Trefwoorden Elektrische Machines II
Doelstellingen
In deze cursus is het de bedoeling dat de opgedane kennis van de basiscursus wordt toegepast en uitgediept in een aantal case studies van een aantal specifieke veel gebruikte schakelingen voor energie omzetting. Ook wordt er inzicht bijgebracht in het dynamisch gedrag van machines en worden in die optiek dan ook een aantal kleinere machines bekeken.
Leerinhoud Theorie:
- Studie van de inductiemachine
- De universele motor
- Ward Leonard schakeling
- Hogere harmonischen en vervuiling in netten
- Stootbelasting bij inductiemachines
Labo
In het labo worden bepaalde aspecten van de basisimachines uitgediept, worden de studenten vertrouwd gemaakt met het dynamisch gedrag van gelijkstroom en asynchrone machine aan de hand van simulatiesoftware en wordt het servogedrag van asynchroon en synchroonservo bekeken.
Begincompetenties
Goede beheersing van de cursus 'Elektrische machines I' is belangrijk.
Eindcompetenties
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier::
Een syllabus 'Elektrische machines II' is beschikbaar.
Studiekosten
De cursus wordt ter beschikking gesteld tegen kostprijs van de fotocopies.
Studiebegeleiding
Onderwijsvormen
Theorie:
De leerstof wordt gedoceerd onder de vorm van hoorcollege's aangevuld met kleine theoretische oefeningen ter verduidelijking van de leerstof.
Labo:
Hier wordt gewerkt met kleinere groepen van studenten die onder begeleiding bepaalde proefopstellingen onderzoeken of opgaven uitwerken.
Evaluatievorm
Theorie (mondeling / schriftelijk examen) : ....40..%
Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding. De vragen zijn open vragen, getrokken door de studenten en worden evenwichtig verdeeld over de ganse cursus.
Oefeningen / Labo's (permanente evaluatie) : ....60.%
Het labo gebeurt gedeeltelijk onder de vorm van een permanente evaluatie (maken van verslagen,. ..) alsook door het maken van een schriftelijke proef op het einde van het jaar.
De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten.
Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend. Deze regeling treedt in voege vanaf het academiejaar 2005-2006.
OP-leden
Luc DEWEERDT
|
|