Trefwoorden Biotechnologie
Doelstellingen
Biotechnologie is een innovatietechnologie, die positief bijdraagt tot de verbetering van het leefmilieu en de levensomstandigheden.
Leerinhoud
De moleculaire basis van de genetica is de DNA-molecule. De complexe samenstelling en de organisatie ervan tot chromosonen vormen het uitgangspunt tot de studie van mutaties waardoor genenmapping mogelijk wordt. Toelichting van de moleculaire basis van de gentechnologie en verklaring van de praktische verwezenlijkingen.
Specifieke technieken :
- Sequentie-analyse van eiwitten en nucleïnezuren in oplossing en aan een vaste drager, waardoor automatisering mogelijk is.
- Organische synthese van eiwitten en nucleïnezuren in oplossing en aan een vaste drager.
- Constructie van recombinanten : vectoren, klonen, genoombibliotheken en veiligheid.
- Modificatie van eiwitten.
- Gentherapie - Het klonen van individuen en organene - Transgene dieren en planten.
Het aantonen van plasmiden en het nagaan van hun stabiliteit, preparatieve bereidingen van plasmiden en het gebruik van restrictie-enzymen vormen één onderdeel van de oefeningen.
Het afzonderen van enzymen uit cellen, het immobiliseren ervan in bioreactoren vormen een tweede onderdeel.
Begincompetenties
Kennis van cursus Enzymologie en Algemene Biochemie.
Eindcompetenties
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier::
De basis vormt het boek :'Molecular Cell Biology' door Darnell, Lodish ( Freeman Company Edition).
Nederlandstalige cursus beschikbaar.
Tijdschriften en handboeken van de bibliotheek.
Voor de oefeningen zijn nota's beschikbaar.
Studiekosten
Boek 'Molecular Cell Biology' : € 60 (reeds aangeschaft in het 3e jaar) + nota's € 6
Enkele kopieën van artikels + oefeningen : € 2.
Studiebegeleiding Vraagstelling in de les en tijdens de laboratoriumoefeningen.
Onderwijsvormen
Hoorcolleges op basis van transparanten.
Videofilmen.
Laboratoriumwerk van oefeningen van grotere omvang.
Evaluatievorm
Theorie (mondeling na schriftelijke voorbereiding) : 84 %
Oefeningen (laboratoriumwerk samen met verslagen) : 16 %
De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten.
Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend. Deze regeling treedt in voege vanaf het academiejaar 2005-2006.
OP-leden
Raphaël ROGIERS
|
|