Trefwoorden bewegingsopvoeding, psychomotorische ontwikkeling: lichaamsbesef, ruimtebesef, tijdsbesef. Prentenboek. Beeldaspecten, kunstbeschouwing, technieken, didactiek, illustratievormen. Vakdidactiek, spelen met lied, ritmeren, spelen met geluid, ritmiek, kleuterdans
Doelstellingen BEWEGING:
- bewegingsactiviteiten voor kleuters kunnen samenstellen
- verwerven van bewegings- en spelbagage voor kleuters
- de 4 categorieën hoofddoelstellingen kunnen onderscheiden en verklaren
- op de hoogte zijn van de ontwikkeling van de kleuter op psycho-motorisch vlak.
- de ontwikkeling van de psychomotorische facetten bij de kleuter kunnen aangeven
- de bovenstaande gegevens en verworven kennis uit de cursus duidelijk kunnen aanwenden in de keuze en de evolutie van de opdrachten en in de uitwerking van de organisatie
- op peil houden van eigen conditie (in de mate van het mogelijke).
- in staat zijn nieuwe ideeën op te zoeken en te verwerken (literatuur en ICT)
- de bagage aan oefenstof en spel voor kleuters steeds uitbreiden a.d.h.v. praktijklessen en opzoekingswerk
- kunnen samenwerken voor opdrachten en taken
- verantwoord en respectvol omgaan met materiaal
- een prentenboek kunnen verwerken/vertalen met aandacht naar de bewegingspraktijk toe
MUZIEK:
-inzicht hebben in leerplan( Muzische vorming domein muziek)
-inzicht hebben in opbouw,doelen en inhouden van behandelde muzikale aktiviteiten, en dit voor kleuters van verschillende leeftijden.
-Kunnen gebruiken van leerplan bij voorbereiden van behandelde muzikale activiteiten
-kritisch kunnen reflecteren over voorbereidend werk en over eigen handelen binnen de stage.
-opgegeven kleuterliedjes zelfstandig instuderen
-inzichten didaktiek toepassen bij het maken van lesvoorbereidingenen het begeleiden van activiteiten tijdens de stage.
-inzichten en vaardigheden uit Muzische vorming domein Muziek 1e modeltraject toepassen .
-verder ontwikkelen van attitudes Muzische vorming domein muziek 1ste modeltraject toepassen.
BEELD:
- uitdiepen van leerinhouden uit het eerste jaar en inzichtelijk verdere vakkennis verwerken;
-studenten laten kennismaken met verschillende musea, tentoonstellingen en de educatieve begeleiding hierbij
- overdracht van de leerinhouden naar de onderwijspraktijk;
- de studenten moeten didactische werkvormen leren gebruiken die bijdragen tot de realisatie van de vooropgestelde begeleiding in de plastische beeldende evolutie van het kind
-de studenten moeten de kinderen kunnen observeren, en leren beseffen dat de belevingswaarde belangrijker is dan het product
-stimuleren creatief gedrag;
Leerinhoud BEWEGING:
bespreking van de doelstellingen:
- de psycho-motorische ontwikkeling van de kleuter via bewegingsopvoeding: de ontwikkeling van het lichaamsbesef, ruimtebesef en tijdsbesef.
