Trefwoorden Wereldoriëntatie, lager onderwijs, aardrijkskunde,geschiedenis, natuurwetenschappen, technologie, Wiskunde, voorbereidend rekenen, aanvankelijk rekenen, didactiek, getallen, meten, meetkunde en problemen oplossen
Doelstellingen
Wereldoriëntatie:
Studenten kunnen:
- Leerlingen van een lagere school begeleiden in hun ontwikkeling om op een competente wijze te participeren
aan het leven in de brede omgeving waarin zij zichzelf situeren.
- Leerlingen van een lagere school helpen bij het zich eigen maken van referentiekaders op het vlak van
- kennis van en inzicht in zichzelf, hun omgeving en hun relatie tot die omgeving,
- vaardigheden om in interactie te treden met die omgeving,
- stimulansen om een positieve houding te ontwikkelen ten aanzien van zichzelf en die omgeving
- het kunnen toepassen van uiteenlopende vormen van klasmanagement en onderwijstechnieken opdat een uitdagende leeromgeving zou ontstaan
- kennis hebben van instrumenten en procedures ter ondersteuning van de klaspraktijk - kennis en inzicht verwerven in de periodes van de geschiedenis en de maatschappelijke onderwerpen die aan bod komen
- kennis en inzicht verwerven in de fauna en flora van zee, strand, slikken en schorren
Een meer gedetailleerde lijst van doelstellingen is in de syllabussen terug te vinden
Wiskunde:
- de opbouw van de ontwikkelingsdoelen voor wiskundige initiatie in de kleuterklas , van de eindtermen voor wiskunde in de lagere school en van de leerplannen wiskunde voor de lagere school weergeven en verklaren.
- de doelstellingen m.b.t. een bepaalde les wiskunde in de verschillende handleidingen en leerplannen selecteren.
- de specifieke problematiek van het voorbereidend en aanvankelijk rekenen implementeren in lesjes voor het eerste leerjaar.
- wiskundeactiviteiten opmaken voor kinderen van de lagere school uitgaande van de specifieke vakdidactiek van alle domeinen van wiskunde.
Leerinhoud Wereldoriëntatie:De verschillende leerinhouden worden omgezet naar leeftijd lagere schoolkinderen, rekening houdend met de verschillende vakdidactieken.
Referentiekaders op het vlak van:
Natuurwetenschappen: de levende natuur ( mensen, dieren en planten ) en niet-levende natuur ( grondstoffen en fysische verschijnselen ) en vakdidactiek de flora en fauna van kust en duinen, slikke en schorre.
Technologie: de wereld van materialen, krachten, energiebronnen en werktuigen om dingen te maken of om vanuit een behoefte de natuur aan te wenden voor zichzelf.
Het technisch proces uitvoeren en omzetten naar vakdidactiek
Mens: - de mens als individu ( behoeften, gevoelens, zelfbeeld) en als sociaal wezen in intermenselijke relaties.
-Maatschappij: - sociaal-economische , politieke, juridische en sociaal-culturele verschijnselen, waarbij ook aandacht uitgaat naar interculturele communicatie.
-Tijd,geschiedenis:- aanvankelijk leren: de ontwikkeling van de dag en de weekkalender, de levenslijn en de studie van erfgoed in de nabije omgeving van het kind.
- Het verloop van de geschiedenis van de 19de en 20ste eeuw tot 1945
- Didactisch uitwerken van verkiezingen, feestdagen en een leerwandeling
- Voor Wereldoorlog I en II worden didactische tips gegeven voor het uitwerken van deze thematiek naar kinderen van de basisschool.
Ruimte,aardrijkskunde: aanvankelijk leren: de weerkalender, weer en klimaat ( uitgaande van didactische modellen),
- de didactiek wordt verrijkt met een bezoek aan het weerstation.
- windwerking, kustvorming en milieuproblematiek didactisch verwerkt naar de basisschool.
- Voor geschiedenis en aardrijkskunde wordt een stadsexcursie op niveau van de studenten gedaan met aandacht voor historische en geografische aspecten van de stad en als aanloop tot het zelfstandig uitwerken van een leerwandeling
Wiskunde:
De cursus bevat volgende onderdelen:
- algemene doelstellingen voor wiskunde in de basisschool
- ontwikkelingsdoelen, eindtermen en leerplannen
- visies op rekenonderwijs
- voorbereidend en aanvankelijk rekenen
- methodologische benadering van de verschillende domeinen van wiskunde
Begincompetenties Eindcompetenties uit het 1ste modeltraject van de opleidingsonderdelen Wereldoriëntatie I en II .
