- Beginselen van classificatie
- Biodiversiteit
- Embryologie van het dier
- Regnum Protoctista
- Subregnum Protozoa
- Regnum Animalia
Subregnum Parazoa
Fylum Porifera (sponzen)
Subregnum Eumetazoa
Fylum Cnidaria (neteldieren)
Fylum Ctenophora (ribkwallen)
Fylum Plathelminthes (platwormen)
Fylum Nematoda (draadwormen)
Fylum Rotifera (raderdiertjes)
Fylum Mollusca (weekdieren)
Fylum Annelida (ringwormen)
Fylum Onychophora
Fylum Arthropoda (geleedpotigen)
Fylum Bryozoa (mosdiertjes)
Fylum Echinodermata (stekelhuidigen)
Fylum Chordata (chordadieren)
Subfylum Urochordata of Tunicata (manteldieren)
Subfylum Cephalochordata (schedellozen)
Subfylum Euchordata of Vertebrata (gewerwelden)
Van elke taxonomische eenheid wordt een kort overzicht gegeven van typerende kenmerken van het bouwplan, de vorming ervan en voorbeelden van relevante soorten met levenscyclus.
Via het elektronisch leerplatform worden aan de student(e) oefeningen aangeboden om de leerstof te verwerken en de nodige inzichten bij te brengen. In de practica komen voorbeeld organismen aan bod, waarvan de uitwendige en inwendige bouw bestudeerd wordt. Tevens komen meer toegepaste oefeningen zoals gebruik van sleutel voor determinatie van insecten, ontwikkelingsbiologie van nematoden en bepaling van biotische index van oppervlaktewaters aan bod.
Begincompetenties Basisprincipes van de dierkunde zoals systematiek, cel- en weefselanatomie, fysiologie en biochemie strekt tot aanbeveling.
Eindcompetenties Na het voleindigen van deze cursus moet de student zich de materie zodanig eigen gemaakt hebben dat:
- Hij/zij op voldoende zelfstandige basis organismen uit het dierenrijk kan situeren in de complexe systematiek van het dierenrijk en een aantal voorname en relevante kenmerken kan aangeven,
- Hij/zij is in staat om gebruik te maken van determinatiesleutels (en andere literatuur) om groepen/soorten te herkennen
- tevens kan hij/zij het belang voor de verdere opleiding van een aantal soorten of taxonomische eenheden duidelijk aantonen.
Algemene competentie:
Een systematische kennis van de kernelementen van een discipline.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Cursusnota's "Algemene Dierkunde "
Oefeningen elektronisch leerplatform
Oefeningen nota' s "Algemene Dierkunde"
Studiekosten Geraamde totaalprijs: 40.0 EUR Cursusnota's + laboratoriummateriaal: 40 EUR.
Studiebegeleiding Permanente mogelijkheid tot vraagstelling.
Mogelijkheid tot vraagstelling na afspraak.
Herhalingsles.
Mogelijkheid tot het raadplegen van diverse leerboeken en tijdschriften binnen de vakgroep.
Onderwijsvormen Hoorcolleges, laboratoriumoefeningen en microscopisch onderzoek onder begeleiding;
Aan de hand van zelfstandig werk een aantal casestudies uitwerken.
Evaluatievorm
- Oefeningen: permanente evaluatie
Wegingscoëfficiënt:
2de zittijd: raadpleeg de departementale aanvullingen op de onderwijs- en examenregeling voor de specifieke modaliteiten.
OP-leden Dirk FREMAUT - Joris MICHIELS
|
|