TOEGEPASTE MECHANICA II
 
Wordt gegeven in 4de jaar Elektromechanica optie elektromechanica, keuze elektromechanica
Hoorcollege [A] 25.0
Werkcollege [B] 50.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 170.0
Studiepunten [E] 6
Niveau  
Creditcontract? toegankelijk
Examencontract? toegankelijk
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Christian Vandenplas
Referentie IIELMM04O12537
 
Trefwoorden
pompen en compressoren

Doelstellingen
Grondige kennis verwerven van de belangrijkste apparatuur voor transport van vloeistof en gassen.

Leerinhoud
A. Waaierpompen :
Inleidende begrippen. Snelheidsdriehoeken. Manometrische opvoerdruk. Rendementsbepaling. Leidings- en pompkarakteristiek. Werkingspunt.Stabiliteit. Serie- en parallelschakeling. Cavitatie. Speciale centrifugaalpompen.Toepassingen.
B. Plunjerpompen :
Samenstelling, werking en indeling. Berekening van het drukverloop gedurende zuig- en persslag. Arbeidsdiagramma. Doel en werking van de luchtketels. Toepassingen
Speciale pompen : axiale en radiale zuigerpompen. Membraampomp. Pompen met roterende zuiger. Tandwielpompen. Cellenpomp. Lobbenpomp. Schroefpompen.
C. Compressoren :
Zuigercompressor. Compressiearbeid en-vermogen. Schadelijke ruimte. Volumetrisch rendement. Meertrapscompressor. Roterende compressoren. Rootscompressor. Cellencompressor. Schroefcompressor. Vloeistofringcompressor.

Begincompetenties
Mechanica, thermo- en fluidomechanica

Eindcompetenties
De student is in staat de wetmatigheden uit de mechanica, thermodynamica en fluidomechanica toe te passen voor de berekening en de studie van de belangrijkste hydraulische apparaten gebruikt voor transport en behandeling van vloeistoffen en gassen.

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Cursus : nota's geleverd door de docent

Studiekosten
Cursus : ong € 7,5 Euro

Studiebegeleiding
Contact met de docent : op eenvoudige afspraak
Elektronisch contact : inwe.hogent.be/elektromechanica

Onderwijsvormen
Theorie : hoorcollege + praktische opdracht
Labo : proeven op motoren, pompen, compressoren, ventilator, airco...

Evaluatievorm
Theorie : mondeling examen 50 %
Labo : permanente evaluatie 50 %

De beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie van opleidingsonderdelen gebeurt via het wiskundige gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten. Indien nochtans op één van de onderscheiden vakken (delen van opleidingsonderdelen) 7 of minder op 20 wordt behaald, kan worden afgeweken van deze rekenkundige berekening van de eindquotatie van het opleidingsonderdeel en kunnen de punten bij consensus worden toegekend. Deze regeling treedt in voege vanaf het academiejaar 2005-2006.

OP-leden
ir. Christian Vandenplas
ing. Armand Lefebure
ing. Guy Foubert