Wiskunde I en Wiskunde II
Eindcompetenties De eindcompetenties kunnen niet los gezien worden van bovenvermelde doelstellingen.
We verwijzen tevens naar het opleidingsprogramma voor leerkracht lager onderwijs en meer specifiek naar volgende vaardigheden:
F.G.1: de leraar als begeleider van leer-en ontwikkelingsprocessen
1.1 De beginsituatie van de lln en de klas knn achterhalen a.d.h.v. handleidingen en leerplannen
1.2 De doelstellingen knn kiezen en formuleren op basis van handleidingen, leerplannen en leerlijnen.
1.3 Leerinhouden knn selecteren
1.4 De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen structureren en vertalen in een samenhangend onderwijsaanbod.
1.5 De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen.
1.6 De leerkracht kan individueel en in team leermiddelen kiezen en bepalen.
1.7 De leerkracht kan een krachtige leeromgeving creëren met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep.
1.8 De leerkracht kan observatie en evaluatie voorbereiden.
1.9 De leerkracht kan observeren en het proces en product evalueren met het oog op bijsturing en remediëring en differentiatie.
1.11 De leerkracht kan het leer- en ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met het taalbeheersingsniveau. 1.12 De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van de groep.
F.G.2: de leraar als opvoeder
2.3 De leerkracht kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden.
2.4 De leerkracht kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context
2.6 De leerkracht kan het fysieke en geestelijke welzijn van de leerlingen bevorderen
F.G.3: de leraar als inhoudelijk expert
3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis i.v.m. de leerinhouden, waaronder ten minste de OD en ET, en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden WO en Wiskunde en de leergebiedoverschrijdende thema's Leren leren en Sociale Vaardigheden volgen
3.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot leergebieden en vakgebieden aanwenden.
3.3 De leerkracht kan het eigen aanbod situeren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen.
F.G.4: de leraar als organisator
4.4 De leerkracht kan een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen.
F.G.5: de leraar als innovator- als onderzoeker
5.3 De leerkracht kan het eigen functioneren ter discussie stellen en bijsturen
F.G.7: de leraar als lid van eeen schoolteam
7.2 De leerkracht kan binnen het team over een taakverdeling overleggen en de afspraken naleven
F.G.10: de leraar als cultuurparticipant
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Handboek WO natuuronderwijs, atlas WO, atlas niveau secundair onderwijs en cursussen.
Cursus wiskunde
Ontwikkelingsdoelen en eindtermen voor het basisonderwijs
Leerplannen voor de basisschool
Beeldmateriaal van de elektronische leeromgeving MILE
Studiekosten 60 EUR aan cursussen en didactische uitstappen
Studiebegeleiding monitoraat in onderlinge afspraak
individuele begeleiding na afspraak met de betrokken lectoren
Onderwijsvormen Hoorcolleges, onderwijsleergesprek, taakgericht onderwijs, zelfstandig werk, geleide excursies, groepswerk en interactieve lessen.
Evaluatievorm Inschrijven met een creditcontract is enkel mogelijk na toelating.
Deze cluster bestaat uit de onderdelen: natuurwetenschappen, aardrijkskunde, geschiedenis, technologie en wiskunde
Diplomacontract en creditcontract:
Eerste zittijd: periodegebonden: mondeling examen voor de domeinen
natuurwetenschappen,geschiedenis, aardrijkskunde, elk voor 15%
domein technologie aan 25%
en voor wiskunde 30% van het totaal.
Tweede zittijd : mondeling examen voor de domeinen natuurwetenschappen, geschiedenis , aardrijkskunde, elk voor 15%, domein technologie voor 25% van de cluster,
-Mondeling examen voor wiskunde aan 30% van de cluster
Examencontract:
Eerste zittijd: 100% mondeling examen voor de vier domeinen WO en mondeling examen voor wiskunde
Tweede zittijd: 100% mondeling examen voor de vier domeinen WO en mondeling examen voor wiskunde
Vanaf een score van 7/20 of minder voor een onderdeel van de cluster geldt die laagste score als cijfer voor het volledige opleidingsonderdeel
Indien 2 onderdelen uit de cluster als onvoldoende beoordeeld worden, geldt het laagste deelcijfer als eindcijfer voor de cluster
Vrijstelling naar tweede zittijd per onderdeel van de cluster waarvoor minimaal 10/20 behaald werd in eerste zittijd
OP-leden Linda Lampo
Hilde van Dooren
Muriel De Kestelier
Diane Boudringhien
Lieve Maeseele
|
|