- opdrachten, oefeningen, spelvormen en spelen voor kleuters in verband met lichaamsbesef, ruimtebesef, tijdsbesef en zintuigelijke waarneming
MUZIEK:
Muzikale activiteiten:
-spelen met lied
-spelen met geluid
-ritmeren
-ritmiek
-kleuterdans
- muzikaal verhaal
BEELD:
KUNSTBESCHOUWING:
- kennismaking en verwerking van uiteenlopende kunstvormen en stromingen;
- een kunstwerk kunnen ontleden en bespreken met kinderen
KENNISMAKEN MET VERSCHILLENDE ILLUSTRATIEVORMEN EN PRENTENBOEKEN
TECHNIEKEN:
- uitdiepen van beeldende en technische problemen; verdere vakopleiding en materiaalexploratie
- ruimtelijke voorstellingen
DIDACTIEK:
- aanleren van didactische werkvormen eigen aan muzische vorming domein beeld;
- didactische praktijk: voorbereidingen (klassikaal en individueel);
- proeflessen
- stages: bespreken van beeldende activiteiten
BEELDASPECTEN:
-beeldtaal en opbouw van de beeldaspecten
Begincompetenties De eindcompetenties verworven voor het opleidingsonderdeel muzische vorming III binnen het 2de modeltraject
Eindcompetenties BEWEGING:
Door het nastreven van bovenstaande doelstellingen bereiken we de basiscompetenties waarnaar verwezen wordt in de syllabus bestemd voor het tweede jaar van de opleiding. Dit omvat de functionele gehelen:
- de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
- de leraar als opvoeder
- de leraar als inhoudelijk expert
- de leraar als organisator
- de leraar als innovator - de leraar als onderzoeker
- de leraar als partner van de ouders/verzorgers
- de leraar als lid van een schoolteam
Attitudes:
- A1: beslissingsvermogen
- A2: relationele gerichtheid
- A4: leergierigheid
- A5: organisatievermogen
- A6: zin voor samenwerking
- A7: verantwoordelijkheidszin
- A9: flexibiliteit
- A10: gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie
MUZIEK:
Eindcompetenties
Verwijzend naar het decretaal opleidingsprofiel voor de "bachelor in
het onderwijs:kleuteronderwijs", wordt gewerkt aan volgende
basiscompetenties FG 1 : De leraar als begeleider van leer-en
ontwikkelingsprocessen
Vaardigheid 1.1: beginsituatie van de kinderen en de groep
achterhalen.
Vaardigheid 1.2: Doelstellingen kunnen kiezen en formuleren;.
(1.2.1)
Vaardigheid 1.3: leerinhouden en vaardigheden selecteren ( 1.3.3)
Vaardigheid 1.4: leer-en ontwikkelingskansen structureren en
vertalen in onderwijsaanbod.
Vaardigheid 1.5: Aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen
vaardigheid 1.6:Individueel en in team ontwikkelingsmaterialen
kiezen en aanpassen.
FG3: De leraar als inhoudelijk expert
Vaardigheid 3.1:Basiskennis beheersen en recente evoluties in
verband met vaardigheden uit de ontwikkelingsgebieden in het
kleuteronderwijs volgen.
Vaardigheid 3.2: Toepassen van de verworven kennis en vaardigheden
in de didactische aanpak.
Vaardigheid 3.3: Het eigen vormingsaanbod situeren en afstemmen op
het geheel van het onderwijsaanbod.(3.3.1/3.3.2)
ATTITUDES
A2 relationele gerichtheid
A3 kritische ingesteldheid
A4 leergierigheid
A5 organisatievermogen
A6 zin voor samenwerking
A8 creatieve gerichtheid
A10 gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie
BEELD:
Eindcompetenties
Zie "basiscompetenties voor leraarkleuteronderwijs"
FG1 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen: .
1.1 De beginsituatie van de kinderen en de groep achterhalen
1.2 Doelstellingen kiezen en formuleren
1.3 De leerinhouden/leerervaringen selecteren
(1.3.1/1.3.2/1.3.3/1.3.4)
1.4 Leer- en ontwikkelingskansen structureren en vertalen in
onderwijsaanbod (1.4.1/1.4.2)
1.5 Een aangepaste werkvorm en groeperingsvorm bepalen
(1.5.1/1.5.2/1.5.4)
1.6 Individueel en in team ontwikkelingsmaterialen kiezen en
aanpassen (1.6.1/1.6.2)
1.7 Realiseren van een ontwikkelingsbevorderende
omgeving(1.7.1/1.7.2/1.7.3/1.7.4/1.7.5)
1.9 Observeren met het oog op bijsturing en differentiatie (1.9.1)
FG2 De leraar als opvoeder:
2.1 In overleg een positief leerklimaat creëren voor de kinderen in
de groep en op school (2.1.1/2.1.3/2.1.4)
2.2 De emancipatie van de kinderen bevorderen (2.2.1/2.2.2)
2.6 Het fysieke welzijn van de kinderen bevorderen (2.6.1)
FG3 De leraar als inhoudelijk expert:
