Trefwoorden Textielveredelingstechnieken, voorbehandelen, bleken, verven, bedrukken en appreteren
Doelstellingen Dit opleidingsonderdeel beoogt:
· Het verwerven van een algemene kennis van diverse voorbehandelings-, verf-, druk- en appreteertechnieken, toegepast op natuurlijke en synthetische vezels.
Leerinhoud Het leervak wordt opgesplitst in vier delen: het voorbehandelen, verven, bedrukken en appreteren van natuurlijke en synthetische vezels en hun mengsels.
In het deel voorbehandelen wordt aandacht besteed aan diverse voorbebehandelingtechnieken en –methodes.
In het deel verven worden de verschillende kleurstofklassen, toegepast op natuurlijke en synthetische vezels,behandeld.
In het deel bedrukken worden de verschillende drukprincipes, de drukmachines, de drukprocédés en de bijzondere druktechnieken besproken.
In het deel appreteren worden de invloeden van het appreteren op de gebruikseigenschappen en de chemische en de fysische appreteerbewerkingen besproken.
Naast de technische aspecten (grondstof, technologie, afwerking) wordt ook aandacht besteed aan de economische en ecologische aspecten.
Recente ontwikkelingen wordt van nabij gevolgd en besproken.
Begincompetenties Een basiskennis en background in verband met anorganische, organische en fysicochemie zijn noodzakelijk.
Deze kennis wordt in de mate van het nodige, opgefrist en geactiveerd.
Eindcompetenties
· In staat zijn om technische kennis uit andere disciplines creatief en innovatief te implementeren in textieltoepassingen. · In staat zijn om vrijblijvend , creatief en wetenschappelijk te denken en te redeneren (AC1). · In staat zijn om relevante wetenschappelijke en technische informatie adequaat te verzamelen en te verwerken (AC2). · In staat zijn om informatie, ideën, probloblemen en oplossingen - in het bijzonder wetenschappelijke en technische- adequaat te communiceren en te aporteren zowel aan leken als aan specialisten (AC4). · In staat zijn om problemen in teamverband adequaat te bespreken en op te lossen (AC5) · In staat zijn om milieu-, kwaliteits- en veiligheidsbewust te handelen (AC6) ·
In staat zijn om onderzoeksmethoden en -technieken adequaat aan te wenden ook binnen een onzekere context.(AWC1) · In staat zijn om adequaaat te reflecteren op maatschappelijke, wetenschappelijke en etische problemen (AWC2) · In staat zijn om onderzoek probleemgestuurd te initiëren.(AWC3) · In staat zijn om inzichtelijke verbanden te leggen tussen verschillende wetenschappelijke disciplines om technische problemen en processen te begrijpen. (AIC3) · In staat zijn om de eigenschappen en kenmerken van textielvezels toe te passen. (SC1) · In staat zijn om kleurstoffen, hulpmiddelen, chemicaliën voor textiel en de kennis over kleurmetingen creatief toe te passen.(SC2) · In staat zijn om verf- en veredelingsprocessen, het bedrukken van textiel en hun applicatietechnologie te onderkennen en toe te passen.(SC3) · In staat zijn om de milieu-impact van de de textielproductieprocessen te kunnen inschatten. (SC4) · In staat zijn om ICT te kunnen implementeren in textieltoepassingen.(SC7) · In staat zijn om relevante technologieën uit andere disciplines kristisch te avalueren (SC10)
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier::
Studiekosten Syllabus theorie: € ?
Syllabus oefeingen: € 4
Studiebegeleiding Monitoraat op aanvraag.
Onderwijsvormen Het vak wordt gedoceerd door middel van hoorcolleges en geleide laboratoriumoefeningen over ontsterken, alcalisch extraheren,oxidatief, reductief en optisch bleken, verven van natuurlijke vezels met substantieve kleurstoffen, bedrukken met pigmenten en elementaire proeven over appreteren.
Als aanvulling hierop kunnen leesopdrachten gegeven worden en elementaire oefeningen gevraagd worden.
Er is een eigen syllabus beschikbaar van de cursus.
Er worden diverse bedrijfsbezoeken georganiseerd in binnen- en buitenland.
Evaluatievorm Theorie (62%): een mondeling examen, voorafgegaan door een schriftelijke voorbereiding.
Oefeningen (38): permanente evaluatie.
De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten.
Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend. Deze regeling treedt in voege vanaf het academiejaar 2005-2006.
OP-leden
· Theorie: Marc Van Parys · Practicum: Paul Van der Paelt
|
|