3.2 De verworven kennis en vaardigheid aanwenden in de
pedagogisch-didactische praktijk
3.3 Het eigen vormingsaanbod kunnen situeren en afstemmen op het
geheel van het onderwijsaanbod
FG4 De leraar als organisator:
4.1 Een gestructureerd speel-, leerklimaat bevorderen (1.4.2)
4.2 een kindgericht dagverloop creëren (4.2.2/4.2.3)
4.3 Op een correcte wijze administratieve taken uitvoeren (4.3.1)
FG5 De leraar als innovator- de leraar als onderzoeker:
5.3 Het eigen functioneren bevragen en bijsturen
FG7 De leraar als lid van een schoolteam:
7.2 In team een taakverdeling opstellen en die naleven
7.3 De eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in team
bespreekbaar maken (7.3.1/7.3.2)
FG8 De leraar als partner van externen:
8.1 Contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe
instanties die onderwijsbetrokken initiatieven aanbieden (8.1.1)
FG10 De leraar als cultuurparticipant:
10.1 Actuele maatschappelijke thema's en ontwikkelingen
identificeren en kritisch benaderen (10.1.1)
ATTITUDES
A1 beslissingsvermogen
A2 relationele gerichtheid
A3 kritische ingesteldheid
A4 leergierigheid
A5 organisatievermogen
A6 zin voor samenwerking
A7 verantwoordelijkheidszin
A8 creatieve gerichtheid
A9 flexibiliteit
A10 gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: BEWEGING:
- cursus didactiek en methodiek van de bewegingsopvoeding voor kleuters
- literatuur (leercentrum-bibliotheek)
- leerplan
- gymnastiekzaal met toebehoren
- video-opnames van bewegingsactiviteiten opgenomen in kleuterscholen
- demonstraties van leerkrachten lich. opvoeding en kleuterleidsters met kleuters
MUZIEK:
- cursus MV I, II en III
-cursus MV IV
BEELD:
- materiaal afhankelijk van het soort oefening,
- cursus MV I, II en III
Studiekosten BEWEGING:
-cursus: ongeveer 5 EURO
-taken: (werken rond prentenboek): 4 EURO
MUZIEK:
- liedbundel: 30 euro, indien niet semester 3 muzische vorming gevolgd
- cursus: 15 euro, indien niet semester 3 muzische vorming gevolgd
- vakkenstage: 25 euro
BEELD:
- aanvullend verbruiksmateriaal bij MV I, II en III: ongeveer 13 EUR.
Studiebegeleiding BEWEGING EN BEELD: Individueel monitoraat op aanvraag van de student
MUZIEK:
- liederen in functie van stage kunnen ingezongen worden;
- specifieke stageopdrachten worden met studenten besproken
Onderwijsvormen BEWEGING:
-onderwijs-leergesprek
-praktische lessen: oefeningen en spelen i.v.m. bovenvermelde bewegingsactiviteiten , met de nadruk op de ontwikkeling van de kleuters op psycho-motorisch vlak
-begeleid zelfstandig werk: raadpleging en bespreking van lectuur
-stages, didactische oefeningen, demonstratielessen, micro-teaching
-bespreken van video-opnames van demonstratielessen
MUZIEK:
- instructie,
- praktische uitwerking van theoretische instructie,
- evaluatie stages,
- proefles.
- groepswerk
- microteaching
BEELD:
- Praktisch en zelfstandig werk.
- Demonstraties, groepswerk, proefles en evaluatiemomenten
Evaluatievorm
diploma- en creditcontract
Absoluut noodzakelijke voorwaarden om te kunnen slagen: verplichte aanwezigheid op vakkenstage kleuterdans. Bij afwezigheid is inhalen verplicht. Niet deelnemen of niet inhalen leidt tot het niet slagen van dit opleidingsonderdeel en heeft automatisch 7/20 voor het opleidingsonderdeel.
BEWEGING:
1ste zittijd
60% examen
20% taken
20% permanente evaluatie
2de zittijd
60% examen
20%taken
20% permanente evaluatie wordt overgeheveld van eerste naar tweede zittijd
examencontract:
eerste zittijd
60% examen
40% taken
tweede zittijd
60%examen
40% taken
MUZIEK:
Diploma- en creditcontract:
eerste zittijd:
examen didactiek 100%,
tweede zittijd:
examen didactiek 100%,
Examencontract:
Inschrijven voor een examencontract kan enkel mits een bijkomende
inschrijving van een diplomacontract.
BEELD:
Eerste zittijd:
Permanente evaluatie 50%
niet periodegebonden taken: 50%
tweede zittijd:
niet periodegebonden taken: 50%
permanente evaluatie wordt overgeheveld van 1ste zittijd naar 2de zittijd
Examencontract:
inschrijven voor een examencontract kan enkel mits een bijkomende
inschrijving met een diplomacontract.
OP-leden Elly VANHYFTE, IDA JONNIAUX, KAREN CLEMENT
